Beaty Heart - Blessum
Het is wat later op de middag en Welcome to The Village verwelkomt haar eerste bezoekers. De zon schijnt en een nog zo goed als verlaten Blessum staat op het punt om Beaty Heart op zijn planken te ontvangen. Het Londense trio gaat lekker momenteel. Zo werkten de heren onlangs samen met producer David Wrench (FKA Twigs, Jungle en Caribou) en waren ze nog geen maand geleden te zien op Best Kept Secret. Zodra de eerste klanken klinken stroomt de ruimte voor het podium vol. Wanneer na een paar minuten de eerste danspassen her en der al zichtbaar zijn is het duidelijk: Beaty Heart is precies wat het publiek nodig heeft om te ontspannen en het festivalweekend in te luiden. Dansbare indiepop met een tropisch tintje. Exotische percussie, panfluit-melodieën en smooth samenzang. "You alright?" roept de frontman opgewekt. Tevreden kreten volgen vanuit de menigte. Enfin, op muzikaal vlak hebben deze energieke Britten het wiel niet uitgevonden, maar dat is niet erg, want op dit moment heeft zichtbaar niemand behoefte aan complexere muziek. (BH)
#WTTV16: Dagverslag vrijdag
Het dorp staat als een huis
Welcome to The Village staat vanaf het eerste moment weer als een huis op vrijdagmiddag. Voor de vierde maal is er een dorp gebouwd in natuurgebied De Groene Ster. De wijken zien er een beetje anders uit omdat de bouwgrond niet goed genoeg was, maar alles went snel genoeg. De paden naar de podia zien er weer prachtig uit en eenmaal aangekomen op de bestemming schalt de muziek zoals vanouds uit de speakers. We maakten een selectie van het muziekaanbod op deze stralende vrijdag. Lees onder andere over The Hackensaw Boys, White Wine, Canshaker Pi en vele anderen.
White Wine - Ravenswoud
Openingsacts hebben vaak de ondankbare taak om het publiek op te warmen, maar White Wine heeft hier geen enkel probleem mee. Bij het tweede nummer hebben ze de aandacht van het publiek al volledig te pakken. Het geheime wapen hiervoor is frontman Joe Haege, die wild gebarend op het podium staat en vol energie de tent doormarcheert. Oorspronkelijk uit Amerika, verhuisde hij naar Leipzig om vanuit een andere invalshoek muziek te kunnen maken. Dit hoor je ook duidelijk terug in de muziek, want er is geen vaatje dat ongetapt blijft. Opzwepende ritmes voeren de boventoon, maar die worden evengoed aangevuld met snoeiharde gitaren als met dansbare synths, orgel of fagot. Hiermee maken ze een wilde show waar geen touw aan vast te knopen valt, maar die geen moment verveelt. Het moge duidelijk zijn dat White Wine zich helemaal niks aantrekt van genres, maar hun muziek is daardoor des te sterker. (WN)
Hackensaw Boys - Grootegast
Eén opmaat van violist Ferd Moyse en je begeeft je direct in de magistrale sfeer van Charlottesville, Virginia. Het maakt niet uit waar je Hackensaw Boys neerzet; waar ze spelen, brengen ze hun bluegrass vol overgave aan de man. Het nasale Amerikaanse accent verklapt dat de mannen niet van hier zijn. In drievoud schalt het door de tent van Grootegast, en brengen de boys iedereen in beweging. Even is het echt zo: the Village begeeft zich in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Bandleider Ward Harrison is blij met zijn publiek. Met slechts een contrabas, banjo, archtop gitaar en blikken drums wordt het gehele Village-publiek in een jolige bui meegetrokken, die perfect bij het festival past. Geen poespas, gewoon gezelligheid en een beetje Amerikaans dorpsgevoel, dat zijn Hackensaw Boys. (CS)
HATY HATY - Blessum
