Darko Esser: “Er komen steeds nieuwe prikkels bij’’

In gesprek met de winnaar IJzeren Podiumdier 2010

Pieter-Paul Spiertz ,

Eind mei won Darko Esser, de danceprogrammeur van Doornroosje, het IJzeren Podiumdier 2010. Ter gelegenheid van deze landelijke onderscheiding schoof 3VOOR12/Arnhem-Nijmegen met hem aan tafel, en trof een blije Darko Esser.

In gesprek met de winnaar IJzeren Podiumdier 2010

Eind mei won Darko Esser, de danceprogrammeur van Doornroosje, het IJzeren Podiumdier 2010. Ter gelegenheid van deze landelijke onderscheiding schoof 3VOOR12/Arnhem-Nijmegen met hem aan tafel, en trof een blije Darko Esser.

Gefeliciteerd met het winnen van het IJzeren Podiumdier 2010! Had je het verwacht?

"Ik had het helemaal niet verwacht en ik ben er natuurlijk hartstikke blij mee!''

Is het toeval dat je de prijs nu krijgt, nu Doornroosje 40 jaar bestaat en jij 15 jaar met Planet Rose bezig bent?
"Geen idee. Ik heb het juryrapport gehoord en het zijn mooie woorden, maar ik was zelf verbaasd dat ik genomineerd was omdat ik niet dacht dat ik anders bezig was dan de afgelopen jaren. We hebben Merleyn erbij gekregen, activeiten verder uitgebreid, maar het is niet alsof er een stormachtige ontwikkeling is geweest. Ik had bijvoorbeeld liever gehad dat ze Hidde Pluymert van de Melkweg hadden genomineerd. Die jongen is 24, zit er net twee jaar, hij heeft echt iets bewonderenswaardigs neergezet. En de Melkweg heeft nooit eerder een danceprogrammeur gehad. Hidde is erg jong, snapt het helemaal, springt er echt bovenuit. Hij denkt breed, weet hoe je het moet verkopen. Hij werkt niet voor z'n eigen eer en glorie, maar weet wat het beste is voor de tent."

Maakt dat een boeker goed?
"Hij springt eruit qua frisse insteek. Niet dat de rest slecht is, het niveau in Nederland is hartstikke hoog. Het belangrijkste aan een programmeur is dat hij zijn oor te luister legt. Je moet veel van muziek weten, maar je hoeft niet per se muziekkenner te zijn. De grootste muziekliefhebbers zijn vaak slechte programmeurs, omdat ze te veel vooruitlopen op het publiek. Ze signaleren bands heel vroeg, maar dat is vaak niet het juiste moment. Als programmeur moet je je eigen smaak los willen koppelen van wat je boekt, concessies doen, timen. Opletten wat er in je stad leeft. Daar kom je achter door gewoon met mensen te praten. Verder moet je een goed netwerk hebben met boekers, vriendelijk en beleefd zijn. Dat is de basis."

Planet Rose is een van de pijlers onder Doornroosje.

"Ja, het bestaat nu meer dan 15 jaar, het is de oudste avond en sinds 1995 het vlaggenschip van Doornroosje. Er is nooit een avond geweest waar maar één ding gebeurd is, dat is een van de redenen waarom Planet Rose alles overleefd heeft en is meegegroeid. Het heeft ook zijn beperkingen: het is four to the floor, voor broken beat hebben we een eigen avond, Sub Infusions. Daar komen binnenkort The Gaslamp Killer en Dimlite. Die hoek is zo breed geworden en uitgesplitst dat het zijn eigen avond verdient. Ook Give it Dub komt naar Doornroosje, een aantal jongens uit Grave organiseert dit feest in Merleyn en we zijn voor het najaar bezig om een aantal grotere edities in samenwerking te doen. Er is aardig wat cross over hier, dat komt ook omdat Nijmegen een kleine stad is. En dankzij internet zijn mensen steeds meer openminded.

Wat voor invloed heb je als programmeur op zo'n avond?

"Goed luisteren naar de achterban is een van de allerbelangrijkste dingen. Je kunt niet zomaar dingen neerzetten omdat je vindt dat iedereen het moet horen, je moet ook luisteren wat mensen willen horen en daarop ingaan. Zo kun je ook beter je avond indelen. Het mooie van geen sluitingstijden hebben is dat het tot zes uur kan doorgaan. Dan kan ik iemand erbijzetten die mensen niet kennen. De Melkweg en Trouw doen dat ook, grote headliners koppelen aan jong talent. Vorig jaar was Nosaj Thing de verrassing van de avond, bij het optreden van The Gaslamp Killer. Niemand had ervan gehoord, die gast speelde de sterren van de hemel. Maar ook artiesten die nu zo groot zijn als Steve Bug zijn hier begonnen met 250 man. Soms heb je iemand precies op het juiste tijdstip, zoals James Holden. In de Randstad was hij populair, wij waren de eerste provinciestad die hem aandurfden. Een schot in de roos."

Hoe weet je of je een jong talent durft te boeken?
"Ik doe bijna altijd antecedentenonderzoek. Dan kijk ik waar iemand eerder gespeeld heeft en wat de reacties daarop zijn. Dat is ook het mooie van internet, de fora staan er vol mee. Voor de elektronische hoek heb je Partyflock, een van de meest geniale sites ooit. Hoe ongenuanceerd de reacties soms ook zijn, je leert wel filteren. MySpace en Facebook tellen ook mee, en wat ik zelf zie op avonden elders. Ik lees veel, ook webzines."

Aan wat voor clubs spiegel je je dan?
"Ik let op wat er in de Randstad gebeurt, en in het buitenland. Wat er in clubs in Berlijn speelt, wat er in de Rex in Parijs staat of in The Fuse in Brussel. Maar ook om Doornroosje heen hangt een goede vibe. Het komt regelmatig voor dat artiesten die eigenlijk veel te groot zijn voor Doornroosje toch willen komen, zoals Laurent Garnier een paar jaar geleden. Jeff Mills komt binnenkort weer, Josh Wink is eigenlijk ook te groot voor een club voor 600 man. Of het gebeurt dat artiesten met de prijs zakken tegenover wat ze normaal vragen."

Ik denk dat je dit nog wel even blijft doen?

"Jazeker. Ik had het voorheen niet gedacht. Ik wilde blijven zolang het fris bleef, maar dat verandert niet. Er komen telkens weer uitdagingen bij. Nijmeegse Electronische Waar (NEW), Doornroosje is steeds beter gaan lopen, dat is wel anders dan toen ik begon. Het zou zonde zijn om nu te stoppen. De nieuwbouw, wat al 10 jaar een uitdaging is om dat voor elkaar te krijgen. Nu Merleyn erbij, de Zomerfeesten, FortaRock. Het is een waaiereffect, er komen telkens nieuwe prikkels bij."