Op de eerste zonovergoten dag van Lentekabinet 2024 wordt op tijd komen beloond en is het vooral de gezelligheid die telt.

De jaarlijkse Amsterdamse feestkaravaan vertrekt extra vroeg naar het noorden. Al voor het middaguur zie je ze staan op de pont. Afgetrapte sneakers, dure zonnebrillen en kleine tasjes in felle kleuren. De eerste biertjes worden opengetrokken, of eerst nog even lekker verkoelend tegen het gezicht gehouden. “Je ziet echt dat we allemaal naar een festival gaan”, zegt een meisje tegen haar vriendin. Ze grinnikt: “Zo veel bloot allemaal!”

Op naar het Twiske, voor de elfde editie van Lentekabinet. Wat ooit begon als het kleine broertje van organisator Dekmantel, is inmiddels uitgegroeid tot een potige knaap die 30.000 bezoekers per weekend aantrekt. Half Amsterdam rukt uit om een van de eerste grote festivals van het seizoen mee te pakken. 

De vroege vogelvlucht van Job Jobse

Terwijl er bij de andere podia nog welgeteld nul mensen te vinden zijn, beweegt een lange stoet zich naar de uiterste hoek van het terrein. Want daar staat publieksfavoriet Job Jobse een openingsset te draaien. Hij cureert dit weekend zijn eigen podium, de Poppy, en trapt zelf af. Slim, want met zo’n naam aan het begin van de middag komt men toch wat eerder opdagen!

Na een uurtje is het al lekker druk en besluit hij dat iedereen wel warm is. De vroege vogels krijgen waarvoor ze zijn uitgevlogen. In klassiek jobsiaanse stijl brengt hij de eerste piekmomenten van de middag: vrolijk, trancey, upbeat en melodisch, maar dan op een keurig house-bpm. De eerste handjes en telefoons gaan de lucht in. En hij doet de naam van zijn podium eer aan: Sade komt voorbij, net als deze opzwepende bewerking van Kelis’ ‘Milkshake’. Job Jobse heeft zoals gewoonlijk de gezelligheid aan zijn kont kleven.

Hij wordt afgelost door zijn eerste genodigde, een liveset van de Ierse house-sensatie Spray. En die heeft maar een uurtje om te knallen, dus zet hij meteen een tandje erbij. Hij verruilt de piekmomenten voor een meer geleidelijke, strakke aanpak, vol acid baslijnen en hypnotiserende, herhalende string accenten. Welkom in Club Twiske, vierkwarts vooruit! De Poppy is los, nu de rest nog.

Maar huh, de Poppy? Wat is er gebeurd met de eerste t/m vierde kamer? De podia op Lentekabinet hebben dit jaar een rebrand gehad en zijn allemaal van een nieuwe naam voorzien. Daarmee zet Dekmantel in op een meer eigen identiteit per podium. Het blijft een feest van herkenning: wereldschokkende veranderingen blijven grotendeels uit. De Kanaal 40-stage, nu de Sundew, is hetzelfde als vorig jaar. En de vaste Lente-ganger zal meteen het grote bloemvormige zeil herkennen dat boven de ‘Poppy’ hangt, en denken: ah, de Tweede Kamer! Wel een leuk detail: midden in de tent hangt deze joekel, waarmee ooit Club Trouw van lichtshows werd voorzien. Een knipoog naar de beginjaren van tent-directeur Job Jobse.

Charlotte Adigéry & Bolis Pupul

Op zoek naar gezelligheid

De Eerste Kamer is als ‘Lotus’ uit de herdoop gekomen. En daar is wel degelijk een geweldige aanpassing gedaan: er is een dak! In het verleden was het hoofdpodium weleens een pijnpunt; vooral als het regende bleef er geen kip bij de allergrootste namen staan. Met deze enorme kas-achtige constructie is dat probleem in elk geval opgelost. Hoewel er ook een nieuwe kinderziekte bij komt kijken: het broeikaseffect.

Of komt die hitte door Charlotte Adigéry en Bolis Pupul? Vanaf de eerste noot eet het Twiske de dikke electrobeats en speelse, sassy vocalen uit hun hand. Adigéry draagt bij wijze van een jurk niet meer dan een paar touwtjes – “Als er een nipslip ontstaat, moeten jullie me een teken geven!” – en Bolis huppelt als een echte rockster met zijn basgitaar over het podium. “Haha, hij voelt zich Lenny Kravitz”, bijt ze hem liefdevol toe wanneer hij al funkend door zijn knieën zakt. Een grote glimlach, van voor- tot achterin de crowd. Precies het cheeky onderonsje waar men hier behoefte aan heeft. Een seltzer in de ene hand, de andere in de lucht. Want wie vandaag naar het Twiske is afgereisd, is in de eerste plaats op zoek naar gezelligheid. 

