Rond half een komt er een einde aan de fietsrondjes van Jongedijk en Daalmeier. De mannen roepen TWIN SHADES en The City Hollers uit tot de beste acts van de avond. Zij vatten de avond bondig samen: “Fantastisch, hoe strak, hoe netjes, grote opkomst, stampvolle kroegen!”
Ondanks regen massale opkomst bij Popronde Arnhem
Bescheiden editie pakt uit met kwaliteit
Het is 11 oktober, het reizend popfestival Popronde doet Arnhem aan. 3voor12 gelderland maakte met veertien verslaggevers en fotografen een ronde langs de Poprondepodia. Lees hun verhalen.
Om klokslag 21.00 uur beginnen de jongens van Hyperactief te 'bouncen' in een verlaten Willemeen. Jammer genoeg is er geen publiek om op te peppen. Maar áls de zaal vol had gezeten, dan had de fundering het zwaar gehad. De teksten van Raplica en Max-A-Million worden vergezeld door pompende dubstepbeats die moeiteloos worden afgewisseld met toegankelijke nederhop. Helaas was het geluid in Willemeen niet optimaal en waren de teksten moeilijk te verstaan. Desalniettemin doen de heren van Hyperactief hun naam eer aan. Hun energie en lekkere beats verdienen de volgende keer een ander tijdslot, zodat zij de Popronde een knallend einde kunnen bezorgen.
Op het moment dat Joe Madman & The Sidewalkers iets over negenen aftrapt in Pegasus zit een deel van de aanwezigen nog hun meegenomen shoarma te verorberen. Wellicht hadden ze niet op de Popronde gerekend. Wanneer de band eenmaal goed en wel van start is, verlaten zij dan ook de kroeg. Gelukkig wordt die snel aangevuld met andere belangstellenden. De blues georiënteerde rock van het drietal wordt professioneel gebracht, maar de songs doen enigszins eenvormig aan. Enkel in de langere instrumentale stukken is het muzikaal echt interessant. Ook de stage-performance is wat introvert en hierdoor blijft een connectie met het publiek uit.
Het is nog vroeg, maar Join the Cavalry uit Utrecht weet hoe ze het publiek blij moet maken. Onder begeleiding van twee dummers, twee gitaristen en een bassist klinkt Astrid Kunsts heerlijke, rauwe stem door de Stage. Haar moves geven de harde sound nog een extra kick. Lachend heft ze haar bierglas: “Proost!” Het publiek antwoordt met een tiental biertjes die omhoog gaan en samen joinen we Join the Cavalry. Er wordt flink meebewogen. De band is hard, ruig en speelt strakke ritmes. De energie spat ervan af en blijft ervan afspatten.
Jacco Pastorius leeft. Hij wordt in deze band geflankeerd door twee gitaristen die ook de zang verzorgen. Het is mooi om te zien dat LSD en heroïne blijvend effect hebben op de muziek van tegenwoordig. Helaas voor de TWIN SHADES is er geen extatisch publiek, maar een handjevol toeschouwers die duidelijk niet onder invloed is en op gepaste afstand blijft staan. Op een zeker moment wordt toch enthousiast meegedrumd op de bar van Café de Kroeg. Mooie samenzang, trippy tempowisseling en af en toe duistere oosterse melodieën. De jongens gaan er zelf erg in op. Ze vergeten daardoor contact te maken met het publiek.
De Groningse band Audio Adam speelt op deze regenachtige avond in café ‘t Huys, waar het misschien vanwege het slechte weer niet heel druk wordt. De aanwezige bezoekers zien een band die weet hoe je een ambachtelijke popsong schrijft. Niet voor niks maakten de heren eerder dit jaar indruk op Eurosonic en zijn ze uitgeroepen tot 3FM Serious Talent. De radiovriendelijke liedjes van debuutplaat This Is Our Home doen denken aan bands als Snow Patrol en Keane. Ook live wordt netjes binnen de lijntjes gekleurd, waarbij de mooi gedoseerde samenzang opvalt. Na een aantal nummers verruilt zanger Tjerk Koekoek zijn keyboard voor een gitaar en wordt het gaspedaal iets meer ingetrapt. Prettig in het gehoor liggende pop, die echter nergens echt spannend wordt.
