Gestroomlijnde start Popronde in Nijmegen

Opkomst valt ietwat tegen, maar dat doet geen afbreuk aan enkele muzikale hoogtepunten

Scholtens, v.d. Lans, v. Eldijk, Hodiamont, Niemantsverdriet, ,

Rondreizend popcircus de Popronde, waarin opkomend talent haar kunsten aan het publiek kan vertonen in zalen door heel Nederland, startte traditiegetrouw in Nijmegen. Het programma kende weinig echte verrassingen, maar er viel ook dit jaar weer het nodige te genieten. Het verslag van een lange avond popmuziek in de Keizerstad.

Opkomst valt ietwat tegen, maar dat doet geen afbreuk aan enkele muzikale hoogtepunten

Het is altijd rennen of stilstaan in de muziek. Zo ook tijdens de popronde, editie 2008 in Nijmegen. Het reizend festival startte een aantal jaren geleden in Waalstad en ook nu nog klinkt hier het startschot van de jaarlijkse ronde door Nederland. Blaudzun speelde niet zo lang geleden nog op de Affaire en moet daar een goede indruk hebben achtergelaten. Merleyn loopt in ieder geval al vroeg vol voor deze officiële openingsband van de Popronde 2008. Dat blijkt terecht, want de melancholische nummers overtuigen in al hun eenvoud. Met name dankzij de zang van Johannes Sigmund doet Blaudzun denken aan een uitgeklede variant van Radiohead. Dit wordt gebracht op echte Hollandse wijze. De dramatische accordeonlijnen, het ‘geen slag te veel’ principe van de uiterst funcionele drummer en de vier norse koppen boven de begrafenispakken geven het een Calvinistische schijn. “De laatste tijd spelen we ook wel eens vrolijke nummers. Misschien dat dat helpt”, verzucht Sigmund alvorens het laatste nummer in te zetten voor het druk pratende publiek. Blaudzun is toch het best in mineur, maar weet er zo wel voor te zorgen dat je Merleyn fluitend verlaat. Toch moet je voor een echte oerhollandse opening bij Durk Attaturk zijn. Durk is een aimabele spreekstalmeester en weet bovendien een fraaie foxtrot uit zijn elektronisch orgel te toveren. De familie Attarurk (spelend in wisselende bezetting, maar vanavond vertegenwoordigd door twee Durken) is werkelijk voor alle feesten en partijen inzetbaar. Zo worden niet alleen populaire electro, maar ook hiphop en pop vertaald naar het Attaturks, dat steeds bestaat uit door laptop aangedreven beats, hoge gitaarloopjes en orgel. Vooral de droogkomische lulligheid van de presentatie en de teksten werken aanstekelijk. Op hun zomerhit ‘Lekker dansen’ kun je bovendien lekker dansen, dus dat zou zomaar eens een winterhitje kunnen worden! Kollektief Kafé de Bijstand is een café dat in de verste verte niet meegegaan is in trends of wat dan ook. Een prima locatie voor Alpenkreuzers, ook wars van hypes en trends. Het drietal, bestaande uit toesenist/zanger, drummer en gitarist presenteert zich middels een oorverdovend setje raggende rock. Dat er niet een dikke schroeilucht na afloop van het optreden in de Bijstand hangt mag een wonder heten. Potjandriedubbeltjes, wat speelt dit trio hard en heftig. Het doet denken aan een underground-act als 500ft. of Pipe; opgefokte classic rock met een scheurend orgel. Er staan dit jaar opvallend veel singer-songwriters op het programma. Enkelen lijden onder deze overkill of weten nauwelijks boven het cafégeroezemoes uit te komen. Habiba gaat het echter redelijk goed af. Op elkaar gepakt in De Blaauwe Hand verdringt men zich om iets mee te krijgen. Habiba heeft met haar harp een ferme blikvanger in huis, zodat het in ieder geval ook te zien is dat er iets bijzonders gebeurt. Gelukkig is dat ook te horen. Zonder een al te hoog new age gehalte te krijgen, komen hier folkliedjes voorbij die het goed zouden doen als soundtrack bij droomsequenties. Ro Halfhide begint in de Blaauwe Hand met een traag nummer over de tijd die zo snel voorbij gaat, getiteld ‘Movin’ On’. Meer aansporing hebben we niet nodig, we gaan snel door naar het volgende optreden. Het voordeel van de Popronde is immers dat men bij ontluisterende optredens gewoon een andere kroeg in kan duiken. Ook Jodymoon in De Opera houdt ons niet lang binnen. Het lijkt een band waar image belangrijker is dan inhoud. De zangeres doet verwoede pogingen een kloon van Anouk te zijn, met bijbehorend gekerm en geschreeuw. De muzikale tekortkomingen kunnen helaas niet gecamoufleerd worden door de poses van meneer en mevrouw Jodymoon. Zangeres/gitariste Natasha maakt als Appie Kim ouderwets goede popliedjes met een modern geluid. Referenties als Sonic Youth, The Evens, Raveonettes en The Crystals komen tijdens de – voor de gelegenheid vrij rustige set – naar boven, waarbij vooral het talent voor het schrijven van goeie songs opvalt. En dan heb je inderdaad niet veel aankleding meer nodig. De begeleidingsband bestaat louter uit Marcel die de tweede stem doet, keyboard speelt en simultaan (spaarzaam) drumt. Een van de hoogtepunten van dit jaar! In Dollars staat het Rotterdamse viertal Nine Volt enorm hun best te doen. Helaas komt het optreden niet echt lekker over. De drummer mept zo hard op zijn vellen dat de gitaren en