De Staat is als een voorgeprogrammeerde machine: routineus

De verrassingen zijn ver te zoeken

Tekst: Anne Berentsen / Foto's: Sanne Steenbreker ,

De Achterhoek is sinds een aantal maanden een poppodium rijker: de DRU-fabriek in Ulft. Aangezien deze oude ijzergieterij beschermd is, moest er een nieuwe bestemming voor worden gezocht. Het resultaat is een modern complex in een oude huls, waar cultuur de hoofdrolspeler is.

De verrassingen zijn ver te zoeken

De Achterhoek is sinds een aantal maanden een poppodium rijker: de DRU-fabriek in Ulft. Aangezien deze oude ijzergieterij beschermd is, moest er een nieuwe bestemming voor worden gezocht. Het resultaat is een modern complex in een oude huls, waar cultuur de hoofdrolspeler is. Een grote popzaal, een theaterzaal, een hotel in aanbouw, een restaurant: alle hoeken en gaten van de in 1754 gebouwde fabriek worden optimaal benut.

Automatic Sam laat aan het begin van deze avond de Achterhoek weer eens horen hoe muziek hier hoort te klinken. Het plezier spat er vanaf en ook het publiek lijkt dat te voelen. Knallen is altijd al het belangrijkst geweest bij deze band. Tijdens Who Is The Man wordt dit goed duidelijk: er sneuvelen tenminste drie drumstokken en al het gitaargeweld laat ook zijn sporen achter op de gitaar.

Het goed ontvangen Machinery hebben ze ondertussen aan bijna alle Nederlandse popzalen laten horen. Dat de DRU-fabriek een van de laatste zalen in het tourschema van De Staat is, is te horen. De nummers zijn na een lange lijst met optredens geperfectioneerd. Één van de weinige verrassende momenten is de nieuwe of misschien eenmalige andere uitvoering van Habibi. Door de jaren heen is er al het een en ander toegevoegd aan het nummer, maar vanavond ‘sluiten’ ze het nummer met flink gitaargeweld waarbij de hoofden in het publiek spontaan beginnen te schudden.

Bij Old MacDonald Don’t Have No Farm No More wordt er steevast gebruik gemaakt van een extra drummer om het nummer nog meer kracht bij te zetten. Vandaag is het aan Automatic Sams Bob Hogenelst om het nummer nog dansbaarder te maken dan het op de plaat al is. Hier wordt het belang van een goede frontman pas echt duidelijk. Torre weet het publiek op te zwepen en waar de meeste frontmannen zich verschuilen achter hun gitaar weet hij ook zonder gitaar het publiek te imponeren met zijn moves. Tijdens Let It Snow hebben we te maken met een opvallende wisseling van de wacht. Rocco laat zien dat hij zich niet alleen kan uitleven met een koebel. Hoewel de energie er vanaf spat, worden de bandleden niet in de spotlights gezet. Letterlijk. Met de minimale belichting en de dichte rookwolken zijn de bandleden slechts heftig bewegende schimmen en lijkt de muziek uit het niets te komen.

Bij De Staat krijg je waar voor je geld: ze spelen strak en vooral erg lang. Maar deze show, waar niks aan het toeval wordt overgelaten, doet vooral vermoeden dat het een routineklusje is geworden. Fabriekswerk. Een machine.