3voor12 Gelderland heeft op een zomerse zondagochtend met singer-songwriter Robin Borneman afgesproken om vooruit te blikken op zijn optreden in de Nijmeegse Stevenskerk tijdens de Vierdaagsefeesten dit jaar. Plaats van handeling: een bos met een Mongoolse ger (een traditionele ronde tent) in het Renkums Beekdal, zo’n 15 km van Arnhem. Wanneer Robin uit zijn auto stapt, moet hij duidelijk even acclimatiseren: “Dit zijn de eerste woorden die ik vandaag spreek, ik moet er echt even in komen.” Dan met een brede glimlach en vol enthousiasme: “Wat is het hier mooi man!” We praten kort bij tijdens een wandeling langs de beek en vinden een sprookjesachtige locatie voor ons interview.

In wat voor een omgeving en gezin ben je opgegroeid?

Robin: “Eigenlijk is alles aan mijn jeugd in Oss vrij standaard. Mijn vader was beroepsmilitair - hij was altijd weg – en mijn moeder werkte in een hotel. Ik was een heel introvert kind, heel lief op school en thuis juist druk. Het was fijn thuis. Dat ik muziek ben gaan maken, komt uit een grijs gebied, dat zit niet in de familie. Mijn ouders speelden vaak  muziek, maar waren geen muzikant. Wat betreft muziek heb ik veel van mijn ouders overgenomen, zoals de muziek van Stef Bos. Ik begreep het nog niet helemaal, maar het kwam wel aan.“

“Ik heb mijn hele leven lang lopen dromen en ik heb altijd al gezongen. Opera’s bijvoorbeeld. Muziek en beeld kunnen veel vertellen zonder dat daar taal voor nodig is. Ik denk dat veel dromers de neiging hebben zich op die manier te uiten. Binnen mijn vriendengroep destijds was ik een weirdo in de goeie sense. Eigenwijs maar introvert. Pas op mijn 19e of 20e ben ik een soort van herboren. Toen ben ik me echt bewust geworden van de wereld om mij heen en mijn plek daarin. Daarvoor zit er een gat in mijn geheugen. Wie was ik toen? Ja, een jongetje dat zong…”

Is er een relatie tussen het dromerige jochie van toen en de sprookjesachtige muziek die je nu maakt?

“Mijn muziek is gek genoeg altijd al geweest zoals het nu ook is: poëtisch en melancholisch. Ook mijn allereerste opname op een voice recordertje of de liedjes die ik schreef voor de begrafenis van een familielid was er altijd al deze muziek. Ik denk dat dat komt omdat ik in mijn ziel een beetje een drama queen ben. Ik kan heel erg meeleven met dingen die ik lees of zie. Dat komt altijd wel terecht in mijn muziek. Ik schrijf dus altijd over de dingen die me echt raken. Verschoppelingen en eenzame figuren komen vaak voorbij.”

"Er zijn meer sterren in het heelal dan zandkorrels op de aarde en een kubieke centimeter hersenweefsel heeft meer verbindingen dan er sterren zijn in het heelal. Wat hebben we dus meer nodig dan wat we zijn? Fantasieverhaaltjes als religie en dat soort dingen. Voor mij is de magie van de realiteit veel groter dan welk sprookjesverhaal dan ook."

Beperk je jezelf niet door veel beeldspraak en analogieën te gebruiken, blijf je dan niet te ver op afstand?

“Daar zit zeker een grote kern van waarheid in. Juist door die poëzie wordt het minder persoonlijk. Dat is geen angst, maar ik vind mezelf gewoon niet interessant genoeg om over te schrijven. Ik verwacht niet dat de wereld zit te wachten op mijn verhaal en mijn denkbeelden. Daarbij komt dat mijn jeugd vrij eenvoudig is geweest en ook dat ik nooit echt van een vrouw heb gehouden. Ik heb nog nooit een echte relatie gehad.  Daarom is liefde voor mij geen thema waar ik echt iets mee kan; ik heb er de bagage niet voor. Als dat ooit gebeurt – áls – dan komt er misschien wel een album vol liefdesliedjes. Dat zit nu nog niet in mijn palet. Ik blijf dus lekker hangen in mijn dromen. Ik heb de blik van een kind op de wereld en dat wil ik nog even zo houden. Open objectief, zo mooi, daar kan toch niets tegenop?”

