Alcohol is – na de muziek zelf dan – waarschijnlijk het belangrijkste bindmiddel in de livesector. En daarmee zijn drankmisbruik en verslaving dus ook nogal taaie problemen (en taboes!) in deze wereld. Doe jij aan Dry January? Of laat je alcohol überhaupt staan? Goede kans dat je dan nogal opkijkt tegen bepaalde feestjes, of een borrelfestijn als ESNS. Aan het woord vier muzikanten, organisatoren en professionals die geen alcohol en drugs meer willen aanraken.

Sander Hoogendoorn: 'Alcohol is een nationaal smeermiddel om het ongemak weg te halen. Ik heb ervoor gekozen dat ongemak dan maar aan te gaan.'

radiopresentator bij Veronica en dj

‘Ik drink nu al iets langer dan twee jaar niet meer. In die periode deed ik de ochtendshow op 3FM. Dan gaat je wekker echt midden in de nacht: ik wilde om kwart over vijf ’s ochtends zo’n beetje in de studio zijn om nog wat te kunnen voorbereiden. Ik dacht dan: ach, ik ben superzielig, ik heb al zo’n kutleven…’ Hij lacht. ‘Nou ja, het was natuurlijk mijn droombaan, maar ik had doordeweeks geen sociaal leven. Zo’n ochtendshow is echt prima te doen, als je er voor lééft, 90 procent van de tijd. Dan kun je in het weekend bijkomen, vroeg naar bed, en dan ben je maandag weer ready. Doe je dat niet, dan pleeg je een soort extra roofbouw op je lijf. Dat was wat ik deed: drank werd op vrijdagavond echt een uitlaatklep. Dan kwam ik de hele zaterdag de deur niet uit, omdat ik zo’n kater had. En door de vermoeidheid had de drank een hele andere uitwerking op mij dan op veel mensen: ik was om 9 uur ’s avonds gewoon al helemaal out terwijl ik nog niet eens zoveel had gedronken. Niet dat ik iedere week kneitertjelam was, maar ééns in de twee, drie maanden zat er wel weer een uitschieter tussen dat het zes uur ’s ochtends was geworden, drugs erbij, je weet wel. Dat voelde ik in mijn mentale gezondheid de rest van de week, dan was ik er donderdag pas weer een beetje bovenop. Ik dacht: wat ben ik nou aan het doen?! Ik heb de leukste baan op aarde, ik heb een leuke vriendin, en toch verpest ik het voor mezelf.

‘Ik dacht eerst nog: ik ga gewoon minderen. Dat probeert iedereen, maar dat is het moeilijkste dat er is. Het werkte voor mij gewoon niet. Dus ben ik gestopt. In eerste instantie werd ik er supermoe van. Ik had ook wel over zulke ontwenningsverschijnselen gelezen, er had zich een enorme vermoeidheid in me opgebouwd die ik eindelijk voelde omdat ik me niet meer verdoofde. En na drie maanden ging ik me echt fantastisch voelen. Ik sliep als een os, acht uur per nacht, ik ging de natuur anders ervaren, ik werd veel productiever. Ik voelde wat je kunt bereiken als je er 100 procent bent, en niet 60 of 70. Alcohol is geen probleem meer in mijn leven. Ook mijn relatie: we wisten allebei niet dat alcohol zo’n groot thema was in onze relatie totdat ik stopte. Na drie maanden realiseerden we ons: wauw, we hebben al tijden geen ruzie gehad. What the fuck! 

‘Eerst vond ik het wel lastig, omdat alcohol heel erg bij de muziekwereld hoort, heel erg bij míj persoonlijk hoorde. Radio en festivals en concerten en lekker bier drinken! Dat was de rock ’n roll-belofte die werd ingelost. Met terugwerkende kracht denk ik dat het ook neerkwam op: ik ben maar gewoon een onzeker jochie uit Delft dat op de radio wilde en ineens in Hilversum terecht kwam, alcohol was een middel om in die wereld te manoeuvreren en me minder een imposter te voelen. Gooi er twee bier in, dan word je sociaal ook minder onhandig. Dat geldt zeker ook op Eurosonic, met al die belangrijke meetings en panels en borrels, je praat net wat makkelijker als je allebei een biertje drinkt. Alcohol is een nationaal smeermiddel om het ongemak weg te halen. Ik heb ervoor gekozen dat ongemak dan maar aan te gaan. 

