Het Grote Gebaar van The Boxer Rebellion

"We komen steeds dichter tegen de doorbraak aan"

Guus Ritzen ,

Vrijdag de dertiende (september j.l.) stond The Boxer Rebellion in de grote zaal van een stijf uitverkocht Paradiso. Bij de Song Van Het Jaar 2013 werd de zegetocht beklonken in opnieuw Paradiso met een 2e plek voor single Diamonds. 3voor12 Amsterdam schoof deze zomer bij de heren aan, onderweg naar hun doorbraak.

Een zonnige dag in juli. Het Casa 400 Hotel, te Amsterdam Oost. Het voormalige bastion voor studenten die om woonruimte verlegen zaten is in een jaar tijd omgetoverd tot een prachtig hotel. Groots, ruimtelijk en luxueus. Een serene rust lijkt vandaag over het logement te zijn neergedaald. Mensen bewegen zich er fluisterend, onpersoonlijk. Het vriendelijke verzoek van de baliemedewerkster om in de salon te wachten boort zich een weg door de stilte. En cirkelt omhoog, de luchtledigheid van de hoge ontvangsthal in. De enige activiteit vindt buiten plaats, waar een drietal mannen gefotografeerd wordt. De fotograaf geeft aanwijzingen. Een man dirigeert met een scherm de lichtinval. Een verdwaalde voorbijganger draait zich om en kijkt nog eens goed naar het groepje, en vervolgt dan zijn weg. De camera flitst. 

Het Casa 400 hotel, dus. Vandaag het decor van the Boxer Rebellion (TBR) uit Engeland. Een band met een intrigerende carrière. Geen band die zoveel tegenslagen gekend heeft, geen band die ze ook weer zo triomfantelijk wist te overwinnen. Na debuutalbum Exits (2005) kwam hun loopbaan nog maar nauwelijks van de grond toen een tournee met The Killers werd afgezegd wegens ziekte van zanger Nathan Nicholson. Niet veel later ging het platenlabel waar ze getekend waren roemloos ten gronde. Een mindere band zou de voortekenen al lang begrepen hebben en er de brui aan geven. Zo niet the Boxer Rebellion. Zij besloten de goden te tarten; doorgaan was het devies. Een eigen platenlabel genaamd Absentee Recordings werd opgericht en ze pikten hun dayjobs op om het bandbestaan te kunnen financieren. Na vier lange jaren verscheen daar in 2009 het album Union. Digital only, want voor een fysieke release was het geld er simpelweg niet. Prompt werd het album opgepikt door iTunes. Een triomftocht volgde die hun werk van de Amerikaanse Billboard Album Chart tot aan Grey’s Anatomy voerde. En met het in 2011 verschenen The Cold Still wisten ze het succes verder uit te bouwen. Hard werken loont. De band kreeg zijn gelijk. 

En nu is daar alweer het vierde album genaamd Promises. De tomeloze ambitie van The Boxer Rebellion klinkt er duidelijk doorheen en het Grote Gebaar ligt er nog meer bovenop dan voorheen het geval was. Ja: Promises richt zich op de stadions, op de grote massa’s. In zowel woord als beeld. En wederom doemt de hamvraag op die keer op keer lijkt terug te keren in het bestaan van de band: zal dit dan het album zijn waarmee ze gaan doorbreken naar het grote publiek?

Ondertussen keert het eerder gefotografeerde drietal terug naar binnen. Het zijn Nathan Nicholson, bassist Adam Harrison en gitarist Todd Howe. Slechts drummer Piers Hewitt ontbreekt. Adam legt uit: ‘Hij is in Engeland, aan het verhuizen.’ Hij vervolgt, smalend: ‘Maar hij is gewoon lui – ongelofelijk lui! Hij heeft vrij gekregen ‘wegens speciale omstandigheden’.’ Ze ogen ontspannen en zijn in een goede bui. We zetelen ons in de salon en in plaats van de rust te verstoren, gaat ons geroezemoes moeiteloos op in de alles omvattende luwte.