“Mijn teksten zijn allemaal autobiografisch, maar alleen ik ken de achtergronden. Ik vind het wel heel mooi dat een tekst op verschillende manieren kan worden geïnterpreteerd. Ik ben een stilist en houd van zinnen die vormtechnisch mooi zijn, naast de betekenis die ze hebben.”

In hoeverre krijgt politiek, maatschappij of milieu een plek in jouw muziek?

“Dat kreeg het. Ik kan me allerlei dingen enorm aantrekken, maar het komt niet meer zo hard binnen als vroeger. Het komt niet meer op die plek van waaruit ik schrijf. Ik zal altijd blijven praten over politiek, wetenschap, filosofie, religie en al die dingen. Maar ik ga me er niet heel druk om maken, want ik heb die energie nodig om er met mensen over te praten."

"Ik ben natuurlijk dicht betrokken bij alle zaken die momenteel in Amerika spelen (Robin tourt ook met het Trans-Siberian Orchestra, een 20-koppig rock-orkest uit de Verenigde Staten, red.), maar ik laat dat zoals het is. Ik kan dat niet veranderen. Ik hoef niet met een vingertje te wijzen en schrijf liever vanuit een observerend perspectief.”

“Ik probeer dingen te begrijpen en niet meer te veroordelen. Ik geloof ook niet echt in de vrije wil en schuld is voor mij een onnozel concept geworden. Het is echt niet laf om dingen te laten zijn voor wat ze zijn, want je voelt er wel wat bij, interesseert je ervoor en geeft erom. Het heeft net zoveel zin om je druk te maken om het feit dat het buiten regent. Weet je, ik heb een tijdje een donkere periode meegemaakt en ben een tijd lang een nihilist geweest. Dat was het ook niet, daar word je echt niet vrolijk van.”

Over het paadje langs onze interviewplek komt een meisje met haar vader aangelopen. Uitgelaten vertelt ze ons dat ze handenvol bosbessen heeft geplukt. Robin wisselt enthousiast wat woorden voor we verder praten.

Je teksten zijn vaak sprookjesachtig en je hebt wel eens gezegd dat er meer waarheid schuilt in poëzie dan in de realiteit.

“Ik ben daar nog steeds helemaal van overtuigd. Een verhaal dat me aansprak is dat van een wetenschapper die vijftig jaar van zijn leven had besteed om een bepaalde sprinkhaan te onderzoeken. Na vijftig jaar onderzoek was zijn conclusie dat hij nog bijna niets wist van deze sprinkhaan. Wat denken wij dan te weten over de grote thema’s als liefde, religie en oorlog?"

"Wanneer je iets probeert te beschrijven dat echt is, is de kans enorm groot dat het helemaal niet klopt. Poëzie is pretentieloos en probeert niet iets te vangen dat accuraat moet zijn. Poëzie is het beschrijven van een gevoel en daarom kán je er niet naast zitten. Het is altijd waar. Het zit in het onderbewustzijn waar ook dromen en muziek vandaan komen. Een krantenartikel is vaak één kant van een verhaal en een gedicht is dat nooit.”

Is die gruizige, rauwe stem helemaal echt? En wat is je eigen zangstem onder de douche?

“De meeste nummers zing ik met mijn eigen stem, maar soms vraagt een nummer om iets meer timbre ofzo. Als ik bijvoorbeeld een liedje zing vanuit het perspectief van een oudere man of iemand die veel heeft meegemaakt, dan voel ik meteen dat ik dat wat rauwer moet zingen. En mijn stem leent zich daar heel goed voor. Ik vind het heel mooi dat ik die kleur in mijn palet heb maar mijn eigen stem voelt wel het best.  Zingen is voor mij echt acteren. Ook omdat ik ook vrij sprookjesachtige liedjes schrijf. Het zijn settings met een bepaalde persoon en dat wordt een soort theater. Ik wil in de toekomst ook graag eens acteren.”

Hoe komen je muziek en teksten tot stand?

