Paul de Graaf neemt de Tijd voor zoektocht naar perfectie

Nederrock op zijn Amerikaans

Felicia Tielenius Kruythoff ,

Onze Nijmeegse Paul de Graaf, bekend van het Vierdaagselied Stappen en muzikale acties rondom Plein ’44 en het Labyrinth op de Waalkade, presenteert na elf jaar produceren zijn tweede album Tijd. Vrijdag 21 maart is zijn laatste optreden in onze regio van de albumtour. Tijd voor een gesprek.

Vertel eens over het proces van het maken van het album.
“Ik wilde geen tijdslimiet hebben en geen budgetbeperking. Als ik geen geld had, dan bleef het weer even liggen. Ik wilde dat de ideeën zouden rijpen, een volwassen sound neerzetten. In september 2003 is de blauwdruk voor de plaat gemaakt, heb ik de liedjes verzameld en in januari 2004 hebben we de eerste opnames gemaakt. Het was een zoektocht naar het geluid, en we hebben alles heel gelaagd opgenomen. Ik wilde een echte Amerikaanse sound, terwijl het toch Nederlandstalig is. Ik wilde me meten met Nederlandstalige bands die ik ken, en met Amerikaanse bands die ik goed vind.
Voor mijn gevoel maak ik singer-songwriterrock, de liedjes moeten overeind blijven. De liedjes hebben die singer-songwriterbasis, maar wat daaronder ligt, gaat heel diep. De muziek is stevig. Ik wil me niet afzetten, maar Nederlandstalige muziek is vaak wel een beetje braaf. Ik ben in het Nederlands gaan zingen door de Tröckener Kecks. Daar zit een bepaalde drive in, die je bij Nederlandse bands niet meer hoort. Als ik de plaat nu had gemaakt, zou het misschien meer beïnvloed worden door de Foo Fighters.”

Waarom had je 11 jaar nodig?
“Voor mij was het  een cursus ‘hoe maak je een plaat?’ en eigenlijk valt het nog wel mee, ik had er nog veel langer over kunnen doen. Een aantal liedjes heb ik de loop der tijd herschreven, sommige liedjes zijn er later bij gekomen. In een studio is het heel normaal dat je zang meerdere keren opneemt, maar bijvoorbeeld bij het nummer Naarmate heeft er jaren tussen gezeten. Ik zong het in het begin nog heel clean, maar ik wilde dat er een slordigheid in zat, iets tussen Boudewijn de Groot en Rick de Leeuw (Tröckener Kecks) in. Maar je kan schreeuwen of je leven ervan afhangt of zo dat mensen je nog kunnen verstaan. Nu is de stem is wel keihard in your face, maar er zit nog heel veel onder.

De plaat maken was voor mij net als reizen, je bent niet op zoek naar wat je tegenkomt, maar naar iets in jezelf. Wat vind je mooi en waarom vind je het mooi? Ik ben een laatbloeier, ik ben nu pas volwassen. Ik wilde één worden met het materiaal, de liedjes verzamelen vanuit een verlangen echt iets te zeggen, niet dat het iets is wat ik ’s avonds eventjes neerkrabbel. Het kost tijd voordat je beseft wat er staat. Het was ook een zoektocht naar perfectie. Ik leerde dat perfectie niet bestaat, maar je kan wel iets maken waar je tevreden over kan zijn. Elke noot moet op die bepaalde plek een betekenis hebben. Er is een analogie met deze wand in mijn studio. Daar zit ook bewust geen regelmaat in, maar elk blokje hout heeft zijn specifieke eigen plek.”


Misschien is het een open deur, maar hoe kom je aan de titel Tijd?

“Mijn liedjes gaan over levensgebeurtenissen, verliefdheid, geboorte, dood, verlangen. Dingen die je in je leven overkomen. De liedjes hebben heel veel met tijd te maken, hoe sta je in het leven en in de tijd waarin je leeft. Het album heette eerst Stoer, daarna werd het Nu, maar met deze titel leek alles opeens op zijn plaats te vallen, tijd is wat alle liedjes met elkaar verbindt. Ook de vormgeving past in het concept, de cd zit in een boekje, met alle teksten en veel foto’s. Ik wilde iets dat tijdloosheid uitstraalt. Mensen hebben tegenwoordig geen cd-kast meer, maar nog wel een boekenkast. Je kan de teksten ook ’s avonds lezen als een gedicht, je geeft de muziek daarmee meer lading dan alleen maar nullen en enen.”

Je teksten zijn belangrijk, de vormgeving ook. Je wil duidelijk iets zeggen, wat is jouw unieke boodschap?
“Volg je hart en volg je droom. Mijn liedjes gaan niet over: ‘ga maar gewoon naar je werk, want dan word je gelukkig’. Maar je hart volgen is ook heel moeilijk, want er wordt erg veel van je gevraagd in deze wereld. Kijk maar naar hoe kinderen worstelen met naar school gaan, die willen liever ook heel andere dingen doen. Eigenlijk zijn leraren artiesten met een heel slecht repertoire. Niemand wil het horen, of het is verpakt op een manier zodat niemand het wil horen. Op school word je in een keurslijf gedrukt, maar ondertussen hebben kinderen wel hun dromen en verlangens. Ze zetten die in de kast in de hoop dat ze die kastdeur nog een keer open kunnen trekken.  Kinderen moeten ook leren verliefd te worden en dromen najagen. We moeten hard werken, maar we worden daar niet voor beloond, alleen voor het resultaat. Dat zit ook in de plaat, je zou willen dat iedereen ziet hoe hard je werkt om je doel te bereiken en dat mensen je daarin erkennen.”

Nieuwsgierig geworden? Paul de Graaf treedt vrijdag 21 maart om 21:00 uur op in Dollars in Nijmegen.