Koninginnedag en -nacht in Arnhem betekent voor de muziekliefhebber meer dan 14 uur lang heerlijk ontspannen bands kijken, biertjes drinken en bijpraten met bekenden, of je nu bij The Stage, De Kroeg, Barok, Willemeen, Goudvishal, Kultuurhuis Bosch of op het Kerkplein staat. Toch moeten er keuzes gemaakt worden; onze recensent koos voor café Barok.

Op deze zonnige dag is het toch jasjesweer in de winderige steeg bij Café Barok, in de schaduw van de Bijenkorf. De eerste band, Jag, opent om 14.30 het festival. Dit trio laveert op een intrigerende manier tussen Syd Barrett-psychedelica en kortere heftige songs à la Foo Fighters. De ritmesectie geeft de muziek de nodige wortels, waardoor de zanger zijn zweverige ding kan doen. De Kurt Cobain lookalike met een maniakale blik in de ogen kan mij echter niet helemaal overtuigen, zijn act komt iets te gemaakt over. Verder een prima band met veel afwisseling in de nummers.

Hoe belangrijk dat laatste is, blijkt maar weer bij de volgende band. Cellophane speelt bijna alle nummers in hetzelfde tempo en met dezelfde opbouw. Gevolg: gaap. De band zit helemaal in het hoekje Editors, Killers, Placebo en toont helaas geen moment een eigen gezicht. Elstar is het eerste echte succes van de dag. Ze houden zonder moeite het publiek vast en krijgen meerdere malen alle handen op elkaar. De frisse, maar toch stevige popliedjes zorgen voor een vrolijke sfeer, waarbij eigenlijk geen kritisch puntje te ontdekken valt. Nou ja, eentje dan: de cover van 'Pump Up The Jam' heb ik Elstar nog niet eerder horen spelen; laten we zeggen dat de meningen hierover verdeeld zijn.

Rond etenstijd is het de beurt aan Silence Is Sexy. Zij laten zien dat je met dezelfde inspiratiebronnen als Cellophane wél een strakke, heftige en overtuigende set kunt neerzetten. De zangmelodieën kunnen nog wel wat aandacht gebruiken, want die springen er niet bepaald uit. Pluspunt op het podium is de bebaarde langharige gitarist die veel aandacht naar zich toe trekt. Hij is übercool zonder arrogant te zijn, bespeelt zijn instrument met een soort strijkstok met rechthoekige tanden en geeft iemand uit het publiek zijn gitaar om zelf aan de effecten te draaien. Tot verrassing van de andere bandleden, zo lijkt het!

De grote publiekstrekker is toch wel Coparck. Bekend van radio en tv (de reclame voor een 30+ kaas) en toch zomaar op een klein podium in Arnhem, wat een mazzel. Coparck maakt zijn faam meer dan waar, maar toch is hun muziek meer geschikt voor de huiskamer of de koptelefoon dan voor het podium. De nummers zijn iets te afstandelijk om live goed uit de verf te komen. Typerend is bijvoorbeeld dat hun twee hits gewoon zonder aankondiging of oproep tot publieksparticipatie worden gespeeld. Toch is het een overtuigend en succesvol optreden, waarbij opvalt dat net als bij Silence Is Sexy de meest expressieve muzikant niet achter de microfoon staat. Bij Copack gaat de eer naar de adhd-achtige toetsenman.

Het optreden van The Freaks is helaas een half gemiste kans. Ze spelen een veel te korte set, waarbij The Dirty Dancers niet meedoen. Hun zwaar behaarde borstkassen kunnen het verschil maken tussen een amusant en een hilarisch optreden. De blauwe kleding is grappig, de Beastie Boys-achtige garagemuziek aanstekelijk en de act en het konijnenkapje van de zanger zorgen definitief voor een glimlach. Maar ja, te kort he. De afsluiter Voltage beukt er met hun drum & bass net zo lang op los tot het publiek één dansende meute is geworden. Het volume is een stuk harder dan bij de vorige bands, de ritmes opzwepend en eindelijk kan men de vermoeidheid van de dag uit de benen dansen. Hier hebben we op gewacht! Maar wie kritisch kijkt ziet dat drie van de vier bandleden regelmatig voor spek en bonen op het podium staan. De rapper, de drummer en de blazer doen zeker de helft van het optreden helemaal niets. Alle eer voor het optreden gaat wat mij betreft dan ook naar de man achter de beats: Tyson, en zijn machientjes.