Afwisseling siert Tracy Bonham

Kaiser Cartel loepzuiver, maar niet boeiend

Tekst: Felicia Tielenius Kruythoff / Foto's: Hans Kreutzer ,

Luxor Live heeft een Amerikaans avondje georganiseerd. Twee bands met hun roots in de folk en country luisterden de avond op met sfeervolle optredens.

Kaiser Cartel loepzuiver, maar niet boeiend

 

Is het een band, is het een singer-songwriter of is het Superman? Geen van allen. Kaiser Cartel is ontstaan uit twee voormalige bandleiders die elkaar ontmoetten toen ze allebei met hun eigen solo-projecten bezig waren. Op het eerste gezicht lijkt het wat op de The Tings Tings, een drummer en een meisje op gitaar, maar qua stijl is het iets heel anders. Het lijkt op een singer-songwriter, maar dan de gepimpte versie, en met een country twist. 

Courtney Kaiser zingt de nummers met het grootste gemak weg en ze heeft de kenmerkende country-snik onder de knie als de beste. Ze komt zonder problemen los van de muziek, maar die is dan ook wel erg monotoon. Het spel is weinig spannend en de laag gestemde gitaar komt niet boven de drums uit, al is die laatste overigens wél goed. Maar er mist iets, en het is lastig om er de vinger op te leggen. Misschien leunt de band wel teveel op Courtneys zangtalent, want het geheel is veel te clean en te braaf. De muziek komt niet binnen en het werkt niet op je gevoel. En dat laatste is volgens mij wel het grootste goed van muziek an sich.

Hoe groot is het contrast als Tracy Bonham het podium betreedt. Deze vrouw kan werkelijk álles, zonder haar eigen sound en eigengereidheid te verliezen. Het is opvallend hoe ze de set aan elkaar breit met verschillende stijlen: jaren ’20 nachtclub jazz, afgewisseld met blues, grungerock en dan weer een klein akoestisch liedje. Confronterende teksten en eigenzinnige arrangementen, het zit er allemaal in.
Het is opvallend dat Tracy niet met haar ‘eigen’ bandleden werkt, maar in Nederland gewoon mensen inhuurt die met haar meespelen. Zo is onze eigen Arnhemse Anne-Maarten van Heuvelen (bekend als Hills en van onder andere NO Blues) in deze tour vertegenwoordigd op (contra)bas. Toch straalt de saamhorigheid ervan af en dat is een complimentje waard.

In tegenstelling tot haar voorprogramma blijkt Tracy Bonham heel goed te zijn in het overbrengen van emotie en wisselt ze het meer serieuze werk snel af met vrolijke nummers, zodat de luisteraar niet wegzakt in het optreden. Ze wisselt regelmatig tussen viool en bluesgitaar, er is een mooie samenzang met de breekbare stem van de drumster, en al met al lijkt het wel of de gemeenschappelijke factor van haar liedjes het opzoeken van een spanningsveld is.

Het is wel jammer dat ze na elk nummer weer minutenlang haar gitaar moet stemmen. Een hinderlijke onderbreking, die ze leuk aan elkaar praat, maar ook voor één van de bezoekers achterin de zaal aanleiding blijkt om steeds weer bijdehante opmerkingen naar het podium te schreeuwen. “C’mon Tracy, you can do better! Give us more power.” Niet bepaald respectvol voor iemand die net haar hart aan je voeten heeft gelegd, maar met de wat hardere rocknummers wordt gelukkig ook deze man weer tevreden gesteld.