Het Haagse Neighbour Neighbour heeft na haar naamsverandering wat te bewijzen. Nu de bandnaam So What aan de wilgen is gehangen, begint de band als herboren. Catchy poprockliedjes met een venijnig randje zijn het resultaat. Denk aan The Kooks, maar dan anders. De band staat zelfverzekerd op het podium en baant zich met gemak een weg door het optreden. Alhoewel de toeschouwers in het begin wat verstijfd toe kijken, slaat de lol die de mannen hebben op het podium na een paar nummers over. De instant meezingers doen het goed bij het publiek waarmee je net een huiskamer vult. Snel een groter venue aandoen, is dus niet zo’n gek plan.
De frisse verschijning van Annemarie Brohm is opvallend in de wat groezelige shotjesbar waar nog gerookt mag worden. Op haar witte sleehakken en met haar vrolijke lach maakt ze nieuwsgierig. Rauw en lekker schalt ze Mercedes Benz van Janis Joplin door het café, Michiel Claessen begeleidt haar op de gitaar. Ze maakt veel contact met het publiek en kletst haar liedjes met humor aan elkaar. ANNY! is verliefd. Dat is op haar nieuwe plaat te horen. That Is You is een mooi liefdesliedje en haar vriend, die ook in de zaal zit, vindt het prachtig. Maar meer uptempo en met een rauw randje zoals bij My Man is ze leuker. ANNY! eindigt met een volle kroeg. Tijdens haar laatste nummer mengt ze zich in het publiek waardoor ze nog sympathieker is. Haar energie is lekker, je voelt je lichter bij het verlaten van het café.
Combineer de energie en kwetsbaarheid van Dudettes met de knusse setting van café Babo en je krijgt een uniek optreden. Café Babo lijkt op het eerste oog niet geschikt voor een optreden van de winnaar van de 3FM Serious Talent Award. De ruimte is beperkt en er is geen podium, waardoor de band moeilijk te zien is. Toch pakt het optreden van Dudettes goed uit. Het geluid is goed en de rauwe stem van frontvrouw Zjoly komt goed tot zijn recht. De band speelt lekkere vlotte nummers met als hoogtepunt de nieuwste single How It Feels. De bevlogenheid en passie spat er bij dit nummer vanaf. Dudettes bezorgt je een heerlijke ‘feel good’ gevoel, zodat je met een glimlach de donkere en regenachtige herfstnacht in stapt.
Terwijl op het scherm aan de muur van de Ierse pub Mick O’Connels de wedstrijd Nederland-Hongarije nog in volle gang is, trappen the Elementary Penguins hun set af. De in stemmig zwart geklede heren weten de aandacht van de toeschouwers te trekken met hun puntige en aanstekelijke rock-‘n-roll. Wat opvalt, is dat de nummers van deze Amsterdamse band (zanger Dale Wathey is overigens Brits) live veel ruiger klinken dan op de eerder dit jaar verschenen debuut ep Everybody Knows My Name Especially On the Dancefloor. Dit komt de muziek alleen maar ten goede. Overtuigend optreden van dit drietal, ondanks het soms wat haperende geluid.
De barista’s van Doppio Espresso hebben speciaal voor de Popronde hun zaak leeg gehaald. De dames van Bells of Youth richten de vrijgekomen tegelvloer in. De band tuigt de speelplek gezellig op; stoffen tasjes met het logo zijn als kleedjes gedrapeerd over de monitors, stickers in de vorm van bierviltjes markeren de scheiding tussen publiek en band. Ook varkentje Esmeralda krijgt haar plek vooraan het ‘podium’. Precies op tijd begint de band. Na een paar nummers vragen de meiden aandacht voor de decibelmeter. Het publiek produceert meer volume dan de band zelf. Een originele manier om aan de bijna honderd aanwezigen meer aandacht voor de muziek te vragen. En het werkt. Meerstemmige samenzang is het handelsmerk van de dames. Semi-akoestische indiepop met een retrorandje lijkt de meest adequate omschrijving van het repertoire. Opvallend is het ‘halve’ drumstel: slechts een basdrum en twee toms met roodgeruite theedoeken er huiselijk op gelegd. De vijf meiden spelen nummers van hun ep New Day afgewisseld met een aantal covers uit de oude doos van onder andere Crossby, Stills & Nash en Fleetwood Mac. Het enthousiasme vonkt er vanaf. Bells of Youth spaart hard om in december eenn nieuwe cd uit te brengen. Giften aan Esmeralda zijn welkom. Nu eens geen hippe crowdfunding, maar geld stoppen in een retro spaarvarken. Het is hen gegund.
