Black Bottle Riot opent de avond, die verder zal bestaan uit een eerbetoon aan The Stooges door een speciaal voor de gelegenheid samengestelde tribute-band.
Terwijl de zaal zich vult, spelen de vier heren uit Nijmegen een set van ruige southern rock, gemengd met jaren zeventig bluesrock. De riffs doen soms denken aan een late Ozzy en aan jaren negentig bands uit de heavy rock.
Terwijl de zaal zich vult, spelen de vier heren uit Nijmegen een set van ruige southern rock, gemengd met jaren zeventig bluesrock. De riffs doen soms denken aan een late Ozzy en aan jaren negentig bands uit de heavy rock.
De drummer weet met enthousiasme en dynamiek zijn grooves overtuigend de zaal in te slaan en met de bottleneck passages van de leadgitarist krijgt het geheel een flinke dosis verfrissing. Vooral het gitaargeluid in het laatste nummer Stay Hungry mengt super met de bottleneck-riffing. Er klinkt veel warmte in de sound met een handjevol scheurende hi-gain. Heel charmant.
De set biedt veel afwisseling, met zelfs een ballad erin. Het publiek krijgt typische Amerikaanse bluesrock voorgeschoteld. Hoogtepunt is een verrassende mondharmonica-solo midden in een van de laatste nummers.
Het tweede gedeelte van de avond wordt al door Black Bottle Riot ingeluid met hun laatste woorden "I’m hungry voor rock-’n-roll". De zaal heeft er ook zin in. Want de vroege Iggy Pop met de Stooges, dat is feest!
Het eerste nummer van de The Stooges tribute band is een enorme tegenvaller, maar wanneer Janneke Riplet voor het tweede nummer de microfoon in beslag neemt wordt het duidelijk: de richting vanavond is een punkrock-party.
Riplets versie van Raw Power laat behoorlijk wat mensen de eerste dansbewegingen doen en als na een aantal wissels bij de zang Rudeboy Shake Appeal vertolkt, breekt de storm helemaal los. Dansen, shaken en wat lichte pogo breiden zich uit onder het publiek.
Riplets versie van Raw Power laat behoorlijk wat mensen de eerste dansbewegingen doen en als na een aantal wissels bij de zang Rudeboy Shake Appeal vertolkt, breekt de storm helemaal los. Dansen, shaken en wat lichte pogo breiden zich uit onder het publiek.
De hoogtepunten van het optreden concentreren zich rond de momenten waarop Rudeboy en Janneke Riplet aan de microfoon staan. Zij zijn energiek, overtuigend en maken veel contact met het publiek. Meer dan een vermelding waard is ook de performance en het geluid van saxofonist Edgar Francken. Hij weet met zijn expressieve en growly spel een sterke bijdrage aan de show te leveren als co-frontman.
De zaal geniet op alle fronten, ook al is deze maar voor een derde gevuld. Misschien ligt die leegte aan de entreeprijs, die helemaal niet zo punkrock is als de avond zelf. Dat kan beter, want qua punkrock-publiek heeft Arnhem echt meer te bieden dan deze schamele bijeenkomst.