Grootste Popronde ooit beleeft succesvolle start

Nijmeegs publiek op zoek naar toekomstige lievelingsband

Tekst: Thomas Klompenhouwer & Robin Oostrum | Foto's: Vincent Moll, Marcel Rommens & Willem Melssen ,

Ooit begonnen in Nijmegen, nu al jaren een rondreizend popfestival, maar nog altijd sterk verbonden met de oude Waalstad: zoals gebruikelijk trapte de landelijke Popronde af in de studentenstad waar ze ooit begon. Twintig jaar na die eerste editie – als onderdeel van het Vrij Uit Festival – stonden er donderdag 18 september maar liefst 79 muzikale acts op 40 locaties. Een record. Natuurlijk kon 3voor12 gelderland onmogelijk op zoveel plaatsen tegelijk zijn. Toch begaven we ons vol muzikale ontdekkingszin naar de Nijmeegse binnenstad voor foto's en een zo uitgebreid mogelijk verslag.

We beginnen de avond in Museum Het Valkhof. Wie nietsvermoedend de trappen oploopt in de veronderstelling dat de opening op dezelfde plek plaatsvindt als vorig jaar bevindt zich plotseling tussen de tentoongestelde hoedencollectie van ontwerpster Marianne Jongkind. Goede keuze van de organisatie om naar beneden te verhuizen: de galm is er minder en de openingstoespraak zodoende verstaanbaarder. Die is uiteraard van chef Timo Pisart. Hij drukt de aanwezigen op het hart om vooral te genieten: “je ziet hier misschien vandaag wel je lievelingsband van morgen”. Wijze woorden van onze landelijke 3voor12-collega. [RO]

De officiële speech is vervolgens van Kensington. Of tenminste twee leden ervan, die een praatje houden over hun eigen Popronde-avonturen. Verpakt in elf tips aan beginnende bands: van “laat je autosleutels niet in de gracht vallen” tot “regel je eigen promotie” en van “begin pas na het optreden met zuipen” tot “zorg van tevoren dat er genoeg microfoons op het podium staan”. Nuttig voor de aanwezige muzikanten, een tikkeltje overbodig voor de toeschouwers die ondertussen de gratis uitgedeelde champagne achterover slaan. [RO]

We blijven uiteraard nog even in het Valkhof, want na de woorden van Timo en de tips van Kensington wordt de Popronde daar muzikaal afgetrapt door Sväva. Afkomstig uit Friesland, waar met The Future's Dust en The Black Atlantic al zoveel dreampop vandaan komt de laatste tijd. Sväva (Zweeds voor "zweven") bewijst desalniettemin een welkome aanwinst te zijn. De nummers van de onlangs verschenen debuut-EP We Have Just The Life We Want klinken aangenaam sterk in de – nog altijd galmende – Valkhof-hal, met de stem van zangeres Bente Hout als sterkste wapen. Bonuspunt voor Sväva: single Halcyon Days is één van de mooiste liedjes die we vanavond horen. [RO]

Door naar de volgende Friese band, want Cosmic U is de eerste act die haar opwachting maakt in het Regionaal Archief. Niet de eerste plek die je associeert met live-optredens, maar tegen een achtergrond van oude Doornroosje-affiches en het gedimde licht werkt het wonderwel. Cosmic U wordt omschreven als indiefolk. Een lege term die geen recht doet aan hetgeen er allemaal te horen is: beetje The Cure, snufje The XX en een verdwaald stukje shoegaze. Beide gitaristen bezitten een smakelijk gitaargeluid en het spannende slagwerk moet benoemd worden. Frontvrouw Hiltje Andringa doet qua stemgeluid en frasering denken aan Kate Bush en in mindere mate Björk, terwijl ook haar dwingende en betoverende performance lijken op deze artiestes. Thematisch wordt er meer dan eens verwezen naar haar ouders, met als hoogtepunt Fire on the Hill, waarin de angst voor brand wordt bezongen. Prima locatie, tof optreden. [TK]

Via het selfie-apparaat op de Mariënburg komen we terecht in het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis, onder Nijmegenaren ook wel bekend als “die altijd verlichte kerk op het plein voor Lux”. Tussen de kledingrekken en theateroutfits is daar speciaal voor deze Popronde-avond een podium opgezet, waar we Bixby zien openen met de mededeling dat de bassiste zichzelf nog even mooi aan het maken is op het toilet. Wat volgt is een discussie met onze fotograaf (“basseuse!”) en een prima optreden van het viertal dat eerder dit jaar haar debuut-EP Exhale uitbracht. Naar eigen zeggen geïnspireerd door The Veils, Laura Marling en Daughter, waarvan we vooral de eerste hier en daar in de dromerige gitaarlijntjes en dramatische uithalen wel terughoren. [RO]

Bibliotheek Mariënburg probeert deze Nijmeegse Popronde de bezoeker inwendig te behagen. Gratis borrelnootjes, Japanse zoutjes en stukjes gebak. Terwijl ondergetekende de ijskoffie voor noppes niet kan afslaan, begint The Indien zonder enige aankondiging aan haar set. Het drietal bevindt zich muzikaal naar eigen zeggen ergens tussen Fleetwood Mac en The Black Keys. Sterke troeven zijn de zang van Rianne Walther, die hier en daar doet denken aan Selah Sue, en het verfijnde drumspel van Maarten Hemmen. De liedjes zitten compositorisch goed in elkaar maar zijn niet allemaal even spannend. Dit is te wijten aan het bij vlagen weinig prikkelende gitaarspel. Daarnaast kan de muziek op sommige momenten wel wat meer bodem in de vorm van bas gebruiken. The Indien klinkt daarom bij tijd en wijle wat vlak, maar geeft niettemin een leuk optreden weg. [TK]