Het is best een voorrecht om het electroduo HATY HATY nog te mogen aanschouwen. Blaudzun en zijn bevriende producer David Douglas houden het namelijk even voor gezien. Dit festival is voorlopig hun laatste optreden. Het duurt even voordat Johannes Sigmond alias Blaudzun het ijs breekt met zijn publiek. Blessum puilt uit van de mensen als de heren het podium opstappen. Met conventionele sambaballen in de hand, tapt Blaudzun een constructief ritme uit zijn computer. Lange spanningsbogen en subtiele sounds uit de dancehall maken de tracks zeker dansbaar, maar is het er niet een beetje te vroeg voor? Om acht uur in de avond zitten de dansspieren nog wat vast bij het publiek. Hopelijk zien we HATY HATY bij hun terugkomst op de Nederlandse festivals op een later tijdstip, in een grote tent met veel lichten en veel rook, heel veel rook. (CS)
Canshaker Pi - Ravenswoud
Waarom kan een jonge band zich ineens zo onderscheiden van de rest? Dat is wat je je afvraagt tijdens een optreden van Canshaker Pi. De vier jongens zijn snotterig jong en als je ze in eerste instantie zo bekijkt verwacht je gewoon een lekker bandje. En toch pakken ze je in met gekke teksten, heerlijk pingelend en snerpende gitaarlijntjes en ritmes die afwisselen van voorspelbaar naar ondefinieerbaar gaan. Het moment van de dag is perfect voor een band als Canshaker Pi. De zon schijnt, het publiek stroomt toe met biertjes en je voelt de positieve sfeer die vooral vorm krijgt tijdens een nummer als Shaniqua. Vol passie en bijna op een The Young Ones-achtige toon schreeuwt gitarist/zanger Boris de Klerk de naam van dit exotische meisje. Er volgt een irritant lekker refreintje dat gegarandeerd de hele dag in het achterhoofd blijft hangen. Daar schuilt dan meteen de kracht van deze mannen en verklaart het hun onderscheidend vermogen. Ze maken slimme, gekke en creatieve slackerrock popliedjes met een flair van onverschilligheid, lol en lef. (MH)
Girls Names - Ravenswoud
Er is dit jaar een heuse golf van bands die teruggrijpen op postpunk op Welcome to The Village. En zeker niet de minste daarvan is het Britse Girls Names. Los van misschien Savages is er geen andere band die de jaren tachtig sfeer zo goed weet te vangen als dit viertal. De band heeft de afgelopen paar jaar in het livecircuit al een flinke reputatie opgebouwd die Leeuwarden inmiddels ook heeft bereikt. De nummers zijn stuk voor stuk enorm aanstekelijk en binnen een minuut beweegt iedereen ogenblikkelijk mee; de meesten meeknikkend, sommigen ook dansend. Bijster origineel is het aanvankelijk niet; bij vlagen klinkt het alsof je echt naar Joy Division staat te luisteren, maar de strakke uitvoering maakt veel goed. Tegen het eind gooit de band echter alle remmen los en sluiten ze af met een flinke dosis gitaargeweld tot grote vreugde van het publiek. (WN)
King Khan and the Shrines - Grootegast
Op plaat schuurt het geluid van de in Berlijn woonachtige Canadees Arish Ahmad Khan en zijn Shrines tegen garagerock aan, maar live zet het negenkoppige gezelschap een ware soulrevue neer! De kleurrijke frontman is in een onderscheidend maatpak gehuld en zijn band is in het donker gekleed. De ene na de andere instant klassier passeert de revue (wat te denken van I Wanna Be a Girl of Bite My Tongue) en de gedrongen Canadees ontpopt zich tot een moderne incarnatie van James Brown. Ook de invloeden van Otis en Little Richard (‘my hero’, aldus Khan) zijn nooit ver weg. King Khan and the Shrines zijn meesters in het uitvergroten van de rock-'n-roll clichés en drijft er op deze manier de spot mee. Een pirouette van de blazers, of een organist met zijn instrument op de nek, het komt allemaal voorbij. De zanger zelf verschijnt halverwege het optreden ten tonele in een dubieus, zwart lycra pak met enorme bontkraag! Kijken we daar van op? Nee! Vinden we het leuk? Ja! Het vereist de nodige lef maar de zanger komt er mee weg en toch is King Khan and the Shrines eerder kunst dan kitsch. Muzikaal staat het als een huis en het Welcome to The Village publiek vindt het allemaal geweldig. Een zeer opwindend optreden. Het eerste hoogtepunt van het festival kan alvast genoteerd worden. (TvdV)
