Pinkpop-headliner Robbie Williams is een showman, een entertainer. In de loop der jaren heeft hij een indrukwekkend eigen repertoire opgebouwd, maar ook een neusje voor veelzeggende covers. Ook zaterdag op Pinkpop speelt hij er vast een paar. Van George Michael tot Oasis, dit zijn tien covers en hun verhaal.

1. Barry Manilow - Could It Be Magic

Hij was het jonkie van de band: Robbie Williams was zestien toen Take That begon, klaar om zichzelf te bewijzen. ‘Ik dacht dat ik van school zou gaan en mijn gang daar verliet om toe te treden tot een nieuwe gang, de groep’, vertelde hij onlangs bij een concert in Keulen. ‘Maar dat gebeurde niet. Er was frictie. We waren vijf jongens die knokten voor hun positie in het leven. Ik had al snel door dat Gary Barlow alle liedjes zong en ik vroeg me af: wanneer ben ik aan de beurt?’ Die kans kwam met ‘Could It Be Magic’, oorspronkelijk een tamelijke soft liedje van Barry Manilow, al heeft Take That’s versie meer weg van de stoere disco-uitvoering van Donna Summer.

2. George Michael - Freedom

Terwijl Take That hit na hit scoort met mierzoete popsongs als ‘Babe’ en ‘Back for Good’ ontwikkelt Robbie zich tot de bad boy van de groep. Hij vergrijpt zich aan drugs (in 1994 gaat dat maar net goed op de avond voor de MTV Awards), wordt gefotografeerd met Oasis en lijkt te snakken naar een meer rock ’n roll bestaan. Een jaar later krijgt hij een ultimatum: of hij doet normaal mee, of hij rot maar op. Maar Robbie Williams heeft op dat moment al een spuughekel aan de leider van de groep, Gary Barlow. Hij geeft Take That de middelvinger en begint aan een solocarrière. Het eerste nummer dat hij uitbrengt is een symbolische bom: George Michael’s ‘Freedom’. Het is bepaald geen toevallige keuze, en dat zal de rest van zijn loopbaan zo blijven.

3. World Party - She’s The One

De Welshe muzikant Karl Wallinger keek raar op toen twee jaar na zijn eigen versie van ‘She’s The One’ ineens een best wel vergelijkbare cover van Robbie Williams verscheen. Wat was het geval: een van de leden uit zijn live-band was ene Guy Chambers, en die maakte een transfer als belangrijkste songwriting-partner van de voormalige Take That ster. Pikant: Chambers nam ‘She’s The One’ op met andere muzikanten uit World Party en maakte van Wallingers geflopte liedje een UK Number One. Lange tijd deed Wallinger lelijk over de zonder zijn toestemming uitgebrachte cover (en eerlijk: best begrijpelijk), maar een decennium later moest hij toegeven dat het met de hersenbloeding die hij in 2001 opliep toch wel erg aangenaam was dat de geldkraan bleef stromen.

4. The Clash - Should I Stay Or Should I Go?

In 1999 speelt Robbie Williams voor het eerst op Pinkpop, waar hij op de flyer staat naast fan-favorieten Skunk Anansie, Alanis Morissette en Faithless. Pinkpop is op dat moment een hardcore alternative festival, en ex-boy-band-leden zijn er bepaald geen normale boeking. Maar Robbie is óók alternative, probeert hij te bewijzen met een aanstekelijke set, waarin hij onder meer Blur’s ‘Song 2’ speelt. Hij pakt Pinkpop in met charme, zelfspot en harde grappen, en tegen het eind van zijn set durft hij het aan. Hij speelt een punk klassieker van The Clash en stelt zijn publiek zelfverzekerd de vraag: ‘Should I Stay Or Should I Go?’ Het antwoord is overweldigend: stay!

5. Queen - We Are The Champions

Maar Williams is nou ook weer niet 100% een alto, natuurlijk. Hij is óók iemand die in het oeuvre van een ander kan kruