Al met al is Aidan een aardige singer-songwriter die op zijn best en origineelst klinkt wanneer hij het over een ruigere boeg durft te gooien. Zijn rustige nummers zijn daarentegen niet bijster origineel of pakkend, daarvoor zijn de composities te weinig vernieuwend en de zang te matig. (ND)
Festivalverslag Naked Song 2015 met o.a. James Vincent McMorrow, Pokey LaFarge, Causes en Justin Nozuka
Festival weet ook zonder grote headliners te boeien met bont gezelschap singer-songwriters
Al sinds 2005 brengt Naked Song de fine fleur van het singer-songwritersgilde jaarlijks naar Eindhoven voor een dag vol uitgeklede, pure muziek. Hoewel het festival dit jaar niet kan leunen op écht grote headliners, valt er toch weer genoeg moois te ontdekken op de zes podia in het Muziekgebouw. 3voor12/Eindhoven was aanwezig en zag Nederlandse beloften, cowboyhoeden, baarden en gitaren, heel veel gitaren.
Aidan, Stadsfoyer, 15:30
Al met al is Aidan een aardige singer-songwriter die op zijn best en origineelst klinkt wanneer hij het over een ruigere boeg durft te gooien. Zijn rustige nummers zijn daarentegen niet bijster origineel of pakkend, daarvoor zijn de composities te weinig vernieuwend en de zang te matig. (ND)
Emil Landman, Grote Zaal, 16:00
Aan Emil Landman vandaag de ondankbare taak om te openen in de grote zaal van het Muziekgebouw. Maar ondanks dat op dit vroege tijdstip de bezoekers nog maar langzaam binnendruppelen denkt de singer-songwriter met de Eindhovense roots daar zelf heel anders over. Want dit was de zaal waar hij op eerdere edities van Naked Song zelf helden als Fink en Thomas Dybdahl zag. Ooit nog eens op dit podium te mogen staan was dus een lang gekoesterde wens van de gevoelige troubadour, zo bekent hij halverwege zijn set. Emil Landman trapt af met het instrumentale ‘North On California’ waarop de zanger zelf (pedal)steelguitar speelt. Een nummer bovendien dat precies de goede Paris Texas-feel weet op te roepen zonder dat het een rip-off is van grootmeester Ry Cooder. En dat is knap van de jonge muzikant die laveert tussen gloedvolle Americana en op Nick Drake-leest geschoeide singer-songwritermuziek.
Na deze gloedvolle opener klinken songs als ‘Hold Me Close’ en ‘Lately’ in eerste instantie wel erg mellow. Maar juist het feit dat Emil Landman zijn liedjes klein durft te houden in de enorme grote zaal van het Muziekgebouw dwingt uiteindelijk respect af. Het werkt vooral in het uiterst fraaie ‘A Bargain Between Beggars’ perfect. Dat hij dit klein houden soms wat overdrijft wordt duidelijk als hij aan het einde van zijn set nog een paar minuten overheeft en geheel onversterkt op ukelele afsluit met het mooie ‘Honey’. Maar hoewel zijn stem ver genoeg reikt, is zijn ukelele zelfs op de eerste rijen amper hoorbaar. Het is een klein smetje op een verder overtuigende set van de getalenteerde jonge singer-songwriter. (TM)
Birds That Change Colour, Effenaar Stage, 16:45
Meerstemmige zang met enige gitaarbegeleiding klinkend naar Fleet Foxes, maar dan met minder instrumenten, vormt een treffende omschrijving van het optreden. Hoogtepunt vormt het uptempo nummer 'My Love', waarbij ook het publiek wordt uitgenodigd om mee te klappen. Ondertussen kijkt datzelfde publiek geconcentreerd naar het optreden, terwijl er vlak voor het podium een toenemend aantal mensen besluit op de grond te gaan zitten. Met het nummer 'June' sluit de band het optreden a capella af. Birds That Change Colour maakt met het optreden duidelijk dat het een bijzondere band is die het zeker waard is om de komende tijd in de gaten te houden. (ND)
Wendy McNeill, Kleine Zaal, 17:00
Wink Burcham & Jacob Tovar, Meneer Frits, 18:00
Beide heren weten meer dan te overtuigen met geweldige nummers en dito gitaarspel. Het is ook mooi om te zien hoe de twee liefdevol in dienst van elkaar spelen en elkaar in elk nummer versterken. Op het moment dat Burcham een nummer écht solo speelt, staat Tovar goedkeurend aan de rand van het podium te kijken. De chemie op het podium slaat direct over naar de aanwezigen in de zaal; elk nummer kan rekenen op een ovationeel applaus. Hoogtepunt van de set is een nog niet uitgebracht nummer van Burcham waarin hij zoveel weemoed en gevoel weet te leggen dat het bijna lijkt alsof de nieuwe Johnny Cash is opgestaan. Het zorgt voor een fenomenaal moment in een toch al geweldig optreden dat voor iedereen die erbij was nog veel langer had mogen duren. (TP)
Rob Heron & The Tea Pad Orchestra, Bluegrass Terrace, 18:15 en 21:30
De artiesten op het tot ‘Bluegrass Terrace’ omgedoopte dakterras spelen vandaag allemaal twee sets. Eentje ’s middags of op de vooravond en eentje later op de avond. Rob Heron & The Tea Pad Orchestra is een van de acts die vandaag het terras onveilig maken. Zelf omschrijven ze hun muziek als '“North Eastern Swing” - a 21st Century, British take on Hokum Blues, Hot Jazz, Western Swing & Country'. Daarmee zitten ze muzikaal gezien in hetzelfde straatje als Pokey LaFarge, die later vandaag in de grote zaal het festival zal afsluiten. Maar anders dan laatstgenoemde zingen de mannen uit Newcastle Upon Tyne met een keurig Brits accent.