The Lytics - Ravenswoud
Aan het Canadese hiphop kwartet (vijf rappers en dj) de ondankbare taak om gelijktijdig met headliner Django Django op te treden. Het gaat ze echter zeer goed af, met een positief een verfrissend geluid weten deze vijf jongens uit Winnipeg zich door de set te werken, in een stampvolle tent. Hiphop op festivals, het is nogal eens behelpen. Meestal zijn de beats loeihard en de samples vaak nauwelijks hoorbaar. Ook nu zijn de samples niet altijd goed hoorbaar, maar de dreunende beats van dj Alex “B-flat” Sannie maken een hoop goed. Het pakkende Legendary wordt luidkeels meegezongen door het publiek en groeit uit tot de hit van de avond. En wanneer je een nummer als It’s Over op je repertoire hebt staan is natuurlijk het niet meer dan logisch hiermee af te sluiten. Het publiek wil meer. De heren kijken bij het verlaten van het podium nog een keer vertwijfeld achterom, maar helaas, er zit niet meer in vanavond. De tijd is op. Het enthousiaste optreden van The Lytics was een lust voor het oog en een van de verrassingen van de deze vrijdagavond. (TvdV)
Jupiter Jax - Blessum
Hoe komt deze Maltese producer/dj nou eigenlijk terecht in Leeuwarden? Daarvoor moeten we bij de heren van Deeptrax Records zijn. Het Leeuwarder dance label bracht dit jaar Jupiter Jax' EP Urban Legends uit. Zodoende is de link met Welcome to The Village al snel gelegd. Zijn voorganger, de New Yorkse GE-OLOGY, heeft de temperatuur in de tent al flink laten rijzen met zijn vloeiende mix van disco, acid en gloeiend hete housebeats. Daardoor lijkt het bedje voor Jupiter Jax volledig gespreid en kan de dansvloer liefst anderhalf uur genieten van het verhaal van zijn liveset. De combinatie tussen ambient-achtige melodielijnen en de slepende, zwoele beats doen je soms terugdenken aan de oude computergames uit de jaren negentig. Overigens zonder écht gedateerd te klinken, juist eerder avontuurlijk en tevens dansbaar. Een nummer als That's The Way vertelt bijvoorbeeld vanavond perfect hoe je op een laag tempo een dansvloer kan raken en laten bewegen. Getuige de vele danspasjes is het verhaal in Blessum dus prima overgekomen. (DdV)
Hypochristmutreefuzz - Ravenswoud
Vers uit de studio zijn ze weer naar het noorden afgereisd om het einde van de nacht in te luiden, de Vlaamse rockers van Hypochristmutreefuzz. Het recept is nog steeds hetzelfde; wie het afgelopen jaar een vaste klant in Asteriks was, herinnert zich ongetwijfeld het denderende optreden dat ze toen gaven. Zelf noemt de band hun muziek psychotische rock en die term dekt de lading goed. Het zijn intense drum en gitaarpartijen, die het ene moment neurotisch en stuiterend klinken, maar het andere moment gewoon rechtdoor dreunen. Even psychotisch als hun muziek is ook zeker hun lichtshow, die bestaat uit een werkelijke barrage van lichtflitsen. Hoogtepunt komt tegen het eind in de vorm van het nummer Spitter; dwars, schurend en loeihard, mede door de geschreeuwde uithalen van zanger Ramses van den Eede. Een uitstekende manier om einde van de dag mee af te sluiten en de nacht in te luiden. (WN)