In de gesprekken voor het dossier ‘40 jaar Effenaar toen en nu’ proberen we te achterhalen hoe het er achter de schermen aan toe gaat. Er wordt gezocht naar beweegredenen voor gemaakte keuzes. Op strategisch, maar ook op operationeel niveau. Een profielschets vooraf is dan wel op zijn plaats.
Robert Schaeffer is al jaren hoofdprogrammeur bij de Effenaar. Hij is verantwoordelijk voor de boekingen van de shows die bij de Effenaar te zien zijn. Hij bepaalt dus waar jij naar toe kan gaan. Dat doet hij samen met concertprogrammeur Tom Ketelaar. Robert heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat Queens Of The Stone Age en Primus naar de Effenaar kwamen om het jubileum te vieren.
Hoe gaat dat in zijn werk? Hoe beslis je wie welke show probeert te boeken?
“Dat gaat vanzelf. Je doet dat wat je het beste ligt. Ik heb nu Queens Of The Stone Age gedaan, maar die had Tom ook kunnen doen. Soms zijn er shows die de een beter liggen dan de ander, omdat die bijvoorbeeld meer zijn smaak zijn of omdat er eerder al goede contacten zijn geweest.”
Bijna alle jubileumshows zijn nu geweest. Hoe hebben jullie bepaald welke bands jullie graag op jullie podium zien spelen in het jubileumjaar van de Effenaar?
“Wat altijd belangrijk is geweest, is dat de band een historie heeft met de Effenaar. Het jubileumjaar is een jaar waarin we terugkijken en dat wilden we graag doen met ons publiek. Vergeet niet dat sommige mensen nooit in de oude Effenaar zijn geweest. Die hebben er dus geen weet van wat onze historie is. Door shows te boeken van bands die terugkomen, laat je zien wie er in al die jaren onder andere in de Effenaar hebben gestaan.”
Dat is het terugkijken in het jubileumjaar, in de gesprekken met directeur Marijke Appelboom is duidelijk geworden dat dit jubileumjaar ook in het teken staat van vooruitkijken. Hoe zie jij dat?
“Dit jaar is er extra veel aandacht voor de Effenaar. Daar zorgen we natuurlijk ook zelf voor door grote namen te boeken en een boek uit te brengen over 40 jaar Effenaar. Nu al die aandacht er is, ontstaat er een goed moment om bekend te maken waar je naar toe wil gaan. Een belangrijke nieuwe ontwikkeling is dat we de stad in gaan met onze shows door samen te werken met andere podia in Eindhoven.”
Locaties lijken steeds belangrijker te worden in Eindhoven. Er komen er ook steeds meer bij waar spannend geprogrammeerd wordt. Zie jij dat als een bedreiging voor de Effenaar?
“Klopt, locaties worden ook steeds belangrijker, maar dat zie ik niet als een bedreiging. Effenaar moet meer zijn dan alleen een gebouw of alleen een locatie. Effenaar moet een keurmerk worden voor leuke, spannende en vreemde plekken. Als mensen deze plekken tof vinden, gaan ze daar ook eerder naar toe als ze het album nog niet kennen. Wat wij hier vaker merken is dat als een band met een nieuw album komt mensen die eerst gehoord willen hebben voordat ze naar het concert gaan. Hetzelfde geldt voor een nieuwe artiest die nog geen bekendheid heeft. Door op spannendere plekken te programmeren, waar mensen ook voor de locatie komen, is die drempel een stuk lager. Voor die kleinere podia heeft het uiteraard ook genoeg voordelen. Effenaar heeft veel ervaring met promotie en een groot netwerk waarvan zij kunnen profiteren. Dat werkt stimulerend.”
Is er al gekeken naar de werking ervan? De samenwerking is nog maar net aangegaan, maar er zijn wel al enkele shows geweest die in samenwerking zijn georganiseerd. Wat zijn de bevindingen daarvan?
