Het rondreizend festival de popronde begint vanuit huis. In thuisstad Nijmegen opent Jaap Boots dit paradijs voor bandjes geopend. Daarna mogen twintig bands in evenzoveel café's het massaal toegestroomde publiek vermaken. 'Jullie zullen dit waarschijnlijk voor het eerst horen, maar kunnen jullie wat naar achter?'

Officieel is de opening voor The Q-Club, maar nadat Jaap Boots zijn verhaal heeft gedaan, de champagne naar binnen is geketst en de popronde-cd in de binnenzak zit, vertrekt het grootste deel van het publiek naar andere locaties om zich op te maken voor een avond muziek in café's. The Q-Club valt dan ook vooral op door een Britney Spears-cover. Het lukt de Hoornse band verder maar moeilijk de aandacht van het ongeduldige publiek vast te houden.

Verderop zit Planet Orange nog op het terras. De band heeft te kampen met blessureleed. Twee van de zes muzikanten zijn thuis achtergebleven. De noorderlingen besluiten daarop dan maar een verkorte set ten gehore te brengen. Om de tijd te vullen is Jaap Boots vanuit openingslocatie Merleyn naar het café gesneld om daar met gitaar het publiek te vermaken. 'Heb je al gegeten?' zingt hij een bekende in het publiek toe.

Café De Opera heeft de deuren maar opengezet. Zo kan het publiek gewoon buiten blijven meegenieten van het populaire Blues Brother Castro. Lang leve de ontheffingsvergunning voor de popronde, de versterkers kunnen gewoon op hoorbaar niveau blijven. Klinkt goed, die swingende rock. BBC is klaar voor de festivals. Op de dag dat de kranten allemaal een mooie necrologie van Johnny Ramone plaatsten, krijgt Sellfish de kans om te laten horen wat dat ook alweer is, punkrock. Ze brengen echter meer van hetzelfde. 'Drinken jullie wel genoeg?' vraagt de zanger. En dan ook nog eens nummers die opnieuw ingestart moesten worden, dat weten we nu wel.

Nee dan Stöma. De geflipte Rotterdammers brengen een volgepropte Onderbroek aan het zweten. Een bassist en een drummer en dan toch klinken als een zware band. Met dank aan de effectapparaten van bassist Bruno en de virtuositeit van beiden wordt dit de alternatieve topper van de popronde. Jaffa in Stereo blijkt ook zo’n publiekstrekker. 'Jullie zullen dit waarschijnlijk voor het eerst horen, maar kunnen jullie wat naar achter', vraagt gitarist Richard Plukker. Het is zo druk dat het publiek bijna tussen de band moet staan, achteraan hangen ze met benen uit het raam. Jaffa in Stereo kan aansluiten bij Blues Brother Castro als band die de programmeurs van grotere clubs in de gaten moeten houden.

Mala Vita speelde de Higher Ground op Lowlands al plat dus het mini-cafeetje De Deut is veel te klein voor de succesvolle patchanka. Jammer van de locatie. Bij Persil past het nog net, maar de band valt wat tegen omdat de zangeres niet altijd de juiste noot weet te raken en het albumgeluid er live niet lekker uitkomt. Datzelfde geldt voor Vladimir, ook leuk op plaat maar live komt het nog niet zo goed over.

Drillem weet wel hoe dat moet, maar heeft in café Sterre het probleem dat de geluidsinstallatie niet berekend is op het duo met laptops, bas en andere muzikale snuisterijen. De muziek is dansbaar, het filmpje leuk, alleen het bandgeluid is soms nog te netjes. Drillem is een verademing op het door gitaren gedomineerde festival. Snarenhaters kunnen eigenlijk alleen hier, bij Linked en op de afterparty aan hun trekken komen.

Op dat eindfeest staat Geigercounting alweer enthousiast te hupsen met zijn oudschoolse electro. Leuk. Daarna is het lang wachten op C-Mon & Kypski. Het publiek is dan inmiddels al grotendeels ver van het padje en echt enthousiast wordt het niet meer voor de jonge band die hard zijn best doet en uitgesponnen versies speelt van de eerste en de recent verschenen cd. C-Mon en Kypski scratchen zich een ongeluk, maar het kost het tamme publiek veel moeite om een toegift te vragen. Een beetje last van een Sticky Bum zeker. Leuk feestje die popronde. Benieuwd hoe Arnhem gaat worden. Noteer dat maar vast voor de 22ste oktober. Foto's: Bart Gremmen