De band lijkt met hun bevlogen manier van spelen in een eigen wereldje te zitten, maar nodigt het publiek wel uit om binnen te komen. Dat eigen wereldje zelf wordt steeds maar uitgebreid. Vaak beginnend met een drumloop, gevolgd door een zware baslijn, dijen de composities van Bech-Madsen steeds maar uit. Op het eerste gehoor lijken de nummers lang veel van hetzelfde, maar schijn bedriegt: elke paar maten wordt een nieuw component toegevoegd, waardoor subtiel laag voor laag wordt opgestapeld tot één vloeiend geheel.
HET NUMMER:
Voor een artiest met een discografie van welgeteld zes nummers is het lastig om een volledige set van drie kwartier te vullen. Gelukkig kent Sekuoia een trucje om het geheel wat uit te rekken: de set bestaat voor een groot deel uit remixes en revisits van eerder gespeelde nummers. Zo komen de herkenbare bliepjesriffs uit Rituals en Something We Lost meerdere malen voorbij. Hier kom je niet altijd mee weg, maar in dit geval wordt het toch zo subtiel uitgevoerd dat het niet stoort.
HET MOMENT:
Dat de opbouw van de nummers het sterkste punt van het collectief is wordt vooral duidelijk tijdens de slotakkoorden van Evenings. De loops spelen door, de drums gaan harder en harder, de synthesizer drapeert een laag van schurende akkoorden over het geheel, en de galmende gitaarsolo lijkt alles tot een immense climax te leiden – en plotseling is alleen de synth over, en wordt duidelijk welk belang elke partij heeft.