“Dixie Witch was onlangs in de Altstadt; dat was de eerste boeking waarbij de Effenaar en Altstadt samenwerkten en dat ging goed. Dixie Witch paste goed op die locatie (dat vond onze recensent ook red.). Kid Congo Powers & The Pink Monkey Birds in de Altstadt zijn de volgende. Dat is overigens ook een 40 jaar Effenaar show. Op 16 december spelen vervolgens Black Lips, die gaan wel uitverkopen. Daarna kijken we weer verder.”
Voor welke periode staat de samenwerking gepland en met welke regelmaat willen jullie iets organiseren?
“We willen het graag twee jaar volhouden waarbij we iedere maand minimaal één show in een samenwerkingsverband programmeren. Dat kan dus de Altstadt zijn, maar ook een ander podium waarmee we samenwerken.”
Onlangs is bekend geworden dat White Lies verplaatst worden van het Klokgebouw naar 013. Eerder liepen diverse shows in het Klokgebouw ook al niet zo goed. Hoe denk jij over het functioneren van het Klokgebouw?
“Voorverkoop White Lies valt ons erg tegen. Dat was van te voren ook niet te voorspellen. Blof en De Jeugd Van Tegenwoordig, ook beide 40 jaar Effenaar shows, gaan daarentegen hartstikke goed. Er valt nog niet zoveel van te zeggen. Het Klokgebouw is nu ook nog een zaal zonder historie.”
Wat kunnen we in de nabije toekomst verwachten?
“Ik zou graag een aantal boekingen wereldkundig willen maken, liefst nog vòòr de voorlopig laatste samenwerking op 16 december; Black Lips in Area51. Er zit een aantal ijzers in het vuur, maar nog geen ervan is definitief. We zijn bijvoorbeeld bezig met Ty Segall, een garage rock band. En met Zun Zun Egui en Jacuzzi Boys. Zun Zun Egui willen we in samenwerking met Amaro doen, in het Ketelhuis.”
Ah, jullie gaan ook iets met het Ketelhuis doen, een populaire locatie. Wordt er bij de boekingen al gekeken welke satellietzaal het meest geschikt is? Ik hoor garage en dan denk ik al snel aan Area 51. Werk dat bij jullie ook zo?
“Nee, we zoeken eerst naar de band en een datum waarop die beschikbaar is en kijken dan pas naar de bijpassende locatie. Het is dus niet zo dat als we een garage act boeken die dan ook automatisch in Area 51 staat. We willen ons niet vastleggen, maar per keer kijken waar de act het beste past. Ik denk dat dat ook het beste is.
We zijn overigens bezig geweest om Factory Floor op een hele bijzondere locatie neer te zetten: de vierde verdieping van het Klokgebouw waar voorheen de Philips kantine was. Dat is nu nog een geweldige leegstaande ruimte aan de zijde van het Klokgebouw waar vroeger Plan-2 was. Toen we informeerden naar de beschikbaarheid bleek dat die ruimte vanaf januari verandert in een plantenlab, vermoedelijk om experimenten te doen met plantjes.”
Over de boekingen en de reacties daarop van sommige critici: er zijn nog steeds mensen die wel eens zeggen dat de Effenaar vroeger veel experimenteler was. Die mensen verlangen wel eens naar de oude Effenaar. Ik heb het hier ook al met Marijke in het vorige interview over gehad, maar ik ben ook benieuwd hoe jij hierover denkt. Hoor jij die geluiden ook en wat vind jij ervan?
“Ja, ik hoor die geluiden ook. Ik hoor ze voornamelijk van mensen die ik nooit meer zie in de Effenaar. Mensen die ik ook nooit meer zie bij andere concerten. Het zijn vaak mensen die, overigens net als ik, allang de dertig gepasseerd zijn. Als we de vergelijking maken tussen de programmering van de Effenaar tussen 2000-2005 en de programmering van nu, dan zijn we wel veel verder de diepte in gegaan. Maar we doen ook De Dijk en Golden Earring en daar storen die mensen zich aan. De Effenaar programmeert nu veel breder, maar spreekt daardoor ook een veel grotere groep bezoekers aan.