Met de opzwepende sound van de contrabas en de theatrale bewegingen van de zangeres creëert Casa de la Muerte direct een geheel eigen sfeer. Al helemaal door de rode kerstlichtjes en de roze microfoonstandaard, die met bloemen is versierd. Ze vereren de dood, maar lijken het leven te vieren. De band speelt een mix van rockabilly en Balkan. Casa de la Muerte is origineel, energiek en vervreemdend.
Lookapony begint 15 minuten te laat. De gitarist is nog even de auto wegzetten, maar toch gaat de band al van start. In Pegasus krijgt Lookapony vleugels. De band is hier precies op z'n plaats, want er straalt een bepaalde Arctic Monkeys-achtige brutale Britsheid van de band af. De charmante incompetentie contrasteert met de keiharde strakheid en virtuositeit van de nummers. De gitarist is gevonden, maar er is nog een snoer kwijt. Wanneer de gitarist uiteindelijk ook meespeelt, kan de avond allang niet meer stuk. Voor het eerst ooit kijkt er geen mens meer naar de constante stroom sportactiviteiten op het scherm aan de andere kant van de pub.
De eigenaar van Café De Beugel is volgens de sp aties de meest dappere boeker van de Popronde. Alleen hij durfde het aan om dit furieuze drietal in zijn kroeg te laten spelen. Dat krijg je ervan als je zo nodig liedjes over de conservatieve tendensen op het platteland wil voordragen. Maar zonder gekheid; de kruising tussen nederbeat en garagerock gaat als een wervelwind door de Beugel. De gortdroge aankondigingen en teksten toveren een gretige glimlach op menig gelaat. Jammer dat de publieksreactie zich niet wat meer fysiek uit, want dat verdient dit drietal eigenlijk wel. Zij laten zich er echter niet door uit het veld slaan en trakteren de aanwezigen nog op een aantal toegiften. Alstublieft!
Voor de Twentse band Texas Radio moeten we een eindje lopen - door de regen - naar De Kroeg, waar zich toch aardig wat publiek heeft verzameld. Het jonge vijftal is enthousiast en speelt vol overgave hun licht psychedelische bluesrock-‘n-roll. Deze doet denken aan The Doors of, wat meer recent, The Black Crowes. Ook minder gebruikelijke instrumenten als de trompet, banjo en mondharmonica zijn in de nummers verwerkt. Die nummers zijn vooral afkomstig van hun in eigen beheer uitgebrachte debuut-ep Texas Radio. Met zijn rauwe zang krijgt zanger Arthur Akkermans het publiek goed mee. Er wordt zelfs volop gedanst. Een zeer geslaagd optreden van deze veelbelovende band.
Velen kijken reikhalzend uit naar het optreden van Sunday Sun in ‘t Huys. Het café is dan ook goed vol. Alleen duurt het even voordat de band kan beginnen. Tijdens de soundcheck komt er geen geluid uit de microfoons. Technici, stagemanagers en bandleden trommelen onophoudelijk met hun vingers op microfoons, vervangen kabels en drukken knopjes in en uit. Dit komische schouwspel duurt eeuwig. Dan komen de eerste kraken en piepen door de luidsprekers. Met meer dan een halfuur vertraging begint de band. Aan de mengtafel probeert men tevergeefs het geluid acceptabel te krijgen. Dan maar het volume op draaien. Het geluid is nu één grote brij. Het is overstuurd, tegen het rondzingen aan, kortom bagger. Is stoppen en niet spelen een optie? Bij de Popronde niet. The show must go on. Sunday Sun gokt er kennelijk op dat het geluid beter wordt. En inderdaad, heel soms klinkt er iets van de zang door. Maar goed ook. Sunday Sun is immers de band van de mooie vierstemmige koortjes. Zang zoals je die bij The Beatles of in de surfpop van The Beach Boys hoorde. Zowaar is na ruim een halfuur een refrein verstaanbaar: “You and I” (5x) gevolgd door “I call you honey” (7x). Tekstjes voor op een familiestrand in Zeeland of bij slecht weer in de kantine van de Larense Lawn Tennis Club. Je zou willen dat de microfoons nu definitief uitvallen.
