De oprichters leggen uit hoe belangrijk woningcorporatie Vestia was in het kiezen van een plek. “Eerst wilden we een festival organiseren op de Binckhorst, het Festival der Doeners,” vertelt David. Na een gesprek met Adrie Lesuis, toenmalig programmamanager van Bink36, dachten ze dat het wel goed zat, maar het bleek dat Lesuis een eenmalig festival niet zag zitten. David: “Dus wij waren teleurgesteld, maar hij had juist iets groters voor ogen. Hij nam ons mee over het terrein en zei: ‘Je hebt eerste keus.’” Lesuis liet ze de vijfde verdieping zien, met een prachtig uitzicht over de stad en ruimte voor 700 bezoekers. David: “Maar wij werden verliefd op de oude brandweerkazerne, met een eigen tuin en geen lift.”
Volgens Steven is dat uiteindelijk een ‘fucking goede beslissing’ gebleken. “We krijgen nu onze eigen ingang aan de Binckhorstlaan, met een bosschage, waardoor we echt een klein Gallisch dorp worden. En dan ben ik natuurlijk Asterix en David de dikke Obelix.” Een eigen ingang betekent dat PIP niet meer de bewaking van het hele terrein hoeft te betalen en dus veel vaker kleine bands een plek kan geven. Steven: “Als je al 400 euro kwijt bent aan bewaking en dat tien dagen van tevoren moet aangeven, is het heel lastig om spontaan iets te organiseren en quitte te draaien. Verder hebben we er heel veel zin in om na tien jaar op een andere manier het terrein op te komen.”
De nieuwe ingang heeft veel te maken met de professionalisering van PIP, met een clubvergunning (sinds drie jaar) en een Funktion-One geluidssysteem in de twee grootste zalen. “We hadden de eerste vier jaar geen vergunning, toen drie jaar een sportclubvergunning en we zijn dus sinds kort echt official,” zegt Steven. “We vonden dat we niets verkeerd deden. Met zijn tweeën haalden we elke week goedkoop bier bij de Sligro, dat dan om halftwee ’s nachts warm was omdat niet alles in de koelkast paste.” David: “Steef en ik konden ook heel goed aan de wijkagent uitleggen waar we mee bezig waren, dat we niemand tot last zijn hier.” Steven: “Het nieuwe publiek realiseert zich soms niet dat we geen vergunning hadden, zelf achter de bar stonden en zelf de schoonmaak deden. Er waren geen grote dj’s, alleen onze vrienden. Er zijn nu nog steeds een miljoen dingen die beter kunnen. In het begin wisten we niets en dan lijkt een kleine verbetering heel wat. Nu weten we iets meer, maar zien we nog steeds een vergezicht voor ons.”
Geen vergunning betekent ook je eigen regels bedenken, zegt David. “Iemand heeft een keer tijdens een clubavond een wc kapotgetrokken, de waterleiding eruit. We hebben de deuren dicht gedaan, de muziek uit en de tl-lichten aan, en iedereen stevig aan zijn nek gevoeld. Uiteindelijk stapte een vriendengroepje naar voren. Dus wij zeiden: ‘Je moet het sowieso betalen, maar we verwachten ook dat jullie iets teruggeven aan de plek.’ Drie dagen later kwamen ze met een drie meter lange skateboardrail, zelf gelast.” Hij vertelt ook dat er een keer een camper in de fik vloog, waar iemand vervolgens continu dingen tegenaan bleef gooien en het zo erger maakte. “Die heeft de week erna vier dagen lang van 10:00 tot 20:00 helpen opbouwen voor Halloween.”