‘Nou ja, en ik ga ook dingen uit de weg. Ik heb wel eens supernuchter op een Tweede Kerstdag-feestje in TivoliVredenburg gedraaid om drie uur ’s nachts. Ik voelde me met het uur kutter en kutter omdat iedereen steeds lammer werd en ik steeds vermoeider. Het is op zo’n feest alleen maar hits vlammen, en dat wíl je helemaal niet als je zelf nuchter bent. Het levert ook wel vervelende reacties op, hoor: door zelf niet te drinken hou ik onbedoeld ook een spiegel voor bij andere mensen. Die denken: “Oh shit, hij dronk niet meer dan ik, heb ik dan ook een probleem?” Mensen schieten in de verdediging, roepen dat ik toch wel “één biertje” kan drinken. Heel irritant, ik wíl mensen ook helemaal niet zo’n spiegel voorhouden. Als jij wil drinken, I don’t care, moet je lekker doen, ik heb alleen geen zin meer om met jou te praten als je tien bier op hebt. Dat soort situaties ben ik gaan vermijden. Als mensen twee keer dezelfde verhalen gaan vertellen, in je gezicht gaan spugen en beginnen te ruiken, dan is dat mijn cue om in de auto naar huis te stappen. En ik merk dat zowel mijn radiowerk als mijn dj-werk er echt op vooruit zijn gegaan doordat ik niet drink. Ik ben echt met de muziek bezig, helder en fit. Ik ben blij dat ik de code heb gekraakt voor mezelf.’

Sander Hoogendoorn

Philou Louzolo: ‘Er is nog teveel schaamte rondom verslavingsproblematiek, daarom vind ik het belangrijk om erover te blijven praten.'

Dj en feest-organisator

‘Er is nog teveel schaamte rondom verslavingsproblematiek, daarom vind ik het belangrijk om erover te blijven praten. In maart ben ik vier jaar nuchter, en ik kom echt niet meer in de verleiding om iets te gebruiken, een biertje of whatever. Ik verdoofde mezelf zoveel, waardoor ik minder aanwezig was tijdens shows, en kon vaak ook heel veel niet meer herinneren. Ik vond het heerlijk om mijn kop in het zand te steken, of in een ponypack, om te doen alsof mijn probleem veel kleiner was dan het was. Als ik vier shows had, zat ik tussen elke show weer met een nieuwe fles Grey Goose in mijn hand. 

Hij lacht. ‘Nu ga ik de deur niet uit zonder smoothies en gembershotjes in mijn tas, bijna met dezelfde obsessie als vroeger met drank en drugs. Er is een mist weggehaald, en ik voel veel meer verbinding met mijn publiek. Als dj moet je spelen met de prikkels die zij je geven. Die prikkels komen nu veel intenser binnen, waardoor ik hen ook meer energie kan geven. Ik voel controle, en dat geeft me veel kracht en zelfvertrouwen. Voorheen dacht ik dat ik dat drank en drugs mij het zelfvertrouwen gaven dat ik nodig had om te performen, maar niets is minder waar.’ 

‘Hoe het voor me is om voor een publiek te draaien dat onder invloed is? Ik heb geen oordeel over mensen die gebruiken, het is aan iedereen om voor zichzelf een beslissing te nemen, ik ben er om mensen een leuke avond te bezorgen en dat lukt mij het beste wanneer ik nuchter ben. Komt bij iemand anders de muziek beter binnen als-ie iets heeft gebruikt? Good for them! Het haalt me soms ook terug naar mooie momenten waar alcohol en drugs voor mij niet alleen toxic en ongezond waren, ik heb ook leuke avonden gehad. Maar vanaf een bepaald moment had ik er geen controle meer over, toen werd het een probleem. 