Dat mag de pret echter niet drukken. Want hoewel Rob Heron & The Tea Pad Orchestra voor het Naked Song-publiek relatieve nieuwkomers zijn, speelden ze eerder dit jaar tijdens het bungalowparkprogramma van Grasnapolsky de sneeuwvlokjes van het Amfitheater-podium. Dat laatste wordt met het stralende tropische weer van vandaag lastig. Maar vooral in hun snelle tweede set bewijst de goed geklede Brit met zijn Tea Pad Orchestra dat hij een overtuigende live set neer kan zetten. Pokey LaFarge heeft er in ieder geval stevige concurrentie bij gekregen. Want als de Britten op stoom zijn, zoals in hun nummer ‘High Speed Train’, dan steken ze de ‘sharp dressed’ Amerikaan naar de kroon. Twee erg lekkere sets in een dito zonnetje zijn het resultaat. (TM)
Eriksson Delcroix, Effenaar Stage, 18:45
Eriksson Delcroix is de band van Björn Eriksson en Nathalie Delcroix. Hem kennen we vooral als het muzikale brein van The Broken Circle Breakdown Bluegrass Band, de band uit de Vlaamse succesfilm ‘The Broken Circle Breakdown’. En zij is de schoonste van de drie sirenes van het Belgische (a capella) trio Laïs. Wat Eriksson Delcroix - live een volwaardige band - op Naked Song laat horen is een moderne versie van het aloude bluegrass genre. Eentje waarmee ze bluegrass met achteloos gemak de eenentwintigste eeuw in katapulteren. Het is muziek waarin de geest van 'swamprock' koning Tony Joe White rondwaart. Het virtuoze spel van Eriksson Delcroix en de heerlijk contrasterende stemmen van Björn Eriksson en Nathalie Delcroix maken dit vanaf de eerste minuut een ijzersterk optreden.
Het enige smetje op het blazoen van deze rasmuzikanten is de podiumpresentatie. Want het talent dat Björn Eriksson als muzikant in overvloed heeft mist hij als performer. Maar dat het voor deze mannen en vrouw volstaat om de muziek voor zich te laten spreken blijkt naarmate de set vordert uit de enthousiaste reacties van het publiek. Kers op de taart is een gloedvolle, Franstalige versie van traditional ‘La Chanson de Mardi Gras’, ook bekend als ‘La Danse De Mardi Gras’ of ‘La Vieille Chanson de Mardi Gras’ door Björns broer en banjospeler Karl Erikssson. (TM)
Luke Jackson, Meneer Frits, 19:30
Jackson verzorgt een vlekkeloos optreden waarbij hij af en toe wordt bijgestaan door een drummer. In deze nummers wordt de bas node gemist waardoor het geheel net te weinig ‘body’ heeft. Het duidelijke hoogtepunt vormt de afsluiting. Zodra Jackson het podium wil verlaten, krijgt hij van organisator Ad van Meurs te horen dat hij nog de tijd heeft voor een half nummer. Jackson besluit er een speelse medley tegenaan te gooien waarin ‘Where Did You Sleep Last Night’ (een traditional die bekendheid verwierf dankzij Nirvana), ‘Little Lion Man’ (Mumford & Sons) en ‘Hit The Road Jack’ (Percy Mayfield) voorbij komen geraasd. Als we ergens van overtuigd kunnen zijn, dan is dat wel van het talent Luke Jackson. De kritieken zijn terecht, deze man heeft alles in huis om het heel ver te schoppen. (ND)
James Vincent McMorrow, Grote Zaal, 19:45
Zichzelf enkel begeleidend op gitaar en piano heeft McMorrow het ‘naked’ uit de naam Naked Song goed begrepen. Maar juist deze spaarzame muzikale omlijsting maakt dat zijn stem extra goed tot zijn recht komt. De ietwat roestige James Vincent McMorrow heeft vandaag wat meer last van zenuwen dan normaal, omdat hij momenteel vooral druk is met opnemen van een nieuwe plaat. En daardoor heeft hij al een tijdje niet meer opgetreden, zo bekent hij na de eerste song. Maar daar is bij de luchtig babbelende man met de gevoelige songs en krachtige falsetstem weinig van te merken.
