En nog steeds zijn het jonge goden

Zwitsere industrialpioniers in Sneek

Tekst: Michiel Klont Foto's: Rockfoto.nl, ,

The Young Gods in het Bolwerk? Mijn eerste reactie was: bestaat die band nog? Dit Zwitserse gezelschap heb ik eind jaren tachtig in mijn hart gesloten met 2 prachtige (toen nog) LP’s om ze in het volgende decennium volledig uit het oog te verliezen. Terecht? Nieuwsgierig en licht cynisch (over de houdbaarheidsfactor van deze band) vertrok ik richting Sneek.

Zwitsere industrialpioniers in Sneek

The Young Gods in het Bolwerk? Mijn eerste reactie was: bestaat die band nog? Dit Zwitserse gezelschap heb ik eind jaren tachtig in mijn hart gesloten met 2 prachtige (toen nog) LP’s om ze in het volgende decennium volledig uit het oog te verliezen. Terecht? Nieuwsgierig en licht cynisch (over de houdbaarheidsfactor van deze band) vertrok ik richting Sneek. ‘Where iszz de Bolwurk?’ We waren vroeg in een herfstig Sneek en werden ergens in het centrum met deze vraag afgesneden door een alternatief Duits wagentje met dito stel. Ook zij wilden naar the Young Gods. Verder bleek de zaal bevolkt te zijn met een ruim honderdtal voornamelijk veertigers. Men wilde graag die band van toen weer eens zien. Het trio bestaat intussen 22 jaar. Eind jaren tachtig verrasten ze de popwereld met hun vooruitstrevende bigbeat met gesamplede gitaarriffs en daaroverheen de galmende zang van Franz Treichler. Meestal in het Engels, soms in het Frans of het Duits. Er werden uitstapjes gedaan richting Franse chansons en de Duitse liederen van Kurt Weill. Kortom: the Young Gods, dat was een verantwoorde en kunstzinnige bak herrie… In 1991 zag ik ze als afsluiter op een gedenkwaardig Metropolisfestival in Rotterdam. Ik herinner me nog een powervol en hard optreden met een energieke Treichler. Symbolisch genoeg werd de band links en rechts ingehaald door optredens eerder die dag van een straalbezopen Smashing Pumpkins en een wonderschone Meat beat manifesto. De grunge rukt op en de dance-scene zette haar eerste stapjes. The Young Gods verdwenen voor mij uit beeld. De band echter ging door, samen met producer en bandlid-op-de-achtergrond Roli Mosimann. Elke 2 a 3 jaar verscheen er een cd met uitstapjes richting elektronica, warp-ambient en Brian Eno-soundscapes. Inmiddels is de groep (samen met Front 242) zowat the Beatles van de industrial. Niet de minste bands als Nine Inch Nails, the Chemical Brothers en Tool wijzen het Zwitserse gezelschap aan als inspiratiebron. In 2007 zijn ze met hun nieuwe CD ‘Super ready/fragmente’ terug bij af. Wederom oorverdovend richting rock… Dit was in het Bolwerk te merken. Ondersteund door een fantastische lichtshow startte de band overdonderend. Een strakke dance-beat, metalriffs uit de sampler van Al Comet en de grote gebaren van Treichler, het werkte. Nieuwe nummers sloten prima aan bij ouder werk als ‘Our house’ en ‘Kissing the sun’. De set van een kleine 3 kwartier werd afgesloten met een minimal techno-uitvoering van de bijna twintig jaar-oude kraker ‘envoye’. Prachtig hoe langzaam een uiterst dansbaar voorspel uitmondt in een geluidsorgie. Encore, encore… the Young Gods op hun best: spannend, ritmisch tot op het bot en risicovol. De band werd twee maal teruggefloten en liet zich in de toegiften meer van een veelzijdige kant zien: soundscapes, techno, een Prodigy-achtig nummertje en de soepele rocker ‘Skinflowers’. Niets was te dol, alleen een Kurt Weill-cover had misschien nog gekund. Voor mij en een groot deel van het publiek was het overtuigend genoeg. Een vlekkeloze show, een feest van herkenning en vooral oorverdovend… Blijft alleen een laatste vraag knagen: wat had een 100%-hardcore-jasje-tiener of een Linkin Park-twintiger van dit concert gevonden? We zullen het nooit weten, maar namens alle dertigers/veertigers: graag meer van deze concerten!