Om het wat verder toe te lichten: Gemeente Eindhoven doet iedere vijf jaar een scan voor het vaststellen van het subsidiegeld waarbij ze kijken wat er voor terugkomt. Uit de meting van 2003 bleek dat 11% van de jongeren wel eens in de Effenaar kwam, in 2008 was dat 43%. Dat is bijna een verviervoudiging. De uitstraling en het bereik van de Effenaar zijn sterk gegroeid. Ik denk dat van die 11% in 2003 bijna niemand meer komt en dat andersom weinig mensen die nu naar de Effenaar komen wel eens in de oude Effenaar zijn geweest.”
Tot slot, ik vraag het aan een ieder die wordt geïnterviewd voor dit dossier: wat zijn jouw anekdotes over de Effenaar? Wat zijn jouw meest memorabele momenten?
“Wat ik zelf altijd wel een mooie vind is het moment waarop ik telefoon kreeg van een journalist van het Eindhovens Dagblad die vroeg of ik enige aanwijzingen had waaruit opgemaakt kon worden dat Prince in de Effenaar zou spelen, ervan uitgaande dat ik er weinig over kan zeggen. Fela Kuti stond geboekt voor die avond en ik vond het wel een goed moment om gebruik te maken van de aandacht dus ik zei: “Nou, ik vind het wel vreemd dat we een extra gitaarversterker hebben moeten regelen.” Hij reageerde met: “Ik weet genoeg” en kondigde de komst van Prince naar de Effenaar aan in het Eindhovens Dagblad waarop heel veel mensen een kaartje op de gok kochten in de hoop dan Prince te kunnen zien. Maar die kwam natuurlijk niet.”
Is dat later niet nog eens gebeurd? Ik kan me herinneren dat daar nog niet zo heel lang geleden opnieuw over werd gespeculeerd.
“Ja, dat klopt. Er werd toen gezegd dat Prince drie zalen afgehuurd zou hebben waaronder de Effenaar. Maar zo gaat dat niet bij Prince. Iemand van het management belt dan op en die vraagt dan of Prince kan komen spelen. Er wordt dan altijd erbij gezegd dat Prince €100-, contant wil hebben per bezoeker. Dat geld haalt iemand dan aan de deur voor hem op. Zo lang je dat telefoontje niet hebt gehad, is er geen sprake van dat Prince komt. Hij heeft dus ook nooit de Effenaar afgehuurd.”
Nog eentje misschien?
“Ja, ik heb nog wel een grappige. Over een Japanse band genaamd Trouble. Die kwam jaren geleden naar Eindhoven voor drie shows waaronder een in de Effenaar. Het was toen carnaval dus iedereen was verkleed. Toen de band aankwam en vroeg waarom iedereen er zo gek uitzag, heb ik gezegd dat wij dat zo doen in Nederland. Dat het hier heel normaal is om je te verkleden als je op stap gaat, of je nou naar een concert of naar een café gaat. Zonder er nog iets over te zeggen, hebben we hem zo naar Japan terug laten gaan. Ik zie al voor me hoe hij daar in Japan zijn verhalen vertelt, nog steeds denkende dat wij maar een raar volk zijn.”
En wat zijn jouw favoriete concerten die je in de Effenaar hebt gezien? Gewoon wat je nu zo te binnen schiet? Wij mensen houden nou eenmaal van lijstjes.
“Poe, dat is echt niet te doen. Als ik nu zo iets moet noemen dan The Frames in de nieuwe Effenaar en Motorpsycho in de oude Effenaar. Maar dat zijn morgen vast weer anderen. Dat zijn iedere dag weer anderen volgens mij haha.”
Gesproken: Robert Schaeffer, op 28 oktober 2011 en nog heel even op 1 december 2011.