Promises is in mei uitgekomen. Hoe hebben jullie de ontvangst ervan ervaren?
Nathan: ‘De ontvangst is tot nu toe behoorlijk goed.’ Adam: ‘De beste ontvangst die we in onze carrière gekregen hebben bij een album.’

Hoe verliep de vertaling van het materiaal van de studio naar het podium?
Adam: ‘Goed. We hebben het deze keer wel anders moeten aanpakken. We konden de liedjes niet 1 op 1 naar het podium brengen omdat we er in de studio zoveel lagen aan toegevoegd hadden. We schreven de nummers voor het eerst namelijk niet met z’n allen samen tegelijk spelend. Daardoor moesten we het creatief aanpakken om ze live te kunnen brengen. Bepaalde elementen hebben we aan de liedjes toe moeten voegen.’

Dat is ironisch. Want volgens eigen zeggen waren de liedjes juist voor het live publiek geschreven. Toch waren ze daarna dus niet direct geschikt om op het podium te kunnen spelen.
Nathan: ‘Wat we daar vooral mee bedoelden was dat we wilden dat het album zowel als de shows een positievere sound zouden krijgen. Het moest meer uptempo worden en uplifting klinken. Dat zijn dingen die aanslaan bij een livepubliek.’

Waarom hebben jullie voor het grootse geluid gekozen dat te horen is op Promises?
Todd: ‘We wilden onszelf vooral niet herhalen. De voorganger van Promisesthe Cold Still – was een beetje té introspectief. Het was een collectief en bewust besluit om voor ons volgende album een meer hi-fi geluid na te jagen. Daardoor introduceerden we elektronische elementen aan onze muziek en schreven we ‘grotere’ refreinen. Het moest allemaal wat toegankelijker worden.’ Adam: ‘Vergeet niet: dit is ons vierde album. Je moet dan toch iets doen om het fris te kunnen laten klinken.’
Nathan: ‘We wilden het vooral voor onszelf interessant houden.’

Het moeilijke aan zo een taak is het Grote Gebaar maken maar het tegelijkertijd op artistiek vlak geloofwaardig te houden. Hoe houd je die balans?
Adam: ‘Dat is inderdaad de truc. Daar moet je erg mee uitkijken. We zijn erg streng voor onszelf geweest en probeerden er op te letten dat een liedje niet te cheesy werd of te commercieel ging klinken, maar toch groots bleef. Dat is een evenwicht waar je constant naar op zoek bent. Maar we zijn nu al 12 jaar bezig en zijn op een punt gekomen waarop we tegelijk groots en interessant kunnen zijn.’

Ook heikel lijkt mij dat jullie technisch begaafde muzikanten zijn, maar op dit album wat dat betreft duidelijk een stapje terug hebben moeten nemen.
Adam: ‘Iets wat ik geleerd heb op de muziekschool is dat je de ongespeelde noot evenveel moet waarderen als de gespeelde noot. Een technisch begaafde muzikant is heel goed in staat om als muzikant te mislukken omdat hij nooit weet wanneer hij niet moet spelen. We zijn allemaal erg zorgvuldig met de vraag wat een bepaald nummer nou het beste past.’ Nathan: ‘ ...maar dat heeft wel even geduurd, hoor. Voordat we dat leerden.’ Adam: ‘Klopt. Dat is wat ze noemen muzikale volwassenheid.’ Nathan: ‘Zoiets leer je hoe langer je met elkaar speelt. Het hoeft simpelweg niet ingewikkeld te zijn om goed te zijn. Hoe simpeler het is hoe makkelijker het is voor de mensen om te verteren. Dat streefden we ook na met de teksten op dit album. Die zijn duidelijker en directer dan voorheen. Ze waren minder – met gebrek aan een beter woord – ‘poëtisch’ dan op vorige albums.’

