Steve Rachmad krijgt Planet Rose niet vol

Emporium en Pinkpop mogelijke oorzaken matige opkomst

Tekst: Daisy Bietsch ,

Steve Rachmad en Nicolas Masseyeff stonden mooi op het affiche, maar bleken over te weinig aantrekkingskracht te beschikken om de concurrentie aan te gaan met alle andere muziekevenementen die samenvielen met deze avond. Ondanks de strakke techno was de opkomst matig.

Emporium en Pinkpop mogelijke oorzaken matige opkomst

In mei leggen alle vogels een ei. Wat technoliefhebbers in mei doen, je ne sais pas exactement, maar in grote getalen naar Planet Rose in Doornroosje gaan ze in ieder geval niet. De verwachtingen naar beneden bijgesteld kan er toch begonnen worden aan een mooie line-up van techno–dj’s.

Bij binnenkomst staat Davy Brandts in de kleine zaal te spinnen. De platen die hij via de speakers op de mensen afvuurt zijn vooral laidback, maar met voldoende energie zodat er ruimte wordt gecreëerd om te dansen. Davy doet wat hij altijd weet te doen en dat is een onderhoudende set leveren, een mengeling van deephouse, detroit, nu-disco en techno.

Timbalism probeert na Brandts hetzelfde kunstje te flikken, maar strandt in zijn poging om tot een danswaardig niveau te komen. Timba is daarmee de zwakke schakel van de line-up. Zijn sound spreekt minder aan, waardoor de set helaas zorgt voor een bijna lege zaal. Dr. Anders, de volgende dj, doet het daarna wel weer iets beter. De kleine zaal blijft in de optelsom echter het genetisch zwakkere broertje vergeleken met wat er vanavond muzikaal in de andere zaal wordt gebrouwen.

Pure start in de grote zaal. Hij draait techno met een hoofdletter. Techno van een vette alles-door-mekaar-saus met een evidente Detroitse signatuur. Een diep en dragend geluid. Pure staat niet heel springerig achter de decks, maar de muziek is goed. Deze nestor van de vaderlandse dance-scene geeft weer simpelweg te kennen dat hij nog steeds zijn technostempel weet te drukken.

Na Pure neemt Nicolas Masseyeff het draaistokje over. Zijn techno steunt meer op een ontwikkeling in de mid- en hoogtonen en wat minder op de bas. De set is bijvoorbeeld doorspekt met verhalende vocals, die duister aandoen. Het is wat minimaler van aard, maar levert een interessant geheel op. Wat daarnaast opvalt aan Nicolas is zijn houding: het houdt het midden tussen een quasi-nonchalance en een lichte arrogantie. Hij ziet eruit ‘alsof hij het wel even doet’. En in dit geval bevestigt zijn draaien dat beeld. De no-nonsense waarmee hij bezig gaat maakt hem een solide factor.

Steve Rachmad is de sluiter van de avond en tevens de headliner. Hij staat echter blijvend té stoïcijns achter de draaitafels. Steve lijkt er verder ook weinig moeite voor te willen doen om het tegenvallende bezoekersaantal te compenseren met een fikse dosis vette beats. Hij is na Nicolas daarom zeker een teleurstellende tree terug in vermaak. Steve luidt daarmee abrupt het einde van de avond in. Met een vloek en een zucht, dat wel. Het is weer eens verplicht wachten op betere tijden.