‘Geen één. Ik geloof daar niet in. De schoonheid zit er juist in dat je de verkeerde beslissingen neemt, en daardoor geforceerd wordt om te reflecteren: maar wat dan wél?’
Wat was zo’n moment voor jou?
‘Hmmm… er was niet één moment, maar ik kan terugkijken op een vrij lange carrière. Twan en ik waren 18 toen we onze eerste platendeal tekenden, dat is 20 jaar geleden. Er zijn genoeg momenten geweest waarop ik terugkijk en denk: dat zou ik nóóit meer zo doen. Maar ik snap wel waarom dat jongetje dat ik was zo handelde, ik was op zoek naar erkenning. Ik heb ook weleens gedacht: als ik al die tijd muziek had gemaakt en niks had uitgebracht, dan was ik gedebuteerd met veel beter en volwassener materiaal. Maar ik zou het niet terugnemen. Mensen die naar de muziek van Twan en mij luisteren, die zijn met ons meegegroeid.’
Je hebt net een The Opposites-tour achter de rug, het lijkt me dat je je soms helemaal niet herkent in de persoon die dat oude materiaal schreef: best wel lomp, op zoek naar erkenning. De muziek die je nu maakt is zo’n beetje het tegenovergestelde daarvan. Hoe is het om dat materiaal te spelen?
‘Nou ja, creatief gezien is het niet heel spannend. Het laatste The Opposites-album is alweer elf jaar geleden, hè. Het is echt wel zo dat ik soms op het podium sta en denk: nee joh, staan we nog steeds dit nummer te doen?! En aan de andere kant is een hele generatie ermee opgegroeid, is het een eer om er te staan en is een deel van mij ook gewoon nog steeds díé Willem. Maar er zijn ook wel dingen… de reden dat ik uiteindelijk albums als Man In Nood of Spuug van God heb gemaakt, ligt ook wel vast in die muziek.’
Spel het eens voor me uit.
‘Het gevoel van ergens niet thuis horen, ergens niet geaccepteerd te worden voor wie je bent. Dat de enige weg is om de erkenning op te eisen. Dat symboliseerden The Opposites voor mij, en ik denk dat een heleboel jongeren zich daarmee konden identificeren. Die eenzaamheid, je onbegrepen voelen door je omgeving. En ja, hoe lekker is het dan om juist daaruit je voeding te halen en lekker te knallen? Om, juist wanneer iedereen zegt: doe maar normaal, dat juist lekker NIET te doen? Er wordt zo van je verwacht te voldoen aan de norm. Terwijl de norm jou steeds zegt dat je er niet aan voldoet. Dus ja, dan kom je ertegen in opstand. Maar ja, ik kan ook wel zeggen dat ik een soort vijand buiten mezelf had gecreëerd die er niet was. En op zoek was naar erkenning buiten mezelf. Als je er heel wijs naar kijkt, ben jij de enige die jezelf die erkenning moet geven.'
Je hebt een theaterstuk gemaakt dat hierover ging. Je groeide op als bruin jongetje in een dorpje waar bijna iedereen wit was, je maakte discriminatie mee en internaliseerde het racisme. Als ik nu naar The Opposites luister, dan hoor ik óók die pijn, en het onderdrukken en het overschreeuwen. Als je het oude materiaal speelt, ben je dan ook wel eens... verdrietig voor die versie van Willem?
'Ja, ja, ja. En er was een tijd dat ik me verdrietig voelde als jongetje. Op een gegeven moment moet ik gedacht hebben: dit brengt mij niks. Dus ga ik het overschreeuwen. Nu kan ik beter stilstaan bij die pijn, maar ook een stukje heling geven aan de persoon die ik toen was. En nu is de muziek van Willem juist: niet overschreeuwen, niets groter maken dan het is, maar juist pijnlijk eerlijk zijn. “Dit is wat het is.” Mensen zeggen vaak dat dat een kwetsbaarheid is, maar ik zie het niet zo. Dit straalt voor mij de meeste kracht uit.’
'Vroeger sprak ik nooit over dit soort onderwerpen, omdat ik dacht: oh, dan maak je jezelf slachtoffer. Maar wanneer je iets ontkent maak je jezelf automatisch slachtoffer. Je laat je leiden door iets waardoor je je eigenlijk helemaal niet wilt laten leiden. Juist door het te bespreken ben ik niet meer het slachtoffer. Sterker nog: ik draag het niet meer bij me.’
Dat lijkt me een sterk gevoel.
'Ja! En ik krijg er nog steeds berichten over van mensen die zich in de muziek herkennen. Dat vind ik het bijzondere van muziek en het delen van zulke verhalen. Dat je mensen raakt. Dat het verbindt. Dat een blond jongetje met blauwe ogen uit Amsterdam ook kan zeggen: “Maar wacht eens even, dit gaat ook over mij. Het is groter dan ik, groter dan wat ik ooit had gedacht dat muziek zou kunnen zijn, en dat is óók iets heel moois.'