Een driemansband met gelikte instrumenten, dat is Woot. De Barron staat vol. De mensen komen steeds verder naar voren om naar deze knappe jongens te kijken. De zanger heeft een zoete stem voorzien van een ruige rand. Er wordt gespeeld met mooie gitaar-FX en de enthousiaste drummer heeft wat weg van muppet Animal. Het optreden van Woot kent geen saai moment. Op een gegeven moment gaat de bassist onderuit, maar alleen de voorste sardientjes krijgen het mee. Er zijn veel hoogtepunten. Het publiek vindt het fantastisch. Blues en rock-'n-roll, vette gitaarsolo's en ook de nodige publieksparticipatie komen aan bod. Wat een steengoed optreden.
Het optreden van Cheap Thrills op het nieuwe podium van The Move heeft enig oponthoud. Volgens het programmaboekje maken de vier dames hun opwachting om 23.15 uur. Bij binnenkomst klinken er nog wat stervende tonen van de vorige act en blijkt dat Cheap Thrills nog moet opbouwen. In de tussentijd probeert een, naar het zich laat aanzien gelovige, man een aantal mensen uit het publiek de lof van Jezus Christus mee te geven. Dit niet tot ieders genoegen. Gelukkig duurt het vervolgens niet lang voordat de band het podium betreedt om eruit te persen wat er nog inzit. De frontvrouw heeft duidelijk last van haar stem en gaat naar eigen zeggen na elk nummer een stukje dood. Dit weerhoudt haar en haar medebandleden er echter niet van om het publiek een goeie trap tussen de benen te geven. Met name de slagwerkster van dienst mept erop los alsof het een lieve lust is. Vuige rock-‘n-roll door vier vuige vrouwen. Wat wil een mens nog meer?
Altijd al gewild dat er een band uit Nederland is die lekkere no-nonsense popliedjes met wat power maakt? Vrees niet langer. Met Adam & the Relevants is er zo’n act. Lekker meeblèren met nummers die doen denken aan Black Lips en Wavves. Droge opmerkingen tussen de nummers, brutaal petje op, Adam is de ideale frontman voor de band. Wat ook wel duidelijk is, is dat het publiek zit te wachten op deze band. Vooraan wordt er fanatiek meegesprongen op de soepele refreintjes, waarbij achterin de telefooncamera’s in de aanslag genomen worden. “..., pas wel op dat jullie niet geslagen worden met onze gitaren.” Gewoon lekker gaan!
Bij binnenkomst word je niet alleen opgewacht door de geur van verse koffie, maar ook van beukende gitaren. De mannen van Eisenhower sluiten af in Doppio en hoe! De heren hebben er duidelijk zin in en trakteren het publiek op diverse solo’s. Met suizende oren en glanzend voorhoofd verlaat het publiek Doppio om af te koelen in de regen.
Ondanks de late start weet Proper Outfit het publiek in te pakken. Er is weinig ruimte voor ze in Bano. De bassist moet zelfs op de bar spelen, maar dat heeft z’n charme. De rest staat op gelijke hoogte met het publiek, dat geeft een leuk huiskamereffect. Proper Outfit bestaat uit vijf jonge, goedgeklede dames en heren. Ze zijn hip en modern en zo klinken ze ook. Ze ogen commercieel maar zijn toch verrassend. De songs lenen zich ervoor om onthouden te worden.