bas nauwelijks hoorbaar zijn. De zang daarentegen, is wel prominent aanwezig. De muziek, op Amerikaanse leest geschoeide rock is te vergelijken met een Nijmeegs/Arnhemse act als TAP. Het spel, de inzet en presentatie zijn prima, maar het totaalproduct is erg gladjes. In The Shamrock is het tijd voor een anderssoortig feestje. De mannen van Jaffa in Stereo komen hun jongere conculega’s op de Popronde laten zien hoe het óók kan. Hun feelgood-pop met een rockend randje tovert bij eenieder een brede lach op de koppies. Wat een fijne, positieve band is dit zeg! Goede vibe, licht dansbare liedjes (want dát zijn het), helder en divers spel met een hoofdrol voor mooie gitaarlijnen en een lekker gierend orgeltje. Ga dit zien! The Tunes beginnen later dan gepland, omdat ze alvast naar Enschede waren gereden: de bestemming van de volgende dag. Desondanks zit de stemming er vanaf de eerste noten al in. Met contrabas, trekharmonica, wasbord en gitaren zorgen ze voor aanstekelijke vrolijkheid. Bewegen lukt al snel niet meer in het overvolle Camelot. In een grotere ruimte zal ik ze echter zeker nog eens gaan bezoeken. In de Nieuwe Maan heeft men elk jaar wel weer een toffe band, zo ook vanavond. Ondanks hun niet erg vernieuwende rock & roll, weten The Tommycats met covers van Foxy Lady en Light My Fire in de kroeg letterlijk de flessen van de bar te spelen. De cover van The Doors benadrukt hoeveel de stem van de zanger op die van Jim Morrison lijkt. Hun podiumpresentatie is erg professioneel, met snelle kapsels en retro blouses, maar hier gaat image gelukkig niet ten koste van de muziek. Jean Parlette speelde op de Valkhof Affaire al een mooie set. In Moenen komen ze met hun folktronica nog beter tot hun recht. Op de bovenverdieping is het klein, maar daardoor zeer intiem en weten ze het aanwezige publiek muisstil te krijgen. De verwachtingen zijn hoog bij The Liszt uit Oss/Den Bosch. Mooi en gezellig kroegje, de Deut, maar verre van geschikt voor een groot geluid als dat van The Liszt. Opluchting is er wanneer blijkt dat de band geen reguliere set zal spelen, maar een akoestische. The Liszt geeft een zeldzaam mooi optreden weg. Juist de intieme ambiance komt dit akoestische setje ten goede. Het publiek leeft geboeid mee en ook speltechnisch zit het bij the Liszt wel goed. Mooie gitaarlijnen worden moeiteloos over elkaar gelegd en ook een (bewuste?) valse noot hier en daar misstaat zelfs niet. The Liszt bewijst vandaag één van de betere nieuwe acts van Nederland te zijn. Aan het veelal jonge publiek in café Absolute Zero is te zien dat de muziek van Go Back To The Zoo aanslaat bij de Nijmeegse jeugd. Het gaat goed met de band uit Utrecht en dat is te zien aan het superstrakke optreden. Het lijkt alsof Go Back To The Zoo er al een decennium ervaring op heeft zitten. Naast de nummers van de uitgebrachte EP laten ze ook veel nieuw materiaal horen dat erg goed in het gehoor ligt. Het powertrio Sean Walsh Band is achterin Cafe Marktzicht te vinden. Bluesrock met de V van Vet. De set wordt geopend met de verassend mooie ballade ‘Cinderella Princess’ waarna het hek van de dam is. Denk aan een dampende mix van Jimi Hendrix, Rory Gallagher en lang uitgesponnen Cream-esque solopartijen. De muzikale ziel van de drie mannen ligt overduidelijk diep geworteld in de jaren zeventig. Een tijdperk waarin optredens absurd lang konden duren en ook dit wordt door de Sean Walsh Band overgenomen: er wordt maar liefst twee uur gespeeld. Mooiste momenten zijn het akoestisch gezongen ‘Hit The Road Jack’ wat spontaan uit een jam lijkt op te komen en de capriolen van de drummer die tijdens weer een fantastisch stukje solowerk van de gitarist zijn werkveld aanzienlijk verbreed door de drumkruk te verlaten en zowat de hele kroeg als drumstel lijkt te willen gebruiken. I Kissed Charles mag afsluiten in de NDRGRND vanavond. De band heeft een flinke schare fanatieke fans uit Meppel meegenomen. Die zijn echter zo enthousiast dat het tot hectische taferelen leidt. De charmante zangeres Charlot vindt het allemaal prachtig en het optreden lijdt er ook niet onder. Maar hoewel de band na de eerste EP niet stil heeft gezeten, zijn het de meegereisde fans die voor het enige echte vuurwerk zorgen. En zo komt er een eind aan een behoorlijk strak verlopen editie van de Popronde. Toch een hele prestatie als je 50 bands op 26 locaties op tijd weet te laten beginnen. Maar misschien is deze ronde ook iets té vlekkeloos. Weinig bands die er echt uitspringen en in tegenstelling tot andere jaren ook weinig uitpuilende cafés. Een gebrek aan diversiteit in het programma? Minder nieuwe-leuke-Nederlandse-bandjes? Of laten de Nijmegenaren zich gewoon een beetje kennen door het druilerige weer? De komende edities in de rest van het land zullen het uitwijzen. Voor wie het allemaal gemist heeft, is er op 17 oktober een herkansing in Arnhem. Daar zullen we zien of acts als Davie Lawson, Orange Glow, Rick Treffers, Yoshi Breen en Ottoboy the oneman trashband het verschil zullen maken.