Het optreden van Faut Haut in diezelfde bibliotheek wordt voorafgegaan door vrolijk gesteggel over de setlist en een amuserend verkooppraatje van de toetsenist om de merchandise aan de man te brengen. Diezelfde toetsenist geeft te kennen dat hij zelf overigens niet op de plaat te horen is. En dan moet Faut Haut nog beginnen! Het collectief wordt in het programmaboekje onder de banier van avant-garde geplaatst en die definitie houden we voor het gemak maar even aan. Het daaropvolgende half uur wordt de aanwezigen een scène uit een psychiatrische inrichting gepresenteerd. Die eerder gememoreerde toetsenist bespeelt zijn instrument alsof hij er nooit eerder achter heeft plaatsgenomen. Bassist/zanger Joep Bollinger lijkt een kruising tussen Warren Zevon en Bob Forrest en schakelt middenin een muziekstuk moeiteloos over van trompet naar tamboerijn. We zien slide-gitaar, liftmuziek en tegendraadse drumpatronen gebonden in stuurloze sterke composities. Wat een heerlijke gekte! [TK]

Naast alle kroegen, kerken, bibliotheken, oefenruimtes en kunstgalerijen is ook poppodium Merleyn 'gewoon' een Popronde-venue. Je zou wellicht verwachten dat zo'n avond een uitgelezen kans is om artiesten te zien op plekken waar normaal geen livemuziek speelt. Maar als The Black Marble Selection om 22.00 het podium betreedt – na wat geschuif in de programmering – blijkt Merleyn ouderwets ramvol te staan. Niet zo verwonderlijk overigens: het Tilburgse zestal behoort met shows op Down The Rabbit Hole, Valkhof Festival en Mundial tot de meer bekende acts van deze Popronde. Aan ervaring geen gebrek, aan een feestelijke mix van zestiger jaren beatmuziek en groovy rhythm-and-blues ook niet. Het blijft in Merleyn nog iets te braaf om een uur te beklijven, maar de scherpe zang van Jean-Paul Lilipaly en het opvallend ritmische mondharmonicagebruik van Thijs Bus maken nieuwsgierig naar de toekomst. [RO]

Merleyn blijkt tevens een uitzondering voor het bandjeshopgedrag van de gemiddelde bezoeker: na The Black Marble Selection wordt het alleen maar drukker (en warmer). PAUW sluit hier namelijk de avond af met haar psychedelische sixtiespop. De meest geboekte band van de Popronde maakt de daaraan gekoppelde nieuwe status waar: dit is het beste optreden waar we vanavond bij zijn. De internationale psychpop-revival (Temples, Foxygen, Unknown Mortal Orchestra, enzovoort enzovoort) lijkt nu ook Nederland langzaam te veroveren. Anders dan een Jacco Gardner maakt PAUW bovendien de dansbare catchy variant van het genre, waar het overwegend jonge Merleyn-publiek zich uitstekend raad mee weet als alternatief voor de gebruikelijke donderdagse studentenuitgaansavond. Dit drietal gaan we nog wel vaker tegenkomen. [RO]

Klokslag middernacht is de Ndrgrnd afgeladen voor het optreden van The Silverfaces. De band verklaart vooraf aan het optreden lekker te willen pompen en de geluidsman van dienst willigt dit verzoek zonder blikken of blozen in. Sodeju, wat staat het geluid knetterhard! Met name de lage frequenties zijn een ware aanslag op het gehoorgestel. Vooraan lijkt het publiek hier lak aan te hebben en gaat het volledig los op de retro-rock van The Silverfaces. Frontman Jesse Koch lijkt imagotechnisch op een kruising tussen Rob Tyner (MC5) en Jack White, hoewel de muzikale inspiratie voornamelijk bij laatstgenoemde lijkt te liggen. De band musiceert met enige uitzondering (het slagwerk tijdens de Led Zeppelin-cover Rock And Roll is nogal rommelig) sterk en heeft een professionele uitstraling. Toch mist het geheel een beetje gif: het optreden van The Silverfaces is net iets te lief om echte opwinding op te wekken. [TK]
Timo Pisart refereerde er in zijn openingstoespraak al kort aan: acts als Blaudzun, Go Back to the Zoo, Kensington, Racoon en De Staat stonden aan het begin van hun carrière op de Popronde. Wie weet zagen we vanavond de doorbraak van The Silverfaces, PAUW of één van die andere 77 opkomende talenten uit ons eigen land. Overigens was dit de eerste keer dat de opening op een donderdag plaatsvond, hetgeen gezien de goede opkomst een succesvolle move lijkt. Ook opvallend: hoeveel landelijke journalisten en muziekliefhebbers we vanavond wel niet tegenkomen in Nijmegen, dat ondanks de flinke uitbreiding nog altijd dé Poprondestad van Nederland is. Wie er vanavond niet bij was, heeft desondanks nog genoeg kansen: er volgen nog dertig steden door het hele land. Voor Nijmegen zit het er na een stevige afterparty in het gerenoveerde Honigcomplex weer op. Tot volgend jaar!