Na maanden van voorrondes en halve finales, is het op 24 oktober zover: de finale van de Kleine Prijs van Fryslân! Zes finalisten zullen strijden om de winst in Neushoorn. Wie zal eerdere winnaars als The Homesick, Abdomen, Pendants of Cloudsurfers opvolgen? Om je vooraf alvast een kans te geven kennis te maken met de bands en artiesten, hebben we ze een vragenlijst voorgeschoteld. De vijfde finalist die we aan je voorstellen is En Alles Gaat Voorbij. Redacteur Tessa van der Veen spreekt de twee leden van het duo, Sian Sterkenburg en Paulus de Wit, op een maandagochtend in het DE Café te Leeuwarden.

Heren, wie zijn jullie?

Sian: "Ik ben Sian Sterkenburg, 21 jaar, drummer bij Tarre, Dirty Robot en En Alles Gaat Voorbij. Ik ben een veelzijdige drummer die erg op zoek is naar uitersten binnen de muziek, door buiten de lijntjes te kleuren, te experimenteren en hier combinaties mee te maken. Ik ga mee met sferen in muziek en versterk deze."
Paulus: "Ik ben Paulus de Wit, ik ben 19 jaar, ik kom uit Bedum en momenteel probeer ik melodisch slagwerk te implementeren in de popmuziek, omdat ik hier heel veel kansen voor zie. Ik doe dat door te spelen in En Alles Gaat Voorbij, waar we de bijzondere klanken van de marimba combineren met drums en spoken word. Op die manier willen wij verhalen vertellen en willen we mensen meenemen in sferen en gedachten."

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?

Sian: "Jaarlijks deden we mee aan de Fulkaan Simmer Akademy, dat is een week waar je masterclasses krijgt van muzikanten en met andere disciplines muziek maakt, samen met dans en theater. Daar hebben wij elkaar ontmoet en toen klikte het eigenlijk wel. Sindsdien zagen we elkaar jaarlijks, misschien iets meer dan jaarlijks, ook op concoursen. We komen beide namelijk uit de klassieke slagwerkwereld." 

Paulus: "Hoe we hier dan beide op de Academie voor Popcultuur zijn terecht gekomen, is ook wel weer bijzonder. Sian zette in zijn story een keer dat hij op de open dag was van de AvP en ik was gestopt met mijn opleiding en deed een tussenjaar bij de supermarkt. Ik zag dat voorbijkomen en dacht ‘wat is dat?’. Dat ontwikkelde zich steeds meer tot ik dacht ‘wow, dat is eigenlijk wel echt heel tof’. Hij kwam hier van D’Drive, en ik studeerde eerst Geschiedenis aan de RUG. Twee werelden ver uit elkaar die ineens samen kwamen, dus ik had eigenlijk nooit verwacht dat ik hier samen met Sian zou zitten."

Vertel eens wat over jullie sound

Sian: "Ik haak eerst even in op het drumgedeelte. Ik word als drummer geassocieerd met de harde muziek. Die invloeden gebruik ik ook heel erg, maar ik denk verder ook heel erg na in sound, dus ik heb geen hoge tom, maar in plaats daarvan heb ik een SPD, en daar trigger ik sounds op als basnoten, maar ook geluiden uit de natuur. Ik combineer eigenlijk heel erg klassieke muziek met elektronische muziek met juist harde muziek, en die combinatie maakt En Alles Gaat Voorbij, qua ritmische ondersteuning."
Paulus: "In de melodische sound probeer ik heel erg de goede sfeer te vinden, een sfeer om in weg te dromen, met marimba en ander melodisch slagwerk. Ik gebruik bijvoorbeeld een elektronische variant van de marimba waar ik allemaal verschillende geluiden op heb. Naar zulke sfeertjes ben ik altijd op zoek. Of juist sfeertjes die desoriënteren of harder binnenkomen, zolang ze iets met je doen en je meenemen. Samen met de drums ondersteunt dat de spoken word. We wisselen het af, de ene keer is het echt alleen maar instrumentaal en dan is het meestal een wat harder stukje, en bij de spoken word is het wat rustigs. Dan herhaal ik meestal op mijn marimba mijn eigen riedeltje en daar doet Sian dan ook iets bij en dat maakt een sfeer die je heel makkelijk meeneemt. Ik denk dat dat wel echt de sound tekent."

En die spoken word, welke thematiek zit daar achter?

