Vorig jaar mochten de heren van Pendants zich als winnaar van de Kleine Prijs van Fryslân kronen, maar beginnelingen waren het geenszins. In 2006 won Newsense Memory, de band waaruit Pendants is ontstaan, ook al eens de prestigieuze Friese bandcompetitie. Van de oorspronkelijke bezetting is alleen zanger/gitarist Piter Reitsma nog over. Men wist wat men kon verwachten na het winnen van de KPvF, alleen komt alles nu misschien nog harder op hen af?

Sinds het ontkurken van de champagnefles in juni 2016 verandert er veel voor Pendants. De band vindt in Inge de Vries een nieuwe bassist, neemt deel aan het Freesonica project van de Popfabryk en brengt komend weekend een debuut single uit. Eerder dit jaar spraken we de band in de studio van Snoet en Smoel, waar gewerkt werd aan een nieuwe single. Voor de heren een hele openbaring. “Omdat we nog nooit in een professionele studio hadden gezeten met mensen die verstand van zaken hebben en mooie platen uitbrengen’’, zo vertelt Piter. “We weten wat Snoet en Smoel doen en dat is goed!”

Pendants in de studio bij Snoet en Smoel

Waarom willen jullie zo graag met Snoet en Smoel werken en hoe zijn jullie bij hen terecht gekomen?

“We kregen de tip van een van onze coaches bij Freesonica”, vertelt gitarist Tjerk Jansma. “Die jongens zijn goed met arrangementen, dat is precies wat we nodig hebben. Hoe Ico Balt (van Snoet en Smoel, red.) ermee omgaat is heel anders dan dat we eerder meegemaakt hebben. Voorheen kwamen we binnen, zetten onze spullen op en spelen maar. Ico is heel anders, die zit heel anders in die muziek. Hij stopt niet voordat hij tevreden is.” Op het moment dat wij ze spreken zit de band pas een paar uren in de studio. “Maar we zijn al enkele maanden bezig met de preproductie,” vertrouwt Piter ons toe. "Met de feedback van Ico Balt en Marcel Caron (ook van Snoet en Smoel, red.) nemen we nu het eindproduct op.”

Naast het winnen van de KPvF is de band dit jaar ook nog geselecteerd voor Freesonica, het coachingsproject van de Popfabryk.

“Dat is vooral heel vet”, meent drummer Anne Martin Koree. “We krijgen veel mogelijkheden, een groot netwerk en goede coaches. Afgelopen week hebben we een bespreking gehad en daarin wordt al zoveel besproken en bedacht, dat geeft heel veel energie.” Volgens Piter is het ook spannend en angstaanjagend. Om concrete doelen te stellen voor over een jaar: “We willen in grote zalen spelen, maar hoe realistisch is dat? Wie heb je om je heen? We hebben nu een keer met het team dat ons begeleid gezeten en de kennis en knowhow die zij hebben is bewonderenswaardig. Als wij over een jaar een klein beetje van die kennis en dat netwerk hebben, zijn wij al heel tevreden.”

Jullie maakten al eerder muziek, wat is verschil met nu?

Piter: “We waren er toen helemaal niet zo mee bezig. Het was toen vooral leuk. We speelden veel in de regio en dus waren we op een gegeven moment uitgespeeld. En dan? Omdat wij toen niet wisten welke stap we moesten zetten zijn we iets nieuws begonnen. Dat hebben we voor het eerst tijdens de Kleine Prijs laten horen. Dat vond men tof, anders hadden we niet gewonnen. Toen hebben tegen elkaar gezegd, dan gaan we het nu ook goed aanpakken!”
 

Destijds overkwam het jullie dus, terwijl jullie er nu bewust mee bezig zijn?

Piter: “We zouden er graag van kunnen leven. Live spelen is uiteindelijk het leukste wat er is. De ene keer speel je voor twintig man, terwijl je een andere keer voor tweehonderd speelt. Om de shows voor tweehonderd man te krijgen, moet je kennis en knowhow vanuit de industrie hebben. Dat krijg je door professioneel te werken en muziek uit te brengen waarvan mensen denken, ‘dit wil ik live zien’.”

Je verbaast je nog elke dag over wat er nu op je af komt?

Volgens Piter wordt de indruk nogal eens gewekt dat het allemaal heel eenvoudig gaat. “Het is een echte industrie die op een bepaalde manier werkt en daarin moet jij als muzikant je weg vinden. Elke dag worden wij daar een stukje beter in.” Tjerk vult aan: “We leren nu in korte tijd zoveel bij. We hadden eigenlijk geen idee hoe de industrie in elkaar zat. Het team dat ons vanuit Freesonica begeleidt heeft zoveel ervaring met de industrie, daar hebben we erg veel aan.’’ Buiten drummer Anne Martin (Conservatorium) om heeft niemand van de band een muzikale opleiding genoten. Een groot compliment in het hedendaagse Friese poplandschap waarin de studenten van de Academie voor Popcultuur welig tieren. “Ik had daar in het begin wel een duidelijk oordeel over”, vertelt Piter. “Ik was een punker, oftewel raggen en niet nadenken! Wist ik veel hoe alles in elkaar zat? Maar ze leren ook hoe je dingen moet aanpakken.”

Heel romantisch dus om met je vrienden in een garage te spelen, maar om iets te bereiken moet je ook kennis hebben in huis hebben?

“Je moet er wel hard voor werken en beslissingen nemen die soms tegen je aard ingaan, maar uiteindelijk moet je die stap toch zetten. En we maken nu ook echt wat we willen’’, zegt Piter. Tjerk: ”Maar we maken vooral dat wat we zelf leuk vinden. We willen dat zo goed doen dat mensen het wel goed moeten vinden, maar in eerste instantie creëren we het vanuit onszelf.” Piter: “Voor mij als frontman is er niet veel veranderd. De muziek is misschien anders, maar ik ga vooral lekker mijn eigen gang.” 

De eerste single Nothing to Fear sluit goed aan bij de laatste opmerking van Piter. De boodschap van de track is om je vooral niet bang te laten maken en je eigen pad te kiezen. Piter: "Nothing to Fear gaat over de angst die je hebt om anders te zijn. Jezelf ben je ook maar altijd. Je moet juist niet binnen de lijntjes kleuren om een kunstwerk te maken. De bas en drums hebben we opgenomen met als doel je in trance te brengen. De gitaarriffs en licks lijken je net even op het verkeerde been te zetten en de vocals denderen over je heen in de refreinen. Net even die knipoog, zoals we dat zo graag doen."