‘Ik heb een jaar in een safehouse gewoond en was al een jaar clean voordat ik weer ging draaien. Ik had alle verleidingen voor mezelf geëlimineerd voordat ik weer het podium opging. Dat heeft mij heel erg geholpen. En het is wel belangrijk voor me om deze boodschap uit te dragen, zeker voor mensen die met vergelijkbare problemen worstelen. Ik zal nooit degene zijn die op ze afstapt en zegt: “Hey, misschien moet jij eens wat gas terugnemen.” Dat heeft mij ook niet geholpen, het verlangen om te stoppen moest echt uit mezelf komen. Ik vind wel dat we verantwoordelijkheid hebben om gewoon goed ons werk te doen. Ik zie wat het met mensen in de industrie doet die te diep in het glaasje kijken, en vervolgens nalatig worden als dj, stagemanager of promotor. Ik ben nuchter een veel betere dj geworden, en een beter mens. En mijn leven is veel gemakkelijker zonder katers. Ik heb veel meer energie, kan de dag na een show in de studio aan de slag met de inspiratie die ik heb opgedaan.’ 

Philou Louzolo

Aysha de Groot: 'ik ga niet naar Noorderslag dit jaar, omdat het simpelweg te gevaarlijk voor me is'

Zangeres en muzikant (Meis, bandlid Eefje de Visser)

‘Alcohol was nooit een probleem voor me. Ik kon twee wijntjes drinken op een avond, en het vervolgens laten staan. Ik leerde meer drinken rond de eerste Eefje de Visser-tour. We waren zoveel weg, sliepen veel in hotels, ik hoefde nooit te rijden en op het moment dat je het podium af stapte stond het cocktailkarretje klaar. Er werd heel veel gefeest, en ik ging steeds meer grenzen opzoeken. Dat is een hele tijd prima gegaan, totdat ik ook thuis steeds meer ging drinken. Als ik niet lekker in mijn vel zat, gooide ik er een wijntje in. Ik kwam er langzaamaan achter dat ik op een fles per dag zat, en in plaats van gezelliger werd ik er steeds zwaarmoediger van. Op een ochtend werd ik wakker en zei mijn vriend tegen me: “Dit is de grens. Er komt een suïcidale Aysha naar boven als je teveel hebt gezopen.” Dat was heel pijnlijk, heel heftig. 

‘Toen heb ik de Jellinek ingeschakeld, ik ben naar een verslavingskliniek geweest. Dat ging een tijd goed, ik ben zestig dagen nuchter geweest. Heel spannend, in die periode ging ik dus niet naar de kroeg, en alleen naar concerten als ik moest werken, bijvoorbeeld als jurylid van een competitie. We gingen ook met Eefje in een nightliner door Duitsland touren. “Oh fuck, hoe ga ik dat doen?” Nou, dat ging supergoed. Ik vertelde iedereen dat ik nuchter wil blijven, ging gewoon vroeg naar bed, en het is zo’n lieve band die zich echt om me bekommert. Ze bieden me dus géén wijntje aan, maar vragen: “Hé, wil jij nog een colaatje?” Dat is echt belangrijk, omdat ik het zelf heel ingewikkeld vind om er vanaf te blijven. Als iemand mij iets aanbiedt, denk ik eigenlijk altijd: “Oh ja, nou, dan mag het wel, toch?” 

‘En toen ben ik in oktober toch weer teruggevallen. Nu zijn we weer aan het afbouwen. Ik mag dus niet in één keer stoppen, daarvoor drink ik teveel, en het is fysiek levensgevaarlijk als je dan cold turkey gaat. Elke dag 10 procent minder. Ik ben erop gebrand nu echt te stoppen, ik ga dus ook niet naar Noorderslag dit jaar, omdat het simpelweg te gevaarlijk voor me is, ik moet voor mezelf zorgen en tja… zo’n netwerkevenement? Iedereen zit in de trein naar Groningen tegen zichzelf te zeggen: “Oké, je kan het, je bent leuk genoeg!” Ik voelde me met een paar wijntjes erin vaak een leuker mens. Maar ik heb ook vaak gesprekken gehad die ik me een dag later niet meer kon herinneren. Pffff. Tegelijkertijd kun je je extreem eenzaam voelen als je niet meegaat in dat zuipen, als je niet op dezelfde golflengte zit als de mensen om je heen. De meeste muzikanten die ik spreek die wél naar Noorderslag gaan, die zeggen: “Ik doe mijn Dry January wel in februari.” Dat is superheftig, toch? We zouden het woord borrel ook moeten afschaffen, zullen we daar babbel van maken? "Ga je mee naar de Sony-babbel?", zoiets!’

