Alles over de trommelactie van Disintegrate op Wâldrock

“Existence Denied: "We hebben alle chips opgegeten en het overgebleven bier namen we mee naar de camping”

Tekst: Inge Heslinga Foto's: Rob IJpma en Minze Dijkstra ,

Inge Heslinga van Friesland Pop interviewde een week na Wâldrock met de bassisten van de winnaars van de Slach om Wâldrock: Disintegrate en Existence Denied. En aangezien de redacties van Friesland Pop en 3VOOR12/Friesland nauw samenwerken is het interview ook op deze site te lezen.

“Existence Denied: "We hebben alle chips opgegeten en het overgebleven bier namen we mee naar de camping”

Het Wâldrockfestival openen, welke Friese metalband wil dat nou niet? Existence Denied en Disintegrate wonnen de bandwedstrijd Slach om Wâldrock en veroverden daarmee een felbegeerde plek op het podium in Burgum. Maar hoe is het eigenlijk om daar te spelen? Een week na het festival spraken we kort met de bassisten van de twee gelukkige bands.

 

Een memorabel optreden voor Existence Denied, in meerdere opzichten. Nog niet eerder had de band zo veel pech bij één optreden als op de vrijdagavond van het Wâldrockfestival. Kabeltjes bleken verdwenen, de draadloze ontvanger van de gitarist deed het niet en het geluid bleef maar slecht. Aan het begin van de show viel eerst de ene gitarist uit, later de andere, en of dat nog niet genoeg was sloeg ook de drummer door zijn snaredrum heen.

Toch kijkt de band met een zeer goed gevoel terug op de avond. “Tja, als je daar staat en het publiek los ziet gaan, dan maakt het allemaal niet meer uit. Je leert er van,” reageert bassist Arrie ten Wolde luchtig, een week na het optreden. “Het was echt gaaf dat we daar speelden. Voor ons was dit het grootste optreden tot nu toe. We hadden de hele dag zenuwen, maar toen we daar aankwamen waren de zenuwen weg en gingen we gelijk los met de band! Toen we begonnen, was de tent al redelijk gevuld, een heel gezellige avond.”

            Het allermooiste vond Arrie dat Existence Denied, na afloop van het optreden, backstage werd opgewacht door gitaarvirtuoos Herman Li, de drijvende kracht achter headliner Dragonforce. “Hij kwam naar ons toe, gaf ons een hand en complimenteerde ons  met onze melodielijnen. Hij vond ons helemaal te gek en hij zei dat hij genoten had van het optreden. Daar stonden wij dan, als jonge jongetjes, het enige wat we konden denken was: Wauw!”

 

Bierglas

 

Net als alle andere bands kreeg ook Existence Denied een eigen backstageruimte. “We hebben alle chips opgegeten en het overgebleven bier namen we mee naar de camping”, vertelt Arrie lachend. “En op de camping werden we al vroeg wakker door de trommelactie van Disintegrate. Leuke actie! Maar die band ging ik sowieso wel kijken.” Had Existence Denied niet liever zelf de Wâldrock-zaterdag geopend? “Helemaal niet! Het was terecht dat Disintegrate op de zaterdag speelde. Ach, spelen op vrijdag of zaterdag, dat heeft allebei voordelen. Het hoofdpodium is ook prachtig, maar daar speel je om 12 uur ’s middags. Het leukste was in elk geval dat onze naam ook op het bierglas stond.”

            Na Wâldrock hebben de heren van Existence Denied de koppen bij elkaar gestoken om plannen te maken voor de toekomst van de band. Arrie: “We willen natuurlijk veel spelen en proberen nu om in het midden en zuiden van Nederland optredens te regelen. Ook zijn we bezig met opzetten van een kleine tour, waarbij wij dan het voorprogramma zijn van een wat grotere band. En we zijn druk bezig met het schrijven van nieuw materiaal, want begin 2010 gaan we de studio in om onze eerste full-length op te nemen!”

 

Halve marathon

 

Het was aan de mannen van Disintegrate uit Stiens om het Wâldrockfestival op zaterdag voor geopend te verklaren. “Het was een droom die uitkomt,” vertelt bassist Sander Stegeman een paar dagen na het optreden. “Toen we hoorden dat we de Slach om Wâldrock hadden gewonnen, leek het nog heel onwerkelijk. Het heeft wel een tijdje geduurd voordat het tot ons doordrong dat we op Wâldrock mochten spelen."

Het grootste podium waarop de band tot dan toe speelde, was dat van Poppodium Romein in Leeuwarden. “Als je daar mazzel hebt, staat het drumstel van de hoofdact er niet en kun je wat meters heen en weer lopen. Op het Wâldrockpodium loop je als het ware een halve marathon! Je komt daar op en denkt, ‘Yo, waar moet ik m’n spullen neerzetten?’ Zo absurd groot.”

            Om toch wat extra publiek rond het middaguur het festivalterrein op te krijgen, bedacht Disintegrate een ludieke actie. Vanaf een uur of half tien liepen vrienden van de band met grote trommels over de festivalcamping. Met een hoop lawaai en gewapend met een Disintegrate-vlag en gratis koffie maakten ze iedereen wakker. “Het was eigenlijk de bedoeling dat zij gratis bier gingen uitdelen, maar daar ging organisatie niet mee akkoord,” lacht Sander. “En ja, de meeste mensen waren natuurlijk niet zo blij met het getrommel naast hun tent, maar de koffie maakte gelukkig een hoop goed.” De band heeft veel enthousiaste reacties gekregen op het optreden, vooral ook via de hyves- en myspace-pagina’s van Disintegrate. “We denken zelfs dat er door de trommelactie wat meer mensen bij de openingsact stonden dan bij voorgaande edities.”

 

Videoclip

 

Op Wâldrock 2010 ziet Sander het liefst In Flames als één van de headliners. En de volgende Friese openingsband? “Posthuman” zegt hij zonder te aarzelen. Dat is namelijk zijn andere band: muzikaal in hetzelfde straatje als Disintegrate, maar met meer synthesizer en cleane zanglijnen. “Maar dat is alleen maar omdat we als winnaars niet nog eens mee mogen doen aan de Slach om Wâldrock!”

            Zoals het er nu naar uitziet, duikt Disintegrate eind 2009 weer de studio in om een nieuwe cd op te nemen. Ook verschijnt binnenkort een heuse videoclip bij het nummer ‘Mediacrity’, tevens het afstudeerproject van frontman Danny Boonstra. De video-opnames heeft de band in de week voor Wâldrock afgerond. “De opnames vonden plaats op de derde verdieping van een oud Leeuwarder pakhuis en we dachten dat het leuk was om 25 televisies als decor in de clip te gebruiken, maar na al dat gesjouw kon ik alleen maar denken: als de rugklachten op Wâldrock maar over zijn…”.