Waren jullie niet bevreesd jullie trouwe fanschare af te schrikken door zo duidelijk het grote publiek op te zoeken?
Adam: ‘Elk album dat we gemaakt hebben was anders dan het vorige, en elke keer zijn we per album alleen maar gegroeid. Nog nooit is er een terugslag geweest. Dus over  het respons van de fans hebben we ons nooit zorgen  gemaakt. Zij zijn eigenlijk behoorlijk open-minded. Natuurlijk heb je wel eens 1 of 2 mensen die zeggen: ‘Ik wou dat jullie hetzelfde deden als op het eerste album.’ Maar daar maken we ons in ieder geval geen zorgen over. Als je dat doet, zul je telkens opnieuw met hetzelfde album komen.’ Nathan: ‘Daarnaast: als mensen naar ons communiceren dat ze iets niet willen horen, is het alleen omdat ze gepassioneerd erover zijn. En dat is een goed teken.’ Adam: ‘Je kan nooit iedereen tevreden stellen.’

Eén van de dingen die het meest opvalt gezeteld bij de jongens aan tafel is de onderlinge dynamiek. De ongedwongenheid van hun omgang en de mate waarin ze op elkaar ingespeeld zijn, is verbazingwekkend. Wordt de les er door ondergetekende niet bij gehouden, dan verzandt het gesprek al gauw in discussies over Hooverboards, Terminators en de Concorde; het vliegtuig dat met oprechte, collectieve bewondering van de band binnen drie uur van Parijs naar New York wist te vliegen. Het eindeloze geneuzel dat is voorbehouden aan vrienden valt hun nog immer ten deel. Dit is merkwaardig want vrienden waren de afzonderlijke leden niet toen de groep aanving: Nathan en Todd ontmoetten elkaar twaalf jaar geleden in London middels een advertentie op het internet. De ritmesectie vond op een zelfde manier aansluiting. Veel bands die wél op amicale basis starten is een zwartgalliger lot beschoren.
    Hun sympathieke imago wordt versterkt door het feit dat zij nog altijd ongetekend zijn en veel zelf doen. The hardest working band in showbusiness? Wie weet. Het punt dat ze willen maken, hebben ze inmiddels in ieder geval dubbel en dwars bewezen: ja, zij kunnen het zelf. Is het dan onderhand ook niet fijn om iets uit handen te kunnen geven? Zodat er meer tijd over blijft voor belangrijkere zaken zoals het componeren van muziek? Adam stribbelt tegen. ‘Het ding is: als je alles zelf doet, werk je juist veel efficiënter. Je neemt in zo’n geval zelf alle belangrijke beslissingen. Labels zijn in staat je van promo naar promo te sturen en er geld aan uit te geven zonder dat je dat zelf weet waaraan. We rédden er juist tijd en geld mee want je wordt tactischer in de besluitvorming.’ Onder de gigantische stroom aan indie bands van het afgelopen decennium lijken zij als weinigen daadwerkelijk aanspraak te mogen maken op die titel.

Hoe kijken jullie tegen de term ‘indie’ aan anno 2013?
Adam: ‘Indie is vooral een genrenaam geworden. Het staat voor waar de muziek naar klinkt, niet meer per se de levenshouding van de band. Maar de onafhankelijke beweging  - lost van het muziekgenre indie – is weer steeds groter aan het worden.’ 

Waarom denk je dat?
Adam: ‘Omdat onafhankelijk zijn ook steeds beter mogelijk wordt door bijvoorbeeld de opkomst van de sociale netwerken. Zaken doen en relaties met mensen onderhouden in verschillende landen is gemakkelijker geworden. Indie - in de echte betekenis van het woord - is daardoor sterker dan ooit.’

Te veel vrijheid kan ook een last zijn. Als je alles zelf beheert, is er niemand die deadlines stelt en je achter de vodden zit.
Nathan: ‘Klopt. Ook al zijn we kings of our domain: nog steeds hebben wij deadlines nodig. Het moet wel afkomen. Maar als je het zelf doet, is het wel minder stressvol.’
Adam: ‘Je hebt simpelweg deadlines nodig om productief te kunnen zijn.’
Todd: ‘Vooral omdat je zelf nooit denk dat je genoeg materiaal hebt, dan blijf je maar doorgaan. Dat moet je een halt toeroepen.’