‘Ik ga met Meis ook geen popshows doen dit jaar, we gaan in het najaar het theater in. Daar gaat het heel anders aan toe dan bij de poppodia. Op mijn hospitality rider staat dus heel groot: geen wijn. Mijn lieve bandboys krijgen een paar speciaalbiertjes, die vind ik gelukkig heel goor, maar verder géén alcohol. Het mag er gewoon niet zijn. Ik heb ook op mijn socials gezet, zodat zoveel mogelijk mensen maar weten dat ik niet mag drinken, dat dat een struggle is. Gelukkig krijg ik ook veel berichtjes: “Welkom bij de club!” Het voelt heel fijn om te weten dat ik niet de enige ben, dat er meer mensen zijn die in hetzelfde traject zitten en hiermee worstelen.'

Aysha de Groot alias Meis

Marit Brom: 'Ik ben sober raves gaan organiseren, de afwezigheid van allerlei vervelende verleidingen is heel prettig.'

Dj (Wispelturig) en feest-organisator

‘Ik ging al op hele jonge leeftijd alcohol drinken, dat gebeurt nou eenmaal in zo’n klein dorpje. Ik denk dat ik 12 was toen ik voor het eerst zo dronken was dat ik niks meer wist. Door die ervaring kon ik het de jaren daarop juist wel in de hand houden, maar toen ik begin twintig was ging ik in Amsterdam wonen en kwam ik in aanraking met harddrugs. Dat werkte iets te goed voor mij, van speed werd ik helemaal chill en gefocust, en kon ik eindeloos doorgaan. De eerste keer dat ik gebruikte bleef ik meteen het hele weekend wakker, van vrijdag tot zondagavond, ofzo. Ik ging veel verder dan de meeste mensen om me heen. Ik hou van het extreme, zocht dat heel erg op. En in eerste instantie had ik er relatief weinig last van, maar na een jaar of wat kreeg ik steeds meer last van stemmingswisselingen, ik was mentaal niet zo steady. Dus ging ik naar Jellinek, in eerste instantie om hulp te krijgen het gebruik onder controle te krijgen. Gaandeweg heb ik besloten dat dat niet voor me werkte. 

‘Ik hou ziek veel van het nachtleven, dat is echt mijn thuis, dus ik bleef gewoon clubben. Maar ik vond het lastig om te voelen dat je moe wordt, pijn aan je benen krijgt, op een gegeven moment moet zitten of overprikkeld raakt. Zodra mensen in zombies veranderen of de sfeer op de dansvloer echt verandert, dan weet ik: dit is mijn plek niet meer, ik moet naar huis. En het allerlastigst: iedereen om je heen is er op gericht om je NIET te supporten, mensen willen dat je “gezellig” meedoet. Ik heb hele stomme reacties gehad: “Oh, wat jammer, je bent zo leuk dronken!” Dat is het grofste dat je tegen iemand kunt zeggen die worstelt met middelengebruik. 

‘Ik organiseerde nog wel feesten die soms tot acht uur ’s ochtends duurden, en dat ging steeds meer schuren. Ik hou dat zelf bijna niet meer vol! Als organisator ben je blj als iedereen “flink aan” is, dat is goed voor je feest, maar dat is geen omgeving meer waarin ik mezelf prettig voel. Dus ben ik met een groepje gelijkgestemden sober clubbing begonnen, waarmee we feesten organiseren zoals we ze vet vinden, maar dan nuchter. Mensen voelen zich er in eerste instantie wel een stuk zelfbewuster. Maar de afwezigheid van allerlei vervelende verleidingen is heel erg prettig en de sfeer is supergoed. Mensen staan vanaf het begin keihard te dansen, en er wordt op de dansvloer ook veel minder geluld. En de dj’s vinden het ook heel leuk, ze voelen veel meer een directe connectie met het publiek.’

Zaterdag 18 januari organiseert Sober Clubbing een feest in Parallel, Amsterdam

Marit Brom