Kids 'n' Billies, een tijdreis naar de 50’s

Het rockabillyfestival voor het hele gezin

Tekst: Mike Ligthart / Foto's: Hans Cras ,

Kids ‘n’ billies 2011 viel ondanks het slechte weer niet tegen. Dit was voornamelijk te danken aan de goede mix van internationale bands en lokale bekenden.

Het rockabillyfestival voor het hele gezin

Een uur na de opening van Kids 'n' Billies 2011 druppelen langzaam maar zeker ook de bezoekers binnen. Enkele zelfs gehuld in jaren '50 outfits. De organisatie heeft zelf ook zijn best gedaan om het terrein van openluchttheater de Goffert thematisch aan te kleden. Grote lolly's steken uit de grond en overal is speelgoed van vroeger te vinden. Leuk om te zien, maar vooral leuk voor de kids om mee te spelen.

Dat het water uit de lucht harder druppelt dan de toestroom van mensen houdt de Nijmeegse band Sister Johnson niet tegen. Ze worden aangekondigd als "een strakke bak koffie" en dat is precies wat de vroege toeschouwers kunnen gebruiken. Nadat Bert Bleek, de drummer tevens kunstenaar, klaar is met het verkopen van zijn kunst, neemt hij ook plaats op het podium. Ze zetten inderdaad de beloofde strakke basis neer, maar het ontbreken van catchy rifjes brengt het geheel niet echt op gang. De rauwe klanken van de zanger brengen toch wat sfeer in de skin-a-matic-tent. Ze doen daarmee het labeltje 'rauw&roll' eer aan. Het laatste nummer is als klassieker te bestempelen en heeft daarmee zeker potentie. Sister Johnson zou wel beter tot zijn recht komen in een donkere zaal, laat op de avond en met een goed glas whiskey.

Denvis & the Real Deal beginnen origineel met een liedje van de Efteling. De rest van de setlist is van een hele andere aard, een volwassen sound bestaande uit een combinatie van rock, country en blues. Dennis Grotenhuis, de frontman, is een trouwe bezoeker van het festival en zet veel toepasselijke nummers in die hij opdraagt aan de ‘pappies’ en de ‘kids (en Billies)’. De blazerssectie van de in totaal negenkoppige band geeft het geheel een nog rijker geluid. De vetkuivige bezoekers kijken tevreden toe en laten het bier nu al rijkelijk vloeien.

Terug in de tent klinkt er een heel ander geluid. We hebben ons verplaats van het zuidelijk deel van 'the States' naar een tropisch strand. Los Venturas brengt het surfgeluid weer helemaal terug. De Belgische frontman en drummer zegt vrij weinig. Hierdoor is er weinig interactie met het publiek. De muziek zelf is ook vrij van vocalen, maar dat is helemaal niet erg. Het wegdrijven op de muziek is dan ook snel gebeurd. De leadgitarist laat een strak staaltje vakmanschap zien waar het publiek zichtbaar van geniet. De andere gitarist verrast met een ‘magische gitaar’ die een aparte sound heeft die doet denken aan India.
 
Na deze wereldreis komen de benen weer aan de grond door de stevige rockabilly van Al and the Black Cats. De theaterzitjes worden verruild voor een actievere houding. De ruige muzikanten staan zelf ook alles behalve stil. Ze bespringen het drumstel of zwaaien met hun grote contrabas. De punkinvloeden zijn duidelijk te vinden in zowel het uiterlijk, de performance als de muziek. Al met al een goede afwisseling.

Intussen maakt The Gospel een begin in de tent. Ze zetten meteen een swingende basis neer met veel catchy rifjes en het onmiskenbare orgelgeluid van de frontman. Hoewel de naam een aantal vermoedens oproept, maken ze niet echt gospelmuziek. Het zit wel bomvol soul. De zang wisselt tussen ruw en schraal. De formatie lijkt enigszins willekeurig bij elkaar gezet, maar staat ijzersterk te spelen. Het laatste nummer is meteen ook hun sterkste. Het grootste gedeelte is instrumentaal en nu laten de heren zien wat ze kunnen. Het lijkt een paar keer afgelopen te zijn, maar dan plakken ze er nóg meer funk aan.  Ze staan er prima op hun plek.

Halverwege het festival staat (blues)rockband Shaking Godspeed op het hoofdpodium. De zanger/gitarist probeert het publiek aan het bewegen te krijgen met hitsig gitaarwerk, maar zelfs na een oproep om naar voren te komen blijft het publiek zitten. Dit terwijl er toch goed en vol passie gespeeld wordt. Het tempo zit er goed in en de toetsen worden af en toe, zij het soms onhandig, omgewisseld met een strakke baspartij. Sommige nummers worden heerlijk afgesloten met een positieve natrap van pure furie. Het laatste nummer, een cover van Freddy Kings Going Down, lijkt dan toch wat meer beweging op de tribune te veroorzaken. Conclusie: een goed optreden waarbij de locatie niet mee zat. Ze kunnen een goede dansvloer gebruiken.

The Kik is een apart verhaal. Deze Rotterdammers lijken slecht voorbereid en spelen af en toe slordig. Zo laat de gitarist tijdens een nummer zijn plectrum vallen en moeten ze opnieuw beginnen. Ze maken ruzie over welk nummer ze gaan spelen, maar dit allemaal met een knipoog. Ze maken er kortom een heuse show van.

Headliner DeWolff sluit deze door regen geteisterde dag af. De jonge, doch ervaren psychedelische bluesrockers zijn op weinig fouten te betrappen. Ze spelen zo strak en gelikt dat je je kan afvragen of ze nog wel plezier hebben. Deze wat van een jammende The Doors weghebbende band is van kwalitatief hoog niveau. Ze kunnen ver komen zolang ze zelf maar plezier blijven maken.