Het Paard van Troje leek zaterdagavond op een moderne versie van de Londense club The Batcave waar donker geklede muziekfans konden genieten van allerlei melancholische en duistere muziekgenres. De drukbezochte eerste editie van Grauzone (voor Den Haag) blinkt voornamelijk uit door sfeer, internationale allure en positiviteit.

“Hij komt helemaal uit London gevlogen om hier te zijn” vertelt een toeschouwer. De wachtende festivalgangers krijgen te horen dat het Koorenhuis ‘aan zijn maximum capaciteit zit’. En het festival is pas net van start gegaan. Voordat acts als Yokocola en King Dude van start gaan is er een exclusieve screening van de film 'Walking In The Opposite Direction' over de worsteling van frontman Adrian Borland (The Sound) met zijn schizoaffectieve stoornis. Daarna worden er gelukkig nog een handvol toeschouwers toegelaten. De film geeft namelijk een uitstekend inzicht in welke rol deze stoornis in de band kreeg. Het mooiste aan de film is dat Adrian achteraf toegeeft dat hij ongeacht de zware boodschap van de muziek altijd met een glimlach de teksten zong.

Een aantal bezoekers blijft na de film nog even hangen in het Koorenhuis voor de expositie van The Sound en de Q & A met de voormalige drummer van de band Michael Dudley. Of iedereen zit te wachten op de anekdote over hoe in hotel Metropole in Rotterdam de inhoud van het toilet van de buren in de douche omhoog kwam, is de vraag, maar vermakelijk is het wel. Aan de overkant warmt Yokocola de kleine zaal van het Paard van Troje op. De charismatische frontvrouw vermaakt de inmiddels volgelopen zaal met een vrij doorsnee mengelmoes van postpunk en psychedelica. Je hebt het vast wel vaker gehoord. Toch is de uitvoering van bovengemiddeld niveau en daar komen we voor.

De nietsvermoedende Grauzonebezoeker zou zich bij binnenkomst in de grote zaal waar Agent Side Grinder speelt, kunnen afvragen of hij niet per ongeluk daadwerkelijk in de jaren ‘80 is beland. Van de synths en analoge drumcomputers tot aan de outfit en theatrale bewegingen van zanger Kristoffer Grip ademt alles duistere wave in een donker hol in 1982. Diezelfde bezoeker zou kunnen denken dat het hier om een karikatuur gaat, zoals het karakter Dieter uit Saturday Night Live. Dat het toch geen persiflage van een genre betreft, blijkt wel uit de volle zaal met bezoekers die uit verschillende delen van de wereld zijn gekomen om deze band waarvan drie leden binnenkort stoppen aan het werk te zien. Dat internationale is sowieso iets wat vanavond opvalt in het Paard; er zijn talloze talen te horen in de foyer.

De kleine zaal van het Paard is helemaal vol voor het Belgische Whispering Sons. Er mag niemand meer bij. Voor de mensen die mis hebben gegrepen, is het misschien een schrale troost dat de bas ver buiten de zaal voelbaar is, dus dat ze toch wat meekrijgen van de winnaars van Humo’s Rock Rally 2016. In de zaal horen we dikke synths, elektronische drums en een in het zwart geklede zangeres die zelfs de ‘thank you’ na een nummer gepijnigd laat klinken. Ook hier viert duisternis hoogtij, en het publiek eet het als zoete koek.

De kleine zaal van het Paard is helemaal vol voor het Belgische Whispering Sons. Er mag niemand meer bij. Voor de mensen die mis hebben gegrepen, is het misschien een schrale troost dat de bas ver buiten de zaal voelbaar is, dus dat ze toch wat meekrijgen van de winnaars van Humo’s Rock Rally 2016. In de zaal horen we dikke synths, elektronische drums en een in het zwart geklede zangeres die zelfs de ‘thank you’ na een nummer gepijnigd laat klinken. Ook hier viert duisternis hoogtij, en het publiek eet het als zoete koek.

