UITfestival dag 2: dansen in een modderpoel

Soepel optreden van statisch Easy Trigger

Tekst: Sebastiaan Bevers / Foto's: Tom de Goeij ,

Regen, regen, regen en nog eens regen. Tussendoor is er een fietsend blaasorkest, de humor van Piepschuim en iNtrmzzo en de winnaar van de Roos: Easy Trigger. Genoeg voorwaarden voor een weergave van een dag vol diversiteit.

Soepel optreden van statisch Easy Trigger

De zorgen om het weer van zaterdag worden waarheid op zondag. De hele dag wordt geteisterd door constante regen. De vrees voor het Valkhof is terecht: het is één grote modderpoel geworden. Veilig en langzaam glibberen is een pré.

In de namiddag, als Easy Trigger het podium betreedt, kunnen de paraplu’s en regenpakken langzaam opgeborgen worden. De regen kan desondanks nog een fataal effect hebben op de rockformatie. Het tentdak is een grote bult gevuld met regenwater dat elk moment dreigt te ontploffen. Maar het viertal weet zich staande te houden met geslaagde riffs en door keihard te beuken. Het is weliswaar moeilijk om in het genre hardrock vernieuwend te zijn, maar Easy Trigger probeert tenminste om het publiek te verrassen door gepast en ongepast met tempo te spelen en in te houden. Het optreden verloopt vrij soepel, wat echter niet gezegd kan worden van de podiumpresentatie. Met uitzondering van de katachtige bassist is Easy Trigger erg statisch. De voeten van de twee gitaristen verlaten vrijwel nooit de monitor.

Dat de licht jazzy popliedjes van Kim Soepnel “te origineel zijn voor het Songfestival” (aldus de Songfestivalcommissie) moge duidelijk zijn. Dit komt mede door een instrumentaal nummer over de dwaalgans en chansons met een egyptische touch. De nederpopformatie Piepschuim speelt grappige en aandoenlijke liedjes die ook in de categorie cabaret thuis horen. Het vrouwonvriendelijke en obscene aandeel is te wijten aan vrouwen die te strakke broeken aantrekken. Humor zit ook in het a capella kwartet iNtrmzzo, maar de grappen zijn flauw en de covers hoewel op originele wijze uitgevoerd, toch oubollig.

Covers doen het vanmiddag niet zo goed, ook niet met Motel West Coast. Er staan twee nummer één hits op het podium, Syb van der Ploeg (ex- De Kast) en dat meisje van Twarres. Maar het is niet meer dan een rommelige grootmacht die tracht de jaren zestig te reanimeren met de hits van toen. Tja, zo stond je een decennium geleden bovenaan de nationale hitlijst en zo zit je in een opgeblazen coverband. Gelukkig is er nog het fietsende blaasorkest dat stiekem weer een glimlach op het gezicht tovert en de regen doet vergeten.

Ondanks de regen en het modderfestijn krijgt de Amsterdam Klezmer Band de mensen aan het dansen. AKB is het sprankelde voorbeeld van het spreekwoord “The show must go on”. Ondanks het barre weer hebben ze welgemeend plezier op het podium, dat overslaat op het geringe aantal bezoekers. De vrolijkheid en het veelvuldig gebruik van de Nederlandse taal maakt het een beetje goed voor de weinig originele klezmer.

Afsluiter Frank Fairfield weet op een originele manier het publiek aan zich te binden. Hij gaat met zijn banjo en fiddle in een hoek zitten en het publiek mag voor hem op het podium plaatsnemen. Intimiteit alom voor een veredelde straatmuzikant, want het liefst loop je aan dit soort acts voorbij en blijf je niet lang stil staan. De traditionele folk en country is saai en dat komt vooral omdat Fairfield niet wil zingen. Hij slaakt enkele losse kreten en dat was het dan.

En dan…, na een hele dag in de regen kan je eigenlijk alleen nog maar aan warme chocolademelk met slagroom denken.