EP-recensie Wolfskop - Wolfskop

“Heavy enough for the boys, sweet enough for the girls”

Paul Knippenberg ,

Wolfskop is een nieuwe Eindhovense band vol oud bekenden uit gerenommeerde Rockcity-bands als The Goods, Komatsu, The Risque en Gods Monkey en dat zorgt, - zeker in Eindhoven - voor een hoog verwachtingspatroon. Tijdens een band- en EP-presentatie in Café Altstadt werd daar moeiteloos mee omgegaan en maakte de band meteen indruk; live kwam de nieuwe muziek dus goed tot zijn recht, hoe is dat op plaat?

Het startpunt van de EP, ‘The Man Behind the Gun’,  is voorzien van een zorgvuldige opbouw met haast fluisterende zang. Na een minuut breekt het nummer volledig open, en is het vervolg zeer stevig met een onwijs aanstekelijk en meezingbaar refrein, ondersteund door pompende drums en stevige gitaarpartijen. Deze doeltreffende hard-zacht dialoog wordt in verschillende varianten nog enkele keren herhaald. Daarmee is de openingsplaat meteen exemplarisch voor de rest van de EP, die vooral wordt beheerst door gitaarknallers vol samenzang, tempowisselingen en akkoordenveranderingen, allemaal met inbegrip van een catchy refrein.
 
Muzikaal doet het geluid van Wolfskop soms denken aan dat van Amerikaanse grunge- en hardrockacts als Foo Fighters. Zo ook de zang. Het refrein van ‘The Burning’ lijkt wel door Dave Grohl zelf ingezongen. Dat Wolfskop zanger Daan Koch ooit deel uitmaakte van een Foo Fighters-coverband mag dan ook geen verrassing heten.
Tijdens een van de prijsnummers van Wolfskop, het stevige  ‘The Karma’, zijn donkere en dreigende riffs hoorbaar die heel wat gelijkenis hebben met het karakteristieke geluid van een andere Amerikaanse gitaarband: Helmet.
 
Het merendeel van de nummers op de EP is ontstaan uit demo’s die Koch maakte en deelde met zijn bandleden. Toch klinkt Wolfskop allerminst als een begeleidingsband met absolute frontman op deze debuut-EP. Iedere muzikant lijkt een gelijke inbreng te hebben. Drummer Bas Soetens verdient absoluut een eervolle vermelding, de EP staat barstensvol met heerlijke drumpartijen. Soetens heeft Wolfskop inmiddels verlaten en is vervangen door Marcin Hurkmans, een drummer die buitengewoon capabel bleek om de ingespeelde partijen van een fraaie en krachtige livevertaling te voorzien.
‘The Masterplan’ is het laatste nummer op de EP en weet zich nog het meest te onderscheiden van zijn voorgangers met een meer bombastische – haast stadionrock – sound. Waar Wolfskop in de voorgaande nummers wars is van tierlantijnen, lijken de touwtjes hier meer te mogen vieren. Met een weelderige solo en inmiddels kenmerkende samenzang wordt de EP afgesloten.
 
Wolfskop heeft de tomeloze energie en muzikale furie die tijdens de EP-presentatie zicht- en hoorbaar was op plaat vast weten te leggen. Er is duidelijk heel wat aandacht geweest voor de productie, maar de rauwheid en urgentie van de muziek is behouden gebleven. Vrijwel alle nummers op dit debuut moeten het hebben van een zelfde dynamiek en opbouw, een geluid dat hierdoor eenvormig en inwisselbaar kan gaan klinken. Het viertal weet voor een EP van zes nummers nog voldoende af te wisselen, maar zal voor een full length meer variatie nodig hebben om te blijven boeien.
Een andere hoorbare muzikale invloed, Joshua Homme van Queens of the Stone Age, liet ooit optekenen; “Rock music should be heavy enough for the boys and sweet enough for the girls. That way everyone's happy and it's more of a party." In deze opzet is Wolfskop zeer zeker geslaagd.

De debuut-EP van Wolfskop is op 3 mei 2014 op vinyl verschenen bij Lighttown Fidelity.