Al tien edities lang voert Dekmantel Festival een eigenwijze koers, om gestaag te bouwen aan hun eigen dj-iconen. Op de vrijdag van de tiende editie betaalt dat zich uit met (kun je het je voorstellen!) ALLEEN MAAR lokale helden als afsluiters van de podia. Vooral Interstellar Funk en Identified Patient doen dat geweldig.

Ra ra ra… wat is het eerste dat opvalt, als het oog op de timetable van Dekmantel valt? Dat er geen hardhouse-namen staan? Ben je mal! Dat past totaal niet bij de verfijnde smaak van het Amsterdamse liefhebbersdancefestival. Dat Carista voor het eerst hier de mainstage mag headlinen? Ja, warmer… kijk nog eens goed. Verhip! Op de mooiste spots staan zelfs ALLEEN MAAR huisvrienden, elke stage wordt afgesloten door een lokale dj die way back gaat met het festival. Steffi schijnt in een schemerig Dekmantel-verleden nog wel eens een onderbroek over het hoofd te hebben getrokken bij Ben UFO (?!), en mag nu de Selectors-stage afbreken met verleidelijke techno. Talismann staat vanavond in de grote UFO I-technoloods en loopt al ongeveer een half leven met Dekmantel-opperhoofd Casper Tielrooij mee – sinds ze elkaar ooit op een strandfeest in Scheveningen tegen het lijf swingden. Identified Patient  staat er sinds 2018 letterlijk IEDERE editie, en klom zo telkens een stapje hoger op de lineup.

Als er íéts is waar Dekmantel de afgelopen tien festival-edities in uitblonk, is het wel het creëren van een familie van talentvolle dj’s, al vroeg het geloof in hen uitspreken en jarenlang trouw blijven bouwen aan hun carrières. Doe je het als debutant vroeg op de dag goed? Dan krijg je volgend jaar een betere spot, en het jaar daarna een nóg betere spot. Daarmee zette Dekmantel letterlijk de toon, want ook andere festivals in binnen- en buitenland gluren mee wat ze hier precies doen, en boeken een jaar later gerust de Dekmantel-huisvrienden die opvallen in het Amsterdamse Bos.

Door allerlei festival-copycats voelt het Dekmantel-programma in eerste instantie wellicht wat minder onderscheidend, en het betekent dat een trouwe Dekmantel-bezoeker anno 2024 zelfs een beetje blasé zou kunnen worden. Och ja, weer Interstellar Funk? Ja, ik vond die Boiler Room in 2019 wel vet. Die zonnige set tussen de bomen op de Selectors-stage in 2022 was ook geweldig. Hmmm, en als afsluiter op dezelfde stage een jaar later was het top, maar moet ik nu wéér gaan kijken? Ja natuurlijk, sukkel! Olf van Elden is zo’n dierbare familievriend dat hij zelfs officieel is geadopteerd: hij runt tegenwoordig het Dekmantel Records-muzieklabel, en zijn smaak lijkt er nog wat breder van te zijn geworden. Tussen zijn signature mdma-house, regelrechte classics (vandaag ‘Contemplation’ en DJ Rolando) en onderkoelde electro stuift hij dus alle kanten op. Richting UK garage met wobbelbas en Peder Mannerfelt-banger. Langs ontspoorde halftime bass. Naar de raptor house van DJ Babatr. Het knappe: dit zijn genres die mijlenver uit elkaar liggen qua locatie en tijdperk, van de nineties naar 2024, van Berlijn tot Venezuela. En toch zijn de bruggetjes die Interstellar Funk vandaag slaat coherent en logisch. Heel knap, heel erg Dekmantel.

