De extremen van De Staat

'We hebben met Machinery uitvergroot wat ons uniek maakt'

Tekst: Timo Pisart / Foto's: Jan Kliphuis, Jelmer de Haas, Mike Nicolaassen ,

"Ik houd gewoon van extremen." Bijna terloops zegt hij het, midden in een verhaal over de productie van Machinery. Zonder erbij stil te staan verwoordt frontman Torre Florim met deze uitspraak echter precies waarom de tweede plaat zo'n gevarieerd, bijna schizofreen, album is geworden. De Staat over Machinery.

'We hebben met Machinery uitvergroot wat ons uniek maakt'

"Ik houd gewoon van extremen." Bijna terloops zegt hij het, midden in een verhaal over de productie van Machinery. Zonder erbij stil te staan verwoordt frontman Torre Florim met deze uitspraak echter precies waarom de tweede plaat van zijn Nijmeegse band De Staat zo'n gevarieerd, bijna schizofreen, album is geworden.

Elk nummer een eigen identiteit
"Bij elk nummer heb ik gekeken: wat past hierbij?", legt Torre uit. "Een liedje als Serial Killer begint met "UH!", een soort oerkreet. Dan heb ik meteen het gevoel: nu gaan we rijden, weet je wel?" Naast hem zit koebellist/toetsenist Rocco Hueting. Af en toe bromt hij wat, nuanceert hij het verhaal van de frontman of vult hem aan, maar zittend in LUX op deze druilerige namiddag is de rolverdeling duidelijk: Torre heeft de leiding.

De frontman vervolgt: "Een liedje als Old MacDonald Have No Farm No More, dat is gewoon heel extreem met militaristisch geschreeuw. Zoiets heb ik nooit eerder gedaan. Bij ieder nummer gingen we op zoek naar een eigen identiteit, zodat de nummers onderling zo extreem mogelijk zouden verschillen. Want ik wist: als we het met zijn vijven spelen heeft het toch wel één sound, één productie. Ik houd ervan als bands proberen ieder nummer een eigen gezicht te geven."

Stoor je je er dan niet aan dat de plaat alle kanten opschiet?
Torre: "Nee, ik vind dat juist een groot voordeel. Anders krijg je het gevoel almaar naar een brok van hetzelfde te zitten luisteren. Ik luister zelf platen vaak niet helemaal af, alleen als ze divers genoeg zijn."

Welke platen luister je wel van begin tot eind?
Torre: "Dat is een goede vraag… Eigenlijk luister ik bijna geen muziek meer tegenwoordig." Hij zwijgt even. "Dat gebeurt gewoon als je zo veel met muziek bezig bent."

Omdat je verzadigd raakt?
Torre: "Ja. Ik denk het wel. Wanneer ik iets echt heel erg vet vind, dan duik ik er meestal wel helemaal in. Ik ben een aantal keer naar de cd-winkel gegaan om Afrikaanse muziek en Aziatische geluiden te zoeken, zo vond ik de traditionele Mongoolse liederen van Hangai. Die heb ik letterlijk gesampled voor Keep Me Home."

Ben je voor Machinery bewust op zoek gegaan naar zulke exotische verwijzingen?
Torre: "Niet echt. Het is gewoon leuk om te zoeken naar geluiden die ik nooit eerder heb gehoord en niet zo alledaags zijn. Zo is het bij de eerste plaat ook gegaan, ik hoorde ergens een Senegalees ritme en het leek me cool dat te combineren met woestijnachtige gitaren. Dat zijn van die kleine ideetjes die ik oppik en met elkaar combineer. Ik vind liedjes met een britpopbeat nooit leuk, daarom besloot ik ook eens een nummer met zo'n beat te maken dat ik wél leuk vind. Dat is Psycho Disco geworden. Er zitten drie of vier gitaren in met allerlei minimalistische veranderingen, waardoor het klinkt als een soort machine die almaar doorstroomt."

"Wij zijn van die kleine robotaapjes die kunnen dansen"
Die machine is de rode draad door de tweede cd van De Staat, aldus Torre. "Achter veel nummers zit een onderliggende compositiemethode: we benaderen onszelf als verschillende losse mechanische elementjes die allemaal hun eigen geluidje maken. Wanneer die samenkomen klinkt het als één ronkende machine."

Een vergelijking met Era Vulgaris, het wat ontoegankelijke laatste album van Queens of the Stone Age, is hierbij snel gemaakt. Iets te snel, vindt Rocco. "Natuurlijk zie ik wel parallellen, maar wij zijn zoveel lichtvoetiger. Zij zijn van die gigantische robots die de hele stad kapot maken, wij zijn van die kleine robotaapjes die kunnen dansen."

Ook het debuut Wait for Evolution was geproduceerd door verschillende kleine partijen over elkaar te leggen. Die plaat zou Torre eveneens best 'machinaal' willen noemen. Torre: "We hebben met Machinery uitvergroot wat ons uniek maakt. Veel mensen zeiden dat we zo staccato waren, dat wilden we graag nog meer uitkristalliseren." Even later nuanceert Torre dat: "Weet je, het is maar hoe je het bekijkt. In veel nummers hoor je die machinale aanpak misschien niet eens, en dat maakt niet uit."

Boven elke wet staan
Tekstueel verplaatst Florim zich meerdere malen in het perspectief van een moordenaar. In Serial Killer overduidelijk, in Keep Me Home iets subtieler als soldaat die tegen wil en dank mensen vermoordt. Wat hem fascineert aan dit thema, weet de zanger niet meteen te verwoorden. Hij lacht. "Ik zie het niet echt als een thema, maar kennelijk zing ik er meer over dan andere mensen. Ik gebruik graag krachttermen als death, dead en fight. Daarmee kun je een beeld heel duidelijk overbrengen."

"Het zou ook het gevolg kunnen zijn van zo'n intensieve samenwerking", probeert Rocco ginnegappend. Torre vervolgt op serieuze toon: "Bij Serial Killer is dat beeld heel duidelijk. Ik zat te denken: als seriemoordenaar doe je wat in iedere wet en elk religieuze boek is verboden, op moord staat de hoogste straf. Een seriemoordenaar doet dat gewoon, dat is zijn ding. Daarmee staat hij boven iedere wet, dat vond ik een interessant gegeven."

Keep Me Home
is tekstueel geïnspireerd op de film The Hurt Locker. "Ik had er een heel eenzaam beeld bij van een soldaat in de woestijn die het gevoel heeft zichzelf te verliezen. Hij weet niet meer wie hij is en waar hij mee bezig is. Hoe langer hij bleef, hoe liever hij naar huis wilde."

Dat zing je vanuit het 'ik-perspectief'.
Torre: "Ja. Ik zing eigenlijk altijd vanuit dat perspectief."

Waarom heb je daarvoor gekozen?
Torre: "Ik weet het niet... Ik zing het natuurlijk ook. Ik houd nooit van die shit zoals "Johnny was walking down the street", dat vind ik te verhalend."
Rocco: "Dat kan best mooi zijn."
Torre: "Dat ontken ik ook niet, maar ik vind het minder krachtig. Ik wil geen afstandelijk verhaal vertellen."

Dit interview is tot stand gekomen in samenwerking met het Algemeen Nijmeegs Studentenblad. Lees de andere helft van het gesprek op http://www.ans-online.nl/interview/de-staat-we-willen-overrompelen-mensen-verdwaasd-achterlaten, over de hiërarchie in De Staat, hun band met Nijmegen en het 'kasteel' te Lent waar Machinery tot stand is gekomen.