#CR2016: Uriah Heep is nog steeds de perfecte afsluiter

Routiniers weten hoe ze publiek op hun hand krijgen

Tekst: Wybren Nauta | Foto's: Denise Janssens ,

Sommige bands zijn simpelweg niet kapot te krijgen. De afsluiters van vanavond, het Britse Uriah Heep valt daar zeker onder. Gitarist Mick Box is de enige die al sinds het begin in de jaren zeventig bij de band speelt, maar inmiddels gelden zanger Bernie Shaw en toetsenist Phil Lanzon ook al tientallen jaren als vaste waarden binnen de band. Met de huidige bezetting hebben ze afgelopen jaar de compilatieplaat Totally Driven opgenomen met daarop de grootste hits door de jaren heen. Met deze plaat als blauwdruk voor hun show sluiten ze CityRock in stijl af.

Aan het einde van de avond staat er een zee van poncho’s tegen het hoofdpodium aan te wachten. De regen is onophoudelijk, maar dat lijkt niemand echt te deren; de meesten zijn hier vandaag maar om een enkele reden. Dit blijkt niet alleen uit de veeltallige Uriah heep shirts die verscholen liggen onder menig poncho, maar vooral uit de furore die klinkt bij het aantreden van de band. Bij opener Gypsy krijgen we meteen te horen waar het vanavond allemaal om draait, zware gitaren en melodieuze samenzang die mooi contrasteert met het rauwe stemgeluid van Shaw. Het middelpunt van dit geluid blijft echter het onmiskenbare Hammondorgel, die ook op Look at yourself continu uit de bocht dreigt te vliegen. Met twee grote hits uit de weg lijkt het alsof we alle bekende nummers afgaan.


Niks blijkt echter minder waar. Meteen hierna zetten ze The Law en The Outsider in, nummers van hun laatste plaat The Outsider. Dit zijn nummers met een iets zwaarder geluid dat meer de progrock kant opgaat, maar worden allemaal evengoed enthousiast ontvangen. Uriah Heep is vanavond duidelijk in vorm en laat eigenlijk weinig steekjes vallen. In het begin laat Shaw zijn microfoon hem een paar keer in de steek en halverwege spelen drummer Russel Gilbrook en Mick Box een duo gitaar/drumpartij die net wat te lang doorgaat. Dit zijn echter kleine puntjes in een verder solide show. Tegen het eind verruilt Box zijn gitaar voor een akoestische en krijgen ze het hele publiek op hun hand met de ultieme meezinger Lady in Black. De set wordt afgesloten met het uptempo Easy Livin’ en wordt nog een laatste feest ontketend in het park.


Uriah Heep mag dan al een flinke tijd meegaan, ze tonen zich vanavond nog even sterk als ooit. Dit zijn geen mannen die nog touren simpelweg om geld op te halen, maar genieten van elk moment op het podium. De set heeft een mooie balans van oud en nieuwer werk en de show is nog steeds solide. Shaw beweegt zich als een soort roofdier op het podium en Box showt alle gitaartrucjes die hij door de jaren heeft opgepikt. De band laat zien dat ze nog steeds met gemak een festival kunnen afsluiten en daar lijkt voorlopig nog geen verandering in te komen.

 

Aan het einde van de avond staat er een zee van poncho’s tegen het hoofdpodium aan te wachten. De regen is onophoudelijk, maar dat lijkt niemand echt te deren; de meesten zijn hier vandaag maar om een enkele reden. Dit blijkt niet alleen uit de veeltallige Uriah heep shirts die verscholen liggen onder menig poncho, maar vooral uit de furore die klinkt bij het aantreden van de band. Bij opener Gypsy krijgen we meteen te horen waar het vanavond allemaal om draait, zware gitaren en melodieuze samenzang die mooi contrasteert met het rauwe stemgeluid van Shaw. Het middelpunt van dit geluid blijft echter het onmiskenbare Hammondorgel, die ook op Look at yourself continu uit de bocht dreigt te vliegen. Met twee grote hits uit de weg lijkt het alsof we alle bekende nummers afgaan.