Heeft een band eigenlijk wel een label nodig?
Adam (stellig): ‘Nee.’ Daarna: ‘Labels zijn voor bepaalde dingen wel goed. Als je als artiest new on the scene bent, bijvoorbeeld. Zonder veel live-ervaring. Dan kun je de hulp en het marketinggeld van een label goed gebruiken om je op weg te helpen. Maar het is niet meer essentieel.’
Nathan: ‘Je kan het zeker alleen doen. Maar het is altijd fijn om hulp te krijgen, natuurlijk.’

Weer wordt er met dit album gezegd: ‘dit is het album waarmee TBR door gaat breken.' Hoe reageren jullie daarop?
Adam: ‘We hebben een groots geluid en daarom kunnen mensen het makkelijk voorstellen in grotere zalen. Met elk album groeien we en komen we steeds dichter tegen die doorbraak aan. Maar het blijft terugkeren sinds ons eerste album: ‘The Boxer Rebellion gaat dit jaar echt opblazen! One’s to watch 2010!’ Nathan: ‘One’s to watch 2011! One’s to watch 2012!’ Adam: ‘Mensen vragen ons: waarom zijn jullie nooit doorgebroken? Maar kijk eens naar wat wij doen! We spelen in de Paradiso. Elke band die in de Paradiso speelt kan zeggen dat die het gemaakt heeft.’ Nathan: ‘We spelen dan wel niet in de Ziggo Dome maar daar komen we misschien nog wel.’

Hebben jullie ooit getwijfeld of hetgeen dat jullie van de regionen van Editors, of zelfs Coldplay of U2 weghield het tekenen bij een major label was?

Adam: ‘Nee.’ Nathan: ‘Nou... potentieel wel. Wellicht.’ Todd: ‘Maar die bands hebben simpelweg ook grotere refreinen dan wij.’ Nathan: ‘Zij waren ook allen op de juiste plek op de juiste tijd. U2 in ieder geval.’ Todd: ‘En Editors zeker ook.’ Nathan: ‘Het duurde bij U2 ook 4 of 5 albums voordat ze U2 waren.’ Adam: ‘Dat waren ook tijden dat platenlabels het ook niet erg vonden om jaren en jaren te wachten tot een band echt succesvol zou worden. En verder: het grote publiek hoort nooit over de vele mislukte bands waar de grote platenlabels geld in gepompt hebben. Wij kennen bands met enorme platendeals maar waar niemand ooit van gehoord heeft. Wij zien de kille realiteit daarvan in. Wie weet dat als we een majorlabel achter ons hadden staan die bergen geld in ons had gepompt was dat het einde van the Boxer Rebellion geweest.’

Zouden jullie wel zo groot willen zijn?

Nathan: ‘Zeker.’ Adam: ‘We zouden het geweldig vinden.’ Nathan: ‘Overal voor duizenden mensen spelen... ‘ Adam: ‘Tienduizenden! Nathan ‘...maar we willen het niet forceren. Als we er op natuurlijke wijze komen is het goed.’

Staat het niet haaks op jullie filosofie, zo groot te worden in combinatie met de onafhankelijkheid die jullie uitdragen?
Nathan: ‘Nee, het is zeker mogelijk om zo groot te worden en onafhankelijk te blijven. Kijk maar naar Mumford & Sons.'

The Boxer Rebellion. Hun werkethos en ontwapenende genegenheid in beschouwing nemend verdienen ze de veelvuldig voorspelde doorbraak zeker. Ze zijn van ver gekomen. ‘Het leven geeft je een nodige dosis schijt gaandeweg’, constateert Adam. Hij vervolgt: ‘Maar het gaat erom hoe je hiermee omgaat. Iedereen heeft tegenslagen. Als je genoeg erin gelooft en hard werkt kun je je eigen lot vervullen. Dat hebben wij wel laten zien. Wij grepen de stier bij de hoorns. And we rode it.’
    En zo kreeg een aangename middag in het Casa 400 Hotel een afsluiting vol levenswijsheden. Open deuren of niet, het past in ieder geval mooi bij de lyriek die Promises kenmerkt. We nemen afscheid, ik sta op en laat de band en het hotel in hun serene toestand achter. 

The Boxer Rebellion is na Daft Punk's Get Lucky de beste song van het jaar 2013 volgens de 100.000 internetstemmers op de site van 3voor12. Bekijk de hele top 100.