UFO I

Oude rotten

Ook heel erg Dekmantel: naast nieuwe helden creëren, willen ze ook steevast oude helden eren. Luke Slater (maakte in de nineties het onverwoestbare techno-anthem ‘Love’) staat op de mainstage met stem-van-de-house Robert Owens (de stem van o.a. Mr. Fingers-klassieker ‘Mystery of Love’) die nu dan weer ‘Ohhhhhhh, I feel love, I feel love, I feel loooooove’ zingt. En in de Greenhouse speelt begin van de avond Peter Hook. Hook heeft het mustread-boek geschreven dat iedere clubeigenaar op z’n nachtkasje heeft liggen, over zijn stekkie de Haciënda (met de pakkende titel: How Not To Run The Club). Maar voor het brede publiek gaat-ie vooral de geschiedenisboeken in als de bassist van Joy Division en New Order. Met zijn groep The Light speelt-ie covers van die bands, en hoe vet het ook is om classics ‘Love Will Tear Us Apart’ en ‘Blue Monday’ te horen…. De gitaar klinkt schel en lelijk, hij is geen begenadigd zanger en de gothic vibes van de band moeten niets hebben van dat felle zonnetje. Ah well!

Waar is het muzikale zonnetje?!

Het is sowieso wel zoeken naar *muzikale zonnestralen*. In de platen van de Russische Vlada (die drie uur lang op de Selectors-stage draait) is sowieso geen licht te vinden. Ze heeft tassenvol vinyl mee met het type donkere acid en techno dat niet de hele tijd tegen je schreeuwt dat je euforisch moet zijn, muziek die geen bevelen uitdeelt wanneer je precies je armen omhoog moet wapperen als een legertje wappermannen. Nee, haar platen mag je zelf invullen zoals je wil, ze werkt ook niet met grote contrasten maar in één lange flow.

Ook de UFO I is (vanzelfsprekend!) een duistere bedoening, een benauwde donkere broeikas. De grote techno-tent heeft een kleine make-over gehad van Matière Noire, lichtkunstenaar die zelden festivals doet maar vaker met grote modehuizen werkt. Dus hangen er lange kabelbanen aan het plafond, waar stroboscopen in wit, blauw en rood langs heen en weer zoeven. En achter de booth staan over de gehele breedte van de tent doorzichtige glazen dozen waar beelden op worden geprojecteerd, en waarin golvende en kolkende rookpluimen doorheen walsen.

Met een joint en een glas oranje natuurwijn in de hand (when in Amsterdam he) draait Jane Fitz daar experimentele, licht obscure techno. Ze is misschien niet een voor de hand liggende keuze voor de UFO I, waar vaak hardere, snelle techno wordt gedraaid, maar als je hier staat snap je waarom ze hier is neergezet. Haar muziek past perfect bij de stage design en de lichten tintelen mee met haar platen. Ze is meester in het opbouwen van energie zonder brute kracht of opzichtige drops, maar met subtiele energieveranderingen die het publiek geleidelijk meeslepen naar piekmomenten. Het is complex, maar toch dansbaar en toegankelijk. Leuk moment: Konduku komt tijdens Janes set vanuit de backstage een plaat aan haar cadeau geven. Ze krijgt een enorme glimlach op haar gezicht en geeft hem een kus op z’n wang.

Wie in het laatste uur nog even heel hard wilt gaan, ziet dat Guy Blanken alias Talismann er in de UFO I vervolgens absoluut geen gras over laat groeien: zijn platen zijn weer duister, diep, hypnotiserend en vol industriële invloeden, maar hij heeft er vandaag nog eens een tandje bij geschroefd. Inmiddels blijken de glazen dozen nog een extra truc te bevatten: er spuwt afwisselend vuur en licht in rond! De rookmachines maken overuren en door de stroboscopen flikkert de rook paars, groen en rood. Een prikkelfestijn van jewelste, not for the faint hearted. Maar de beste techno-set van de dag, die zien we niet in de UFO. Die vindt plaats op de Radar-stage met kortere dj-sets van een uurtje die worden gelivestreamed (zoals Boiler Room eerder ook op het festival deed). Freddy K draait daar zoals hij altijd draait. Diep, rollend, groovy. Nu eens geen ellenlange allnighter-set, maar een uurtje. Vet.