Wat rijmt er op seltzer? Precies, Willem Feltzer! De Haagse wonderboy werkte zich met zijn artistieke, hyperactieve sets al naar binnen bij het label YEAR0001, van o.a. Yung Lean. Vanmiddag trakteert hij het Kabinet op een drukke set vol hyperpoppy chipmunkvocalen, polyritmes en struikeldrums. Niet zo gezellig, wel heel cool.

Rouwdouwen in het moeras

De echte rouwdouwers zijn vandaag te vinden in The Swamp, de kleinste, meest verstopte stage waar de dj’s vanonder kromgetrokken golfplaten de avontuurlijkste sets van de dag verzorgen. Daar hoor je mad miran de duimschroeven aandraaien met dikke bass- en garagetunes, vol ondoenlijke ritmes die je misschien niet meteen begrijpt, maar wel VOELT! Ben je net in de ene onmogelijke groove verstrikt geraakt, smijt ze een nieuwe wiskundige uitdaging in je gezicht. Mad, manisch! Super leuk. Ze krijgt een lief applausje van Mell G, die het stokje overneemt. De Duitser schotelt de moerasmonsters benauwende cyberpunk techno voor, het geluid van twee transformers die elkaar de tent uitvechten. The Swamp is niet halfvol – de hele dag lijken mensen deze nieuwe stage slecht te kunnen vinden – maar wie erbij is wordt blootgesteld aan een onophoudelijke stroom aan stevige, futuristische beats waar elke glimlach uit is gewrongen.

Het is een contrast met elders op het terrein, waar het strijden is voor dansruimte. Met een podium minder is het vooral in de grote tenten erg druk. De Poppy is afgeladen wanneer de Britse selector-sensatie Anz begint aan een rondleiding door haar platentas. Bassy breakbeats, UK garage: alles wat stoer en Brits is komt voorbij. Super sick voor wie zich vooraan heeft weten te wurmen, maar het toekijkende borrelpubliek eromheen kan er maar weinig chocola van maken. Gelukkig toont Anz zich een echte crowdpleaser, en mixt ze af en toe een strakke houseplaat in. Even de handjes omhoog, en dan weer snel terug naar het echte werk.

mad miran

Euforisch afsluiten met Young Marco

De schaduwen worden langer, de temperatuur steeds aangenamer. Plukjes vrienden banen zich arm in arm een weg door de bomen, waar rookmachines zorgen voor ongekende niveaus van desoriëntatie. En er moeten plannen worden gesmeed: waar gaan we afsluiten? Met de goedgemutste houseplaten van de Amerikaanse b2b-besties Iris Drew & Octo Octa? Of toch in de Lotus, met trance-house veteraan Young Marco? Er zijn geen slechte keuzes, maar wie bij Surusinghe is blijven hangen heeft daar in elk geval geen spijt van gekregen. De Australiër verzorgt met haar mix van reggaeton en pijlsnelle techno de meest dansbare set van de dag. Je moet Spaans spreken om het te verstaan, maar iedereen vat de boodschap: gas erop! Tientallen led schermen knipperen zwart en wit. De meute bij de Sundew wordt totaal verblind, tot ze niet meer weten wat links en rechts is, of ze stilstaan of bewegen. Maar wie zijn ogen toeknijpt en de lichtflitsen uit zijn ogen wrijft, ziet haar twee uur lang glimlachen.

Toch is er maar één plek waar je moet zijn voor het laatste nummer. Wat zeg je? Ja, bij Young Marco natuurlijk, wiens populaire remix van ‘What You Say’ een publiekstrekker op zichzelf is geworden. Een half uurtje voor het einde valt het stil, en horen we die langverwachte a capella. Telefoons gaan omhoog, vrienden worden omhelsd. Zelfs de bewaker bij de nooduitgang staat te headbangen. Young Marco gooit er nog een paar flinke trancebangers erachteraan, om zo de zaterdag euforisch over de eindstreep te trekken. En we zien de Lotus in al zijn bravoure: met de nieuwe lichten aan het plafond en de overkapping boven ons hoofd voelt het hoofdpodium nu echt als een plek waar je wil zijn.

Het besef daalt langzaam in: de terugtocht... Over ellenlange dijken en spaarzaam verlichte paadjes, terug naar Amsterdam. Komen al die rocycle-uurtjes nog eens van pas.