Met Anna von Hausswolff nemen we even afscheid van de jaren ‘80 om te kunnen genieten van lang uitgesponnen muzikale stukken. Op de piano, mondharmonica of gitaar is Anna het middelpunt van een band die verder een vrij traditionele rockbezetting heeft. Behalve dan dat de bassist een strijkstok gebruikt. Halverwege het optreden zingt Anna bloedmooi acapella, waarbij een vallende beker al een stoorfactor is, om later in hetzelfde nummer met haar band en ware orgie aan geluid te produceren. Hoewel, nummers. Niet alles wat Anna en band produceren kan als een nummer worden geclassificeerd. Soundscapes misschien, of ambient. In ieder geval maakt Anna diepe indruk met een enorm dynamisch optreden waarbij de toeschouwer niet luistert naar de muziek, maar er in wegzakt. 

Terug in het Koorenhuis treedt Lydia Lunch vanavond niet op met een band. Lydia dwaalt tussen spoken word, ambient en het vertellen van een verhaal. Als je ziet hoe de dame contact maakt met het publiek lijkt ze in goed humeur. Ze reikt haar handen uit naar het publiek en schenkt zelfs wijn in de glazen van festivalgangers. Toch is er genoeg woede van haar gezicht af te lezen. “Freedom is a hallucination” lijkt de boodschap van vanavond. Ze klinkt alsof ze al jaren een slof per dag rookt, maar haar anti-politieke en -commerciële boodschap is duidelijk. Verkiezingen zijn in ieder geval een kwestie van doorgestoken kaart en we worden door alles en iedereen bekeken. De opvoering zorgt ervoor dat je aandachtig luistert. Daarmee overstijgt ze het saaie spoken word label uit het programmaboekje.

De kleine zaal is wederom propvol. Op het eerste gehoor klinkt The Underground Youth als dertien in een dozijn post-punk. Ja, de zanger klinkt klagerig en de muziek is loom en melancholisch. Toch kennen de koude klanken van The Underground Youth een ongekende hoeveelheid energie. Zowel op muzikaal niveau als op het podium. Zanger Craig Dyer en bassist Max James konden het niet laten om zich te mengen met het publiek. Drumster Olya Dyer blinkt uit in minimalisme; enkel een floortom en snaredrum. Meer is er niet nodig.

Martin Rev klinkt als een impressionistische postrocker gewapend met overstuurde synths. In de grote zaal van het Paard van Troje speelt hij eigen materiaal en dat van zijn voorgaande band Suicide.  De set is gevuld met een synthmuur en onverstaanbare vocals. Halverwege vermengt hij dit met een jaren '80 popbeat om het wat zachter te laten klinken. Van muzikantschap is niet te spreken, dit is enkel uiting van frustratie, woede en haveloosheid. Het is desillusionerend om te zien hoe Martin Rev in zijn eentje het publiek weet te boeien met het rammen op een synthesizer. Van tijd tot tijd draait hij de volumeknop vol open, enkel om het publiek wakker te schudden. Alsof zijn gejengel dat niet al deed.

Fred & Toody zijn legendes. Met Dead Moon hebben ze talloze bands beïnvloed, en je zou zelfs kunnen beweren dat bijvoorbeeld The Deaf niet zou klinken als ze doen als Dead Moon er niet was geweest. Nu doen ze het met zijn tweeën. Toody op de bas, Fred op gitaar, en beide een microfoon. En de waarheid gebiedt te vertellen: zuiver is anders. En strak. Gelukkig bestaat het publiek voornamelijk uit liefhebbers van het eerdere werk van het echtpaar. Ook de liefdevolle blikken die het stel uitwisselt zijn goud waard. Het is ze dan ook meer dan vergeven dat het allemaal wat rauw is. Fred & Toody hebben hun sporen meer dan verdiend.

