Oefenruimteconcerten deel 1: je komt ogen en oren te kort

40 beginnende en ervaren bands presenteren zich aan gretig publiek

Tekst: Erik-Jan Scholtens en Fred Hubers / Foto's: Ronald Eckringa en Eric Veltink ,

Terwijl Ajax nog steeds op zijn donder krijgt van Cruyff, omdat de jeugdopleiding tekort zou schieten, heeft de Jacobiberg zijn zaakjes prima voor elkaar. De vaak nog jonge bands lieten zien dat er nog veel potentie zit in de Anhemse popscene. 3VOOR12/Arnhem-Nijmegen doet een greep uit het ruime aanbod.

40 beginnende en ervaren bands presenteren zich aan gretig publiek

De Oefenruimteconcerten zijn bedoeld om bands een kans te geven zich te presenteren, zonder dat ze meteen op het podium moeten gaan staan met een set van anderhalf uur. Optredens van slechts twintig minuten, zonder noemenswaardige soundcheck, in de vertrouwde omgeving van de eigen oefenruimte: het is een gouden formule.

In de grote zaal zijn twee kleine ruimtes gemaakt, waar vooral de rustige muziek is geprogrammeerd, zoals Damian Kosmos. Deze zanger imponeert vanaf de eerste seconde met een Stem zoals je die tegenwoordig nog maar weinig tegenkomt. Gewapend met een akoestische gitaar en spaarzaam begeleid door een keyboardspeler, zingt hij een paar melancholieke ballads die vaak de juiste snaar raken. Hij opent met een cover van Cat Power en eindigt met een vrolijk uptempo liedje over iemand met de ziekte van Alzheimer. Je  moet het maar kunnen. Zijn stem is krachtig en vrij hoog. Echter, de liedjes kunnen wel iets meer pit gebruiken en de timing van het keyboard en de gitaar moet wat beter op elkaar afgestemd worden.

Dan is het nu tijd voor iets harders, Kaasschaaf bestaat naast drie ‘zware’ jongens ook uit een verminkte pop achter de drums. Met nummers over zelfkastijding van het mannelijk geslachtsdeel en bloedpoep is het echte harde black/death metal waar bijna geen melodie in te vinden is. Zelfs met oordoppen in doet het nog bijna pijn aan je oren. Het is grappig om te horen dat de zanger na al het doffe en onverstaanbare gegrunt gewoon weer een normale stem opzet als een nummer is afgelopen.

Het vijftal van Vapour Trail past nauwelijks op het podium van het kleine Oefenhok. De bassist staat bijna onzichtbaar achter de geluidsspeaker. De band maakt herkenbare pop die past bij de leeftijd van de jonge bandleden. Het is echter allemaal een beetje te gewoon. Maar in de toekomst wordt Vapour Trail wellicht alleen maar beter als ze zich blijven ontwikkelen.

Als je het over beginnende artiesten hebt, dan valt zangeres-pianiste Miriam Moczko daar natuurlijk niet meer onder. Het afgelopen jaar trad ze door heel Nederland op en kreeg zij overal lovende recensies. Deze middag moet ze het zonder haar vaste begeleiders op cello en beatbox doen. Dit maakt haar liedjes nog breekbaarder dan ze al zijn. Toch presteert ze het om bij het tweede nummer de zaal helemaal stil te krijgen. Een verkoudheidskuchje zorgt er mede voor dat ze na vier liedjes al stopt, maar ze heeft opnieuw een fraai staaltje van haar kunnen getoond.

Van heel andere muzikale planeet komt Vitamin 14. Deze cross-over band zoekt het vooral bij de oude Chili Peppers, Faith No More en Primus. Door een slechte geluidsbalans zijn de gitarist en de bassist amper te horen, maar grooven doet deze band zeker. Strakke breaks, verrassende ritmewisselingen en een energieke drummer zorgen voor een enthousiast publiek. De presentatie kan nog wat beter, net als de zang die met een iets te gemaakt accent in de microfoon wordt gesneerd. Desalniettemin: een geslaagd optreden.

De heren van Page Zero houden met hun muziekstijl het midden tussen rock en hardrock. Soms hebben ze wat rustigere nummers, die dan wel weer hard eindigen. De drums spelen een belangrijke rol, met veel hi-hats en bekkens, die door een supergeconcentreerde drummer worden bespeeld. De band straalt plezier uit en krijgt het publiek ook aardig mee in de Rietveldzaal.

Het optreden van het drietal Claus is superstrak. De Amerikaans/bluesachtige, snelle rock is eigenlijk op geen enkel foutje te betrappen. Ondanks dat niemand tijdens de uitvoering in beweging komt, is het zeer dansbare muziek. Het wederom supersnelle slotnummer Forty Years is het hoogtepunt, waarbij de drummer qua zang zijn ook steentje bijdraagt. Naast de muziek wil Claus ook nog een onderwijzende functie hebben. Zo adviseert de zanger na het laatste nummer de toeschouwers vooral zichzelf te blijven, wát de komende vier jaar ons op politiek gebied ook gaan brengen.