Palms Trax

Daar is het zonnetje!

Oh ja, maar waren we niet op zoek naar gezelligheid? Gelukkig serveert Palms Trax die in overvloed, nog zo’n Dekmantel-huisvriend die eerder al eens headliner was en nu een slot eerder op de bomvolle mainstage staat. Zijn house staat bol van de piano’s die schreeuwen: extase! Zangeressen die gillen: love! En na tien jaar puzzelen heeft Dekmantel zijn mainstage (of nou ja, ze noemen ‘m tegenwoordig The Loop) voor het eerst écht goed ingericht, als een arena met een extra verdieping, waar mensen in 360 graden staan te dansen. Dus gaat het dansvloervirus als een vuurtje rond: zie je dat hossende groepje recht achter de speaker uit de plaat gaan, dan begin je zelf ook instinctief te hossen.

Utrechter Carista draait daarna als headliner (momentje!!!!) een stuk kaler, percussiever en stoerder. Dit is geen house als een kusje op de lippen, maar als een klap op de bek. En nu ga je dansen! In eerste instantie wreekt zich dat een beetje: er vallen overal gaten, het balkon wordt leger. Maar wanneer zij steeds wilder gaat dansen (en uiteindelijk huilend haar handen voor haar gezicht slaat!), lokt ze toch The Loop weer vol.

Wobbelbassen in The Nest

Deze eerste dag Dekmantel gaat het vooral om house en techno in meer smaakjes dan de gemiddelde ijssalon aanbiedt. Maar The Nest biedt ruimte aan andere genres. Al vroeg is het lachen bij queer New York-rapper Cakes da Killa (inclusief twerkende cowboy met kontloze broek). Grinniken ook bij Safety Trance en Toccororo. Want trance en baile funk, dat is op papier een onmogelijke combinatie, maar ze staan hier olie en water te mixen alsof het niks is (bonuspunten voor de Charli XCX-remix!). En dan Pangaea. Hij is één van de grote helden uit de Hessle Audio-clan, een label dat nogal toonaangevend is geweest in de avontuurlijke UK dance-hoek, en dat vorig jaar ook zijn derde album Changing Channels uitbracht. Een zeer UK-minded plaat, vol superspeelse dansvloerbommetjes waar het plezier vanaf spat, en precies die fun hoor je vandaag in zijn set. Van links tot rechts proberen mensen op de stellingen van de stage te klauteren, overal gelukzalige glimlachjes, het is kortom nogal een gezellige boel!

Identified Patient laat The Nest daarna pas echt uitpuilen, en da’s nog eens extra bijzonder als je bedenkt dat hij by far het avontuurlijkst draait van alle dj’s die nu aan het afsluiten zijn. Zes jaar geleden debuteerde de Amsterdammer op Dekmantel om vervolgens jaar na jaar gepromoveerd te worden met een betere spot op de line-up. In die jaren ging-ie vanuit stroperige, industriële muziek steeds avontuurlijker en bassier draaien, en zijn set vandaag is een duister dj-dollemansritje van loodzware halftime drum ’n bass tot breaks, van aardedonkere techno tot speedgarage. Steeds weer maakt-ie een haarspeldbocht, en al die dikke bassen klinken nog veel dikker op het handgebouwde geluidssysteem van Krackfree. Neem alleen al het laatste kwartier: vanuit jungle richting de abstracte idm van Autechre, richting een superstoere drum ’n bass-tune met een dubbreak waarin je plotseling volledig kunt gaan hangen, en dan weer uitkomen bij een dubstep-kraker die de maaginhoud in je buik laat klotsen. Over helden creëren gesproken… zou je je kunnen voorstellen dat een waaghals als Identified Patient zou uitgroeien tot mainstage-headliner? Geen enkel ander festival zou dat aandurven, maar op Dekmantel zou dat zomaar eens kunnen.