Een band die zichzelf voortdurend uitdaagt, dingen in korte tijd realiseert en op die manier een snelle groei doormaakt. We hebben het over Electric Hollers uit Leeuwarden. De drie muzikanten leren elkaar anderhalf jaar geleden kennen tijdens een blues masterclass, hebben kort daarna, op 17 november 2016, hun eerste gig op een bluesfestival in Neushoorn. Datzelfde jaar schrijven ze zich in voor de Kleine Prijs van Frieslân, terwijl de eigen nummers nog in de pen zitten. Ondertussen krijgen ze steeds meer gigs en zijn ze nu de studio ingedoken om een album op te nemen. Electric Hollers: ”Wij groeien vooral door onszelf uit te dagen.” 3voor12/Friesland volgt de bluesrockband op de voet bij dit avontuur.

Uitdaging

Bassist Inge de Vries: “Het is weer een nieuwe uitdaging, met een strakke deadline, wat ons muzikaal weer verder vormt. Maar ook zakelijk moeten we het een stuk professioneler aanpakken.”  De wens een album te maken is afgelopen zomer ontstaan. Eind december start de band een crowdfundingsactie bij Voordekunst.nl, eind januari dit jaar is het streefbedrag binnen, eind februari stapt de band de opnamestudio binnen.

“We repeteerden zes weken lang twee keer per week, om de nummers te schrijven en te arrangeren”, schetst drummer Max Mollema. “We waren daarnaast aan het crowdfunden, maakten planningen voor opnemen, mixen, masteren, artwork, releasedatum, noem maar op”. Gitarist Tim Birkenholz: ”Het voelde op een gegeven moment haast meer een studiegroep dan een band, zo vaak als we met laptopjes op schoot bij elkaar zaten. We hebben achteraf gezien gewoon de scrum-methode gebruikt, met korte deadlines, sprints, rapid prototyping en een to do-doing-done planbord.” Inge: “Dat vormt je wel als band. We weten nu dat we echt op een lijn zitten, dat het een droom is die uitkomt.”

Inge de Vries

Max Mollema

Tim Birkenholz

Studio

De band heeft een studio gezocht die past bij hun muziek. Tim: “We zijn uitgekomen bij de studio van Tjeerd Brouwer in Leeuwarden. Tjeerd houdt van de soort muziek die we spelen en de sound die we hebben, en hij is zelf muzikant. Hij neemt digitaal op, maar heeft wel veel analoge spullen. Ook op het vlak van opnemen komen we tot the next level. Omdat de partijen ook gescheiden zijn terug te luisteren moeten we nummers soms drie keer spelen - dan kom je jezelf wel tegen. Tjeerd geeft goeie tips, niet alleen over de sound, ook over de muziek zelf. Hij denkt heel open mee, hij is gericht op het versterken van onze ideeën. Bij het opnemen zit hij in dezelfde ruimte als de band, dus de communicatie is heel direct.”

Een belangrijke kracht van Electric Hollers is dat ze live muzikaal kunnen vlammen de nummers zijn daarop geschreven. Die dynamiek willen ze ook graag overbrengen op het album. Daarom is gekozen om eerst de basistracks gezamenlijk op te nemen, en daarna bepaalde partijen opnieuw in te dubben of aan te vullen. Tim: “Dat past ook wel bij zoals onze inspiratiebronnen uit de jaren zestig en zeventig opnamen.”

Sound

Naast de dynamiek is de sound van de band ook belangrijk bij het opnemen. Tim: “Op het moment dat we de studio ingingen, stond die nog niet helemaal vast. We streven niet perfectionistisch een bepaalde sound na. Natuurlijk hebben we een bandbreedte, daarbinnen zoeken we naar wat we op dat moment het beste vinden klinken. Waar we nu meer op zijn gaan letten is dat de sound goed past bij de sfeer van het nummer en bij de tekst. Dus in die zin is dat weer een stap voorwaarts in onze ontwikkeling.

'Het is weer een nieuwe uitdaging, met een strakke deadline, wat ons muzikaal weer verder vormt'

Wetten

En wat de band ontdekt is dat in de studio er andere wetten gelden met betrekking tot sound dan op een podium. Max: “Ik hou van groots klinkende open drums. Het moet zingen, brullen, donderen, feel the thunder, dat werk. Daarvoor heb ik een grote set: Pearl Wood - Fiber Glass uit 1973, met een 24 inch bassdrum. Live werkt dat prima, in de studio bleef het te mager. Tjeerd stelde voor een 20 inch te gebruiken, die is in doorsnee net zo groot als mijn floortom. Met de juiste microfoons en slimme opstelling klinkt die bij de opname grootser dan mijn 24 inch bass.”

Voor gitaar opnemen geldt iets soortgelijks. Tim: “Mijn eigen amp is een Fender 65 Deluxe Reverb Reissue, die voor live top is. Bij het opnemen kregen we niet het volle geluid dat we zochten. Tjeerd kwam met de tip om een Orange Cabinet in combi met een Fender Showman te gebruiken, die keuze heeft te maken met de werking van microfoons en de ruimte. Dus dan wordt on the spot de sound gemaakt.”

Voor de basistracks is de bas met een DI opgenomen. Inge: “Live gebruik ik een Hartke bass amp. In de studio was een Ampeg SVT 7 Pro, die heeft in het laag net even meer body. Mijn manier van spelen is vrij laid back, ik sluit daarbij aan op zowel drums- als gitaarpartijen. Een vol geluid is belangrijk, live gebruik ik daarvoor in sommige nummers een fuzz.

Mixen

De opnamedagen zitten er inmiddels op, de muzikanten nemen een paar dagen rust voor ze aan de mix beginnen. Uitgangspunt is de live energie en de dikheid van de sound van de opnames vast te houden. De band streeft naar een balans tussen het gevoel van het spelen en de techniek die een studio biedt. Max: ”We doen aan smaakversterking, de toevoegingen die we doen, zijn zo subtiel dat het pas opvalt als je ze weg zou laten.”

Tim: ‘Tijdens het opnemen hebben we besloten dat het goed is als Tjeerd ook de mix met ons gaat doen, in plaats van verder te werken met iemand anders. Hij start met een basismix, dan kom ik erbij in de rol van producer, en daarna maken we het af met de hele band.”