Bij aanvang van Chrome, de band die meer dan 50 jaar geleden werd opgericht, is de soundcheck nog volop bezig. Al snel is bassist Steve 'Trash' Fishman er klaar mee en begint de band met het optreden, goed geluid of niet. Het moet natuurlijk wel punk blijven. Wat volgt is een uur postpunk van een aantal mannen die aan de wieg hebben gestaan van het genre. Bas en drums leggen een solide fundering neer die lekker rechtdoor gaat. Samen met de vervormde vocalen van Helios Creed en de geluiden uit de synth creëert dit een prettig beukend en psychedelisch geheel. Fans zingen mee en er ontstaat zelfs een pit voor het podium. Langzaamaan begint het idee ontstaan dat Grauzone voor deze editie wel de krenten uit de undergroundpap heeft weten te plukken.

In het Koorenhuis zingt Jehnny Beth een vrij gewone set. In tegenstelling tot haar carrière als krachtige frontvrouw van Savages is ze vanavond eerder verlegen dan overtuigd. Jehnny speelt vanavond voor het eerst songs die op haar aankomende solodebuut zullen verschijnen. In tegenstelling tot eerdere acts horen we een veel kleiner geluid. Een vleugel en de wonderlijke stem van Jehnny, dat is het. “Tell me it’s worth the while” vraagt Jehnny halverwege op een semi lacherige toon. Het is overduidelijk dat het spannend is om nummers voor het eerst op te dragen. Toch is dat nergens voor nodig; de festivalgangers luisteren aandachtig en er worden aardig wat opnames gemaakt.

De hoofdact in de grote zaal, uitgaande van het feit dat ze de langste speeltijd hebben, is Chameleons Vox uit Manchester. De band is een voortzetting van The Chameleons die op zichzelf al een redelijke status hadden in post-punkland. Vergeleken met wat we de rest van de avond gehoord hebben, is de muziek van Chameleons Vox redelijk rechttoe rechtaan. De eighties-vibe is nooit ver weg, en het publiek lijkt zich prima te vermaken. Wat opvalt is dat de zwarte uitdossingen en getoupeerde haren die eerder deze avond de zaal vulden plaats hebben gemaakt voor een wat conventioneler publiek. Dat publiek ziet een prima maar weinig opzienbarend optreden van een band die nog best even meekan in het nostalgische circuit.

De laatste act in het Koorenhuis is King Dude die voornamelijk uitblinkt in loze praat en sarcasme. Gewapend met een aangebroken fles Jack Daniels en een gitaar wisselt de zwartgeklede muzikant dronkenmanspraat af met willekeurige opvoeringen van zijn songs. ‘I feel great, I feel fine’, ik heb net net speed gedaan en amfetamine genomen grapt hij. Zijn humor is zo ongeremd dat het bijna de show ontspoort. Na een paar songs vraagt King Dude of er verzoekjes zijn. Een nietsvermoedende Olya Dyer van The Underground Youth roept ‘Silver Crucifix’. 'That’s an excellent choice!' Echter blijkt King Dude het niet helemaal onder controle te hebben en vergeet stukken tekst en een geheel couplet. Dat wordt hem niet in dank afgenomen, want al snel ontstaat er een discussie of de Dude niet beter gewoon kan spelen in plaats van dat eindeloze gepraat. 'Just keep on drinking' klinkt er uit het publiek. En daarmee gaat de Dude weer vrolijk verder. “I have no idea what I’m doing” geeft de hedendaagse man in black later aan, maar of hij het nou echt meent?

De bands zijn klaar voor vanavond, maar in het Paard gaat het feest nog even door met Elektrovolt en Legowelt. De Haagse artiesten spelen een puike elektronische set, en er wordt nog volop gedanst door jong, oud, vleermuis, en fotograaf. En eigenlijk is dat ook de kracht van het festival. Naast de unieke acts is het vooral het diverse publiek dat van heinde en verre is gekomen dat voor de prima sfeer zorgt. Met Grauzone heeft Den Haag er weer een uniek festival bij. Volgend jaar weer?