Terwijl op ons forum de discussie over de finale van de Roos van Nijmegen hevig oplaait, zaten onze recensenten de kost nog even te verteren. Zij kozen ervoor om alles nog eens te overdenken om uiteindelijk met een weloverwogen oordeel te komen. Lees het verslag van hun vijfgangenmenu.

In de selectie van de bands is er duidelijk veel waarde gehecht aan kwaliteit en degelijkheid. Een prima uitgangspunt, maar het gaat nogal gauw ten koste van de originaliteit. Dat maakte de hele avond wat truttig. Geen verassingen, geen opgetrokken wenkbrauwen. Vaak bekroop je het gevoel van net niet. We kregen vijf bands op ons bordje.

Als eerste Kompaktrekorder. Zij zijn de gelukkige uitzondering op het banale 'gewoon goed'. Het duo gebruikt samples, een orgeltje, gitaar en bas. Hiermee produceren ze dansbare en fijn in het gehoor liggende deuntjes. Bij het beluisteren komen er geen andere bands in je op, in tegenstelling tot de andere bands deze avond en dat is wel zo prettig. Hoewel, soms worden er wel erg letterlijke samples gebruikt, maar sinds 2 Many DJs is dit geoorloofd en zelfs hip.

De broers hebben deze keer gekozen voor een wat ingetogener set. Maar aan het einde worden we weer aangespoord tot meeklappen. En dan is het toch wat zonde dat de uitvoering soms iets te lo-fi blijft om echt flink te dansen en te groots om echte, fijne fröbelmuziek te zijn. Een wat voller geluid zou de opzwependheid veel goed doen. Maar misschien maakt deze tussenweg hen juist uniek.

Als tweede was het de beurt aan Gilo. Het publiek werd nogal overdonderd door de plotselinge omschakeling naar de nu-metal-core-geluiden van deze band. De zanger deed zijn best om de zaal mee te krijgen. Dat lukte niet helemaal, maar dat is niet zo gek als je bedenkt dat er vele ouders en meegebrachte vrienden in de zaal waren, die niet speciaal voor dit soort muziek kwamen. De bandleden gingen er helemaal voor en stonden als een front op het podium.

Alle liedjes bevatten een veelheid aan melodieën en stijlen en hoewel dat zeker zijn charmes kan hebben, het kwam niet zo over. Mede dankzij het niet zo denderende geluid kwam het bij tijd en wijle over als een grote muziekbrij. The Pax volgde. "Dat Strokes-achtige bandje" is vaak het eerste wat je over The Pax te horen krijgt. Terecht? Zeker. Tot in de details zijn er overeenkomsten te noemen. Van liedjes die qua opbouw, dynamiek en drum- en gitaarpartijen perfect overgenomen lijken, tot de lakse manier waarop de zanger af en toe de microfoon onder aan het heft vasthoudt, of gaat staan slingeren met het koord. Gaap.

Maar het gaat hier wel om vijf mannetjes van een jaar of achttien die een knallende rockshow op poten zetten. Geknipt voor een grote zaal als Doornroosje. The Pax klinkt geweldig, het talent is er en ze hebben door hoe het moet. Het is te hopen dat de band mettertijd een eigen gezicht krijgt, anders is de koek natuurlijk gauw op.

Als vierde beklom Ad Lib het podium. Een eigen gezicht of geluid proberen te ontwaren is bij een reggaeband op voorhand al onbegonnen werk. Richt dus bijvoorbeeld je aandacht op het spelplezier en dan sleurt Ad Lib je al gauw mee in het hier-en-nu-gevoel van "we staan hier voor onze lol en die van jullie". De zeven mensen op het podium genieten duidelijk van het spelen op zich en dat werkt aanstekelijk. Er wordt goed gemusiceerd, met die kanttekening dat het geen grote uitdaging is om gemiddeld drie akkoorden per liedje te spelen.

Maar door het strakke spel swingen de deuntjes heerlijk heen en weer en op en neer. En zo hoort het ook. Het is jammer dat er het hele half uur niks boeiends of verwonderlijks gebeurt, maar het is zeker logisch dat Ad Lib vanavond beloond wordt met de publieksprijs. De puf lijkt er een beetje uit bij het publiek tijdens deze avond vol finalisen, maar de energie wordt in een keer aangezwengeld als de jongens van Je Moeder het podium in beslag nemen.

Deze bonte mengeling van nederhop, punk en metal zit goed in elkaar. Vol overtuiging brengt deze band zijn liedjes. De energie spat van het podium. Als oude rotten in het vak staan ze op het podium en losjes gaan ze met het publiek om. Joints gaan van hand tot hand en een enkeling waagt zich aan een stage-dive. Zelfs de ode aan de 'pit' wordt met veel plezier ingewilligd. Een overdadig menu van degelijke Hollandse kost, dus. Simpelweg goed en vullend. Maar smaken verschillen.

De jury houdt wel van een beetje exotisch en kiest voor Kompaktrekorder. Zij gaan met de eerste prijs aan de haal. Niets zo lekker als het prakje van Je Moeder, dus zij kregen een verdiende tweede prijs. Hierna verlaten we met een volle maag Doornroosje; waar hebben we die Rennies gelaten? Foto's: Bart Gremmen en Mike Nicolaassen