Jaarlijks trekt de gehele Nederlandse muziekindustrie naar Austin, Texas voor de grootste muziekbeurs van de wereld. Overdag tuimelen bandmanagers, platenbonzen en mediagoeroes over elkaar heen op zoek naar de kip met de gouden eieren. De kippen zijn de bands, die het vermaak in de avonduren op zich nemen; soms gehyped en verzekerd van een volle bak, maar vaak spelend voor twee man en een paardenkop.
Schoots: ‘Je moet eigenlijk alleen naar zo’n soort beurs gaan als er vraag naar je is. Wij zijn altijd heel sceptisch geweest over de worsten die voor je neus worden gehouden. Als het gratis is, is het nooit goed. Door subsidies wordt het allemaal iets te vrijblijvend. Een band gaat er heen, speelt en keert weer terug naar Nederland. Er is nog nooit een band geweest die dankzij subsidie een poot in Amerika aan de grond heeft gekregen.’
Bij de Urban Dance Squad was er al vraag naar de band vanuit New York voordat er over een album was nagedacht. ‘Wij speelden op Eurosonic en MTV Engeland kwam ons filmen. Die opname kwam in Amerika terecht en zo ging het balletje rollen.’ En zo speelde de band even later op uitnodiging in een bomvolle zaal in New York tijdens CMJ, toen nog het New Music Seminar. Schoots: ‘Dat was voor ons de start in Amerika: een Nederlandse band zonder platencontract. De dag erna stonden we op de gesubsidieerde Nederlandse avond in een half-lege zaal voor een handvol Nederlandse journalisten en een verdwaalde Yank te spelen. Vandaar mijn scepsis. In Amerika en Engeland hebben ze alle bands al. Het is water naar de zee dragen. Je moet iets exotisch hebben om daar nog op te vallen. Of je moet een specifieke subcultuur bedienen. Maar om echt een grote band te worden, werkt het op een andere manier. We hebben nooit gezocht naar succes, maar hadden al wel vanaf het begin een volstrekt eigen en vernieuwende sound.’
3voor12 classic: Urban Dance Squad op Poppark (1989) en Pinkpop (1990)
‘Door Mental Floss For The Globe te maken, zijn we ook iets kwijtgeraakt’
Urban Dance Squad staat te boek als ‘de beste band van Nederland.’ Naast de oudjes van Focus en Golden Earring is het de enige Nederlandse band die in Engeland en Amerika vaste voet aan de grond kreeg in de mainstream sector. Vandaag trekken we twee opnames uit de begintijd uit het archief en proberen met drummer Michel Schoots te ontrafelen waarom de band het zo goed deed in binnen- en buitenland. Een ding staat voor hem vast: ‘Gesubsidieerd naar SXSW gaan is zinloos.’
De beginjaren van Urban Dance Squad zijn op zijn zachtst gezegd bijzonder te noemen. De band ontstond spontaan na een jamsessie met zes muzikanten aan het eind van een festival in Muziekcentrum Vredenburg te Utrecht. ‘We hadden slechts twee thema’s maar konden makkelijk de 45 minuten volspelen. De tent werd uiteindelijk plat gespeeld. Iets dat ik nooit gezocht had, was er opeens.’
De band werd teruggebracht tot vijf man en nog enkele jaren werd het experiment opgezocht en bleef de band live jammen. Schoots: ‘Maar interesse van platenmaatschappijen bleef uit, terwijl we al veel optraden en grote zalen uitverkochten. We hebben toen uiteindelijk besloten om het debuut in eigen beheer op te nemen. Dat was best een risico, want de grote underground-bands op dat moment, Claw Boys Claw en Fatal Flowers, verkochten toen zo’n 5.000 platen. Wij hadden al uitgerekend dat we er minimaal 10.000 moesten verkopen om uit de kosten te komen.’
Het experiment werd enigszins los gelaten, vooral omdat de band besefte dat een album eeuwigheidswaarde zou moeten hebben. ‘Het plan was om sowieso maar een album op te nemen. We hebben onszelf toen gedwongen meer gestructureerd te werk te gaan en de nadruk op ons songwriterschap te leggen. Songs als Fast Lane en Deeper Shade of Soul kwamen - in de uiteindelijke vorm - vlak voordat we de studio ingingen tot stand. Toen “Mental Floss For The Globe” klaar was en we zelfs het artwork al hadden, wilden ineens alle platenmaatschappijen ons tekenen.’ Het album verscheen eind 1989.
De volgende tien jaar zouden er nog vijf albums verschijnen. In 2006 kwam de band weer kort bij elkaar voor een reünietour van tien dagen. Op dat moment waren er van de band 1,5 miljoen albums wereldwijd verkocht. Nostalgische gevoelens kent Schoots niet. ‘Deze opnames van Poppark 1989 in Rotterdam en Pinkpop 1990 heb ik nooit terug gehoord. Het is mooi om het verschil te horen. In Rotterdam, voordat het album verscheen, hoor je een heel wilde band die de tent afbreekt. Op Pinkpop spelen we veel meer gefocust. Je hoort een proces van negen maanden. Liedjes en techniek waren veel belangrijker geworden. Door "Mental Floss For The Globe" te maken zijn we ook iets kwijtgeraakt.’