‘Qua programmering moet de locatie breder inzetten,’ vertelt oprichter Omar Waseq. ‘Kabul à Gogo blijft inhoudelijk hetzelfde. Maar onder de naam Gietijzer laten we nu andere dingen toe. In het begin lieten we verhuur niet toe. Nu wel. Er zijn straks ook andere muziekstijlen te horen, want deze plek gaat het niet redden met allleen techno. Ook al wilden we het zo lang mogelijk op deze manier proberen.’ Kabul à Gogo ging open met een 56 uur durende weekender die veel publiek en aandacht trok. Waseq: ‘De hoop was dat het aantal bezoekers na het openingsweekend stand zou houden. Dat gebeurde niet. Het blijkt hier lastig te zijn. We hadden gewild dat in Utrecht een verlangen was naar wat in Amsterdam en Berlijn aanwezig is. Maar het blijkt dat we er geduld voor moeten hebben.’
Het bleek al snel dat de programmering (links van het midden met veel kleinere namen) van Kabul à Gogo een klein publiek trok. Toch werd besloten hier lang aan vast te houden. Waseq: ‘Grote namen wilden we niet. Vanuit Kabul kunnen we een Marlon Hoffstadt niet boeken, die is te duur. Dan moeten je kaarten naar 26 euro. Dat willen we niet. We willen de leftfield bereiken. Maar we moeten concluderen dat we de zaal er niet mee vol krijgen.”
Kabul had zzp’ers met vaste kantoordagen, maar die zullen vanaf nu op oproepbasis werken. De aankondiging dat het team vaker zal moeten werken met bepaalde externe partijen heeft voor onrust op de werkvloer gezorgd. Waseq: ‘Natuurlijk zijn er mensen mee oneens. We zijn met dezelfde ideeën en idealen begonnen. Er verandert nu iets. Maar er blijven ook genoeg mensen in het team. Met onze eigen avonden zullen de idealen hetzelfde blijven.” Bij verhuurklussen moet dit wel los worden gelaten “Bij een bedrijfsfeest van Achmea ga ik niet vragen om telefoons af te plakken, nee.”
Programmeur Lisa Molle heeft deze week aangekondigd om bij Kabul te vertrekken. Molle: “We zijn in een ongelukkige periode open gegaan. Half april. Het is een pand van de gemeente en de deuren moesten open voor publiek. Ik ben twee maanden voor de opening erbij gekomen. Een vrij korte tijd om echt een lange termijn plan te bouwen. En dan komt een monster van een festivalseizoen eraan, waarmee je concurreert. Sinds mei zijn we alleen in de kleine zaal gaan programmeren. Daar hebben we echt alle hoekjes van de leftfield electronica laten zien. Het was echt mooi om te zien hoe de community zich hier bewoog. De ene avond was beter dan de andere, maar dat hoort bij een club die net is begonnen.” Ze benadrukt dat haar keuze om te stoppen een persoonlijke is. Het vuurtje dat volop moet branden in haar functie werd net te vaak te klein. Molle: “Als ik over festivals loop en hoor welke stromingen populair en geliefd zijn, vind ik het wel lastig. Ik wil neerzetten waar ik de meeste liefde voor voel. Namelijk het club- en community gevoel dat ik zelf kende van toen ik het nachtleven ontdekte. Ik wilde dat bouwen met omlijstend vernieuwende en spannende muziek. En doelgroepen aanspreken die in Utrecht volgens mij nog niet bediend zijn. Maar dit alles blijkt moeilijk te zijn. Je hebt met kosten voor de zaal en de bezoekersaantallen te maken.’
Net als Waseq vindt Molle dat Kabul à Gogo wel heel erg onder een vergrootglas is komen te liggen: “Ik begrijp dat niet helemaal. Ik woon dertien jaar in Utrecht en hoorde al jaar en dag dat we een echte club nodig hadden waar je jezelf kunt zijn, met een inclusieve programmering en een clubgevoel. Als je het dan doet en vervolgens op Facebook en Reddit zoveel kritiek krijgt, ook door mensen waarvan je denkt: die heb ik nog nooit hier gezien, ja dat is wel apart.” Maar ze was er zelf wel en dat beviel vaak genoeg. “Ik heb zo vaak een leuk, jong, fris publiek gezien. Nieuwsgierige mensen die het samen fijn hebben. Ik heb volle avonden gezien en op een haar na lege avonden. Maar laatst zei een buurvrouw dat ze een topavond had gehad toen er maar 20 mensen waren. Iedereen danste. Dat is ook wat waard.”
De naam Kabul à Gogo zal ondanks de veranderingen overeind blijven. Techno-avonden blijven georganiseerd worden. Waseq: “Maar niet meer twee keer per week. Hoe vaak wel? Dat weet ik echt nog niet.” In de toekomst worden nu ook samenwerkingen aangegaan die onder de Kabul-vlag komen. Hierbij ziet Waseq meer ruimte dan hij aanvankelijk toeliet. “We hebben gesprekken met verschillende partijen. Welke precies, dat wordt de komende weken bekend. Het kan een partij zijn waarvan we eerst dachten: dit is niet de Kabul-sound. Maar als de doelgroep heel erg overeen komt, zouden we de hosting nu wel toestaan. We zullen ons elke keer afvragen: kunnen we ons ermee identificeren.’
Waseq is strijdbaar en wil benadrukken dat meer clubs de weg hebben afgelegd die hij vanaf nu voor ogen heeft. Namelijk: “Eerst beginnen met je eigen idealen, daarna ruimte voor hostings, daarna weer vol voor de eigen idealen. Een club als Lofi heeft het ook zo gedaan. Ze begonnen met een eigen programmering maar hebben toen een deel afgestaan. Ze deden enkele producties zelf. Dat werden er elk jaar meer en daarna nog meer. Het is een route die meerdere clubs hebben gehad.” Daarnaast memoreert Waseq ook meerdere malen de goede tijd die hij met het Filmcafé heeft gehad, de geliefde tent die hij ook heeft opgericht. “Het was een culturele plek. We deden alles. Ook rollerdisco, Grease-avonden maar even later ook gewoon Tjade. Binnenkort gaat Café Teatro ook bij ons van start waardoor de dragshows en burlesque-avonden ook gaan komen. Dat wilden we al lang. Het is fijn als alles mag en kan.”