Paulus: "In mijn spoken word probeer ik mensen te inspireren om bezig te gaan met nadenken over hun eigen leven, hoe ze dat vormgeven, wat ze daarin doen, want ik zie best wel veel mensen die zich in deze wereld focussen op, niet per se de verkeerde dingen, maar hele bijzondere dingen. Zij focussen op hele materialistische dingen, op zo veel mogelijk hebben, zo cool mogelijk zijn, terwijl uiteindelijk, naar mijn weten, het geluk ligt in liefde tonen voor mensen om je heen en de dingen doen die je heel erg tof vindt. Ik probeer niet in mijn teksten om dat op te leggen, maar om mensen vragen te stellen en een beetje in een richting te sturen. Ik denk niet dat ik het antwoord heb, maar ik denk wel dat ik de goede vragen heb en daarmee echt mensen aan het denken kan zetten."

Wat of wie zijn jullie inspiratiebronnen en waarom?

Sian: "Hotel Books en Being as an Ocean. Zij gebruiken ook spoken word, het zijn poëten."
Paulus: "Het zijn wel bijzondere inspiratiebronnen, want je verwacht dat het artiesten zijn die best wel op ons lijken, maar Being as an Ocean is een melodic hardcore band. Je hebt wel hardcore bands, hier in Friesland ook zeker, maar dit is dan wat melodischer. Zij gebruiken onder hele zware stukken muziek spoken word, wat echt een grote inspiratiebron is voor mij om überhaupt spoken word te maken. Ook de manier waarop ik denk nu is heel erg door hem getekend vanaf toen ik ongeveer 16/17 was."

"Wat die artiesten ook zeiden en hoe ze het brachten, er was maar één ding dat ik dacht: ‘dat wil ik eigenlijk ook’. Zo heb je ook Hotel Books. Hotel Books schrijft langere en veel emotionelere spoken word, maar ook hoe hij verschillende sferen neerzet is echt super bijzonder en de teksten die hij schrijft zijn magnifiek. Being as an Ocean heeft ons ook nog qua sound geïnspireerd, namelijk uit bepaalde zware, gedragen passages, haalt Sian uit de drumpartijen best wel veel. Als je goed luistert, hoor je soms echt hele vuige dingen, maar omdat het zo verpakt is in een lang verhaal past het ook en is het niet in één keer ‘oh wat is dit’."

Als jullie mogen fantaseren over wat jullie echt zouden willen doen of bereiken, wat zou dat zijn?

Paulus: "Dat doen we tegelijk, en dan gaan we zien of het antwoord hetzelfde is. 3… 2… 1…"
Sian (tegelijk met Paulus): "Wereldtour."
Paulus (tegelijk met Sian): "Een drie kwartier set op Pinkpop."
Sian: "Daar ben ik het ook wel mee eens trouwens, maar een wereldtour lijkt me ook mooi."
Paulus: "Maar we zijn Nederlands, gast. Dus we kunnen niet echt een wereldtour geven.
Sian: "Ja, dat is waar. Maar een 45 minuten set op Pinkpop is ook wel leuk."
Paulus: "En op officiële gelegenheden spelen, denk ik. Bijvoorbeeld op afgelopen dodenherdenking heeft een meisje spoken word voorgedragen. Om op dat soort gelegenheden of officiële dingen te mogen spelen, dus dat je ook echt een groot bereik hebt ook op dat vlak."

Wat heeft jullie bewogen om mee te doen aan de Kleine Prijs van Fryslân?

Paulus: "Wij doen mee omdat wij echt een goede start wilden hebben als band. We wilden meer podiumervaring en onderzoeken, aan de hand van bijvoorbeeld de jury en het publiek, wat zij er allemaal van vinden. Hoe zij het interpreteren. Het kon ook zijn dat ze het eigenlijk drie keer niks vonden, maar we staan in de finale. Het heeft dus echt iets. En je hebt natuurlijk een hele mooie voet om op verder te gaan, want je hebt een aantal keer opgetreden, je hebt wat officiële gelegenheden meegemaakt en wat feedback gehad."

 

Sian, jij hebt vorig jaar ook in de finale gestaan met Dirty Robot. Is het dit jaar een andere ervaring dan vorig jaar?

Sian: "Dirty Robot is een heel andere band dan En Alles Gaat Voorbij. Met En Alles Gaat Voorbij staan we met z’n tweeën op het podium en heb ik een grotere rol dan bij Dirty Robot. De deelnemende bands zijn ook wel verschillend, dit jaar is het wel meer hiphop bijvoorbeeld. Dat was er vorig jaar wat minder, ik heb het idee dat het vorig jaar harder was. Ik denk wel dat het even uiteenlopend is dit jaar, als je naar de finale kijkt. Maar het is beide keren een superleuke ervaring, dus ik heb er enorm veel zin in."