“Het verhaal begint met een vondst in muziek, melodie of tekst. Of met een heel mooi woord.  Als ik zit te tokkelen, dan ontstaat er vaak iets waar ik in begin  te spitten. Het hele verhaal vormt zich daar vervolgens omheen. Dat gaat meestal best snel en makkelijk. Als ik aan het hummen ben, komen vaak al de woorden die ook in de uiteindelijke tekst belanden en ook het refrein, de brug, trompetten… Alles komt haast vanzelf, alsof het mij vindt.”

Robin Borneman

Je hebt wel eens gezegd dat het je verbaast dat er in de meeste muziek geen elementen zitten als natuur, wind, steen, water… Wereldse organische invloeden. Hoe verwerk je dat in je eigen muziek?

“Als ik in een opname zit met mijn koptelefoon op, dan is het vaak zo stil, vooral aan het begin van de nummers. Die stilte voelt onnatuurlijk. Er moet dan iets van wind of een vogel geluid of soms een tape-dingetje in en dan pas kan ik beginnen. Dat zet zich dan ook door in een nummer. Ik vind dat mooi en dat maakt het organischer. Ook hier gaat het om de setting. Als iets zich in een bos afspeelt moet dat ook te horen zijn. In ieder geval een keer per jaar ga ik in mijn eentje de bergen in. Ik heb daar niets nodig en kan uren zitten en kijken zonder zelfs maar na te denken.”

Zie je soms ook beelden of film voor je als je muziek maakt? Wat speelt zich in je hoofd af als je op zo’n verhaallijn komt?

“Tijdens het maken van de muziek niet zo zeer, maar wel als ik op het podium sta. Ik zie mezelf dan op een berg staan als ik een heel machtig nummer moet zingen en dat helpt dan echt om het ook te beleven. Laatst zag ik een bijzonder fragment van Sam Harris, een neurowetenschapper en filosoof die ik nauw volg. Hij beschreef hoeveel we eigenlijk doen waar we helemaal niet bij stilstaan. Zoals het bewegen van mijn handen bij het pakken van dit glas. Dat gebeurt allemaal in je onderbewustzijn. Vanuit dat vat schrijf ik. Ik ga daar niet teveel over nadenken maar laat het gebeuren. Op het podium denk ik ook niet na over welke noot er komen gaat, ik doe het gewoon. Als je stilstaat bij alles wat er gebeurt, zelfs dit slokje drinken, dan is dat ongelooflijk sensationeel. Magisch.”

Hoe ziet het komende festivalseizoen eruit?

“De show in de Stevenskerk op 16 juli wordt echt een magische avond. Verder spelen we in de grote zaal van Theater De Lievekamp in Oss en tijdens Breda Barst. Verder heb ik nog een paar soloshows. Ik heb het dus niet heel druk met optredens, maar dat gaat ook niet omdat ik mijn nieuwe album aan het opnemen ben.”

Je speelt inmiddels met een deel van de jongens van Navarone?

“De jongens van Navarone zijn goede vrienden. Roman Huijbreghs van Navarone is gitarist in mijn band. Zanger Merijn is naast een supergoede vriend ook mijn muzikale partner. Binnen de band doet hij alleen mee als hij kan en als hij zin heeft. Ook schrijven we samen nummers die we in de toekomst nog gaan opnemen. Daarnaast heb ik nu een megavette band met Casper van Helvoirt op drums, Daniël Muskitta op bas en Merlijn Nash op toetsen. Lachend: En ik ben de slechtste muzikant uit de band. Dat is heel fijn om te kunnen zeggen!”

Wat kunnen we verwachten van het optreden in de Stevenskerk?

“Ik weet nog niet hoe lang we mogen spelen, maar ik hoop op anderhalf uur. Ik heb namelijk veel kleinere nummers die ik normaal gesproken niet zo snel speel, maar die zich heel goed lenen voor de intieme setting van de Stevenskerk. Verwacht Robin Borneman met band én met Marijn van Navarone én met Anneke van Giersbergen, voormalig frontvrouw van The Gathering. Het is een beetje uitgekleed en het wordt niet superhard. Ook zal ik een paar nummers met alleen gitaar en zang brengen. Ik heb er heel veel zin in!”

Robin Borneman