Die stem is McMorrow’s belangrijkste wapen en daarvan is hij zich terdege bewust. Hij maakt dan ook bijna schaamteloos gebruik van deze kwaliteit. Iets wat op het eerste gehoor voor overkill of irritatie zou kunnen zorgen. De momenten waarop hij niet met een falsetstem zing zijn namelijk minstens zo indrukwekkend. Maar dat uitbuiten van zijn vocale kwaliteiten werkt wél. Iets wat vooral bij de dreigend klinkende prachtsong ‘Down The Burning Ropes’ opvalt. Bij dit nummer heeft de door een bloedrode spot uitgelichte McMorrow zijn ademloos luisterende publiek volledig in zijn greep. Een betovering die hij tot het einde van de set intact laat en waarmee hij zich een waardig headliner toont. (TM)
Pokey LaFarge, Grote Zaal, 22:15
Bij de Effenaar Stage, de Stadsfoyer, Meneer Frits en op het Bluegrass Terrace kun je een biertje aan de bar bestellen en met je buurman of buurvrouw praten terwijl je ondertussen met een half oog de verrichtingen van de dienstdoende artiest gadeslaat. In de grote en kleine zaal zijn alleen maar zitplaatsen en wordt de toeschouwer gedwongen tot een actievere luisterhouding. Alleen maar goed zou je zeggen. Maar bij ‘crowdpleaser’ Pokey LaFarge die de grote zaal mag afsluiten blijkt dit niet het geval. Want ondanks LaFarge’s opzettelijk gedateerde sound is dit muziek om lekker op te swingen. En dan zijn die stoelen alleen maar lastige obstakels. Letterlijk, zo blijkt als bij ‘Acting A Fool’ het publiek uit zijn stoelen opveert en massaal naar voren dromt. De normaal zo keurige grote zaal van het Muziekgebouw begint dan al iets meer te lijken op het ‘luide en vulgaire’Paradiso waar de strak in het pak gestoken Pokey LaFarge een dag eerder nog speelde. Hij houdt de rest van de set de heupen van het aanwezige publiek in ieder geval goed in beweging met zijn jarentwintig en -dertig swing, bluegrass en country en meezingnummers als de ‘La La Blues’.
Of Pokey LaFarge daarmee de gedroomde headliner is van deze editie van Naked Song kun je je afvragen. Die titel is toch eerder weggelegd voor James Vincent McMorrow, die eerder op de dag een weergaloos optreden gaf. Maar amusant is zijn optreden zéker. En met toegift ‘Far Away’, waarbij hij zichzelf enkel begeleidt op gitaar heeft hij zowaar een echt kippenvelnummer in huis. (TM)
The Wood Brothers, Meneer Frits, 22:15
Het trio klinkt als een bluesy en experimentele variant op The Avett Brothers met uitstapjes in de richting van Stuurbaard Bakkebaard, T-99 en Mumford & Sons. Dat klinkt als een bonte mix, maar dat is ook wat het trio op het podium brengt. Het zwaartepunt ligt bij mooie, zwaar op meerstemmigheid leunende, folkliedjes zoals het mooie ‘The Muse’, maar er wordt ook veelvuldig met de blues geflirt. The Wood Brothers klinken nergens gepolijst en weten in alle stijlen een lekker rauw randje te bewaren. De afwisseling in het materiaal zorgen er bovendien voor dat de set geen moment verveelt. De band verdoet weinig tijd met praatjes en legt de focus geheel op de muziek, waarmee de Amerikanen indruk weten te maken. (TP)
Justin Nozuka, Kleine Zaal, 22:45
Hoewel Nozuka het in zijn geheel niet heel slecht doet, is aan één ding amper te wennen: zijn stem. Die vertoont door de uithalen toch iets te vaak boyband-achtige trekjes. Inmiddels speelt Nozuka voor een halflege zaal, aangezien er op dat moment veel mensen staan te feesten bij Pokey LaFarge of al huiswaarts zijn gegaan. Toch weet Nozuka het optreden waardig af te sluiten, door slechts een richtmicrofoon voor zijn akoestische gitaar te gebruiken en de zang onversterkt ten gehore te brengen. Een indrukwekkende combinatie, maar helaas niet genoeg om een slordig optreden mee te redden. (ND)
Causes, Effenaar Stage, 23:30
Causes is the next big thing in Nederland Muziekland. De niet helemaal Nederlandse band - de zanger is Brits wat meteen de uitspraak van ‘dance’ verklaart - heeft nog geen album uit, maar single ‘Teach Me How To Dance With You’ was een grote hit en het nieuwe ‘Walk On Water’ lijkt eenzelfde lot beschoren. Het kwartet heeft momentum en mag de Effenaar Stage afsluiten. De headliners zijn dan al klaar met spelen, maar er staat toch nog een grote groep mensen voor het podium, benieuwd naar deze nieuwe helden in de dop.