Orgel Vreten bespreekt eigen show

In de kleedkamer terugkijken op het werken met gastmuzikanten en improvisatie

Tim Arets ,

Orgel Vreten is net klaar met de show. Even afkoelen of iets dergelijks hoeven Robin en Thijs niet. Ze gaan meteen met het publiek een praatje maken en merchandise verkopen. Daarna nemen ze nog de tijd voor een interview. Tussen de vragen door bespreken ze meteen de show met elkaar.

Wie: Robin Piso (bekend van DeWolff) en Thijs Schrijnemakers (bekend van Wende Snijders), maar natuurlijk ook van eigen project Orgel Vreten
Wanneer: Vrijdag 20 juli 2012, net na de show na snel merchandise verkocht te hebben
Waar: In de trailer achter het hoofdpodium.

Hou je van wandelen?
Thijs en Robin: “Ja ontzettend, haha.”

Met wie op de-Affaire zou je een affaire willen?
Thijs: “Ik heb al een aantal dames gezien...”
Robin: “Ik vind mezelf al geil.”
Thijs: “Schrijf dat maar op voor Robin, dan kies ik wel een muzikale affaire. Hoewel ik daar wel bij moet zeggen dat ik wel uitgekeken ben op zangeressen. Dat werkt echt totaal niet meer bij mij, haha.”
Robin: “Ik was ook een tijdje verliefd op zijn zusje, haha. En niet alleen verliefd.”
Thijs: “Er staan heel veel goede bands op de-Affaire. Ook vrienden van ons, maar als ik er een moest kiezen, zou dat Sunday Sun zijn.”

De shows lopen bijna ten einde. Hoe kijken jullie er op terug en zouden jullie nog zo’n project willen doen?
Robin: “Ja, eigenlijk hetzelfde, maar dan in het najaar.”
Thijs: “We kunnen nog niet precies hoe en wat zeggen. We gaan de samenwerking weer aan. Dat is zeker.”
Robin: “Deze show op de-Affaire heeft elke show overtroffen. Oerol was ook heel cool.”
Thijs: “Het regende op Oerol zo hard dat we iedereen het podium op lieten komen. Van die tachtig mensen hebben we een koor gemaakt en mee laten zingen.”
Robin: “Aan deze show was het gewoon heel cool dat we allemaal gastmuzikanten erbij hebben kunnen betrekken.”
Thijs: “Zo ook bij het nummer met de sousafoon. We hebben in de auto besproken welk nummer we zouden doen.”
Robin: “Maar die gast heeft ook echt een presence. Hij staat er echt en had ook supergoede interactie met ons en het publiek. Dat is ook het leuke aan Orgel Vreten. Voor de show staat er weinig vast. We kunnen gewoon iemand erbij halen zonder gerepeteerd te hebben. Er gebeuren heel veel dingen tijdens onze shows, het is één grote verrassing. Bijvoorbeeld de stroom die uitviel, maar dat gebeurt best vaak eigenlijk, haha.”
Thijs: “Ja, we denken dat het door iets in onze orgels komt. Op Oerol regenden de orgels uit.”
Robin: “Daar kwam Dennis Gaens (de stadsdichter van Nijmegen, red) zijn gedicht bij ons gewoon a capella doen. Daarom vonden we het leuk om hem hierbij te betrekken, ook omdat het natuurlijk de Nijmeegse stadsdichter is en hij een gedicht voor de-Affaire heeft geschreven. Het is echt heel leuk om te doen. Dan valt de stroom uit en komt de sousafonist samen met Bertus Borgers weer het podium op. Ze verzinnen spontaan een show. Zodra de orgels het dan weer doen, is dat meteen weer zo’n blij moment dat de show weer door kan gaan, maar eigenlijk blijft het steeds indrukwekkend om naar te kijken. Bij een gewoon bandje heb je dat niet.”
Thijs: “Als de band en de gastmusici niet waren doorgegaan met spelen, hadden we gewoon met het publiek gesproken en op die manier de stadsdichter op laten komen. Dat bedacht ik ter plekke, maar toen zag ik dat die gastmusici opkomen en dat zag er echt heel cool uit. Je hebt ons trouwens wel op een goed moment te pakken voor een interview, want Robin en ik zijn nu gewoon samen de show aan het bespreken, haha.’

Jullie improviseren dus vrij veel in jullie shows. Hoeveel ligt er eigenlijk van te voren vast?
Thijs: “De meeste dingen die we samen spelen en de overgangen staan vast, maar wanneer die komen en wat we daar tussendoor doen, wordt allemaal met gebaren aangegeven aan de band en aan elkaar.”

Maar het einde van net, waar jullie op het orgel klommen en door bleven spelen, is zoiets vastgelegd of is dat ook puur geïmproviseerd?
Thijs: “Nee, zoiets is niet vastgelegd, omdat het bij sommige shows ook totaal niet past. Het is geen ‘1, 2, 3, klim’-verhaal. Maar dat Robin mijn orgel vastpakt, is wel iets wat we van tevoren afspreken. Daarvan staat alleen niet vast wanneer dat gebeurt. Dan zit ik net lekker te spelen en dan opeens is zijn hand er.”
Robin: “Maar ook de gastmuzikanten bijvoorbeeld. We hebben de sousafonist net een half uur voor de show ontmoet. In de auto hebben we gewoon aan de telefoon doorgesproken welke toonsoort hij moest spelen en dat soort dingen. Heel vreemd dat het dan alsnog werkt. Hij vroeg toen ook of hij nog een trombone stuk mocht slaan. Ik dacht dat hij een grapje maakte, maar dat bleek dus gewoon echt zo te zijn. En dat onze eigen drummer opeens orgel ging spelen, was ook echt super gaaf.”
Thijs: “We zijn op internet gaan zoeken naar iemand die een tuba bespeelt en zijn toen bij hem gekomen en hebben hem gewoon opgebeld. Bertus Borgers ken ik van de rockacademie. Hem had ik ook gewoon een keer opgebeld om mee te doen, en dat doet hij nu steeds vaker.’

Zijn jullie af en toe bang dat het fout gaat door de improvisatie?
Thijs: “Nee, want dat idee heb je niet soms, maar altijd, haha. Het gaat namelijk doorlopend fout, maar we worden steeds beter in het oplossen van dit soort dingen.”
Robin: “Waar we vroeger wel met duidelijkere gebaren moesten aangeven aan drummer en bassist dat we iets nieuws gingen doen, kan dat nu vrijwel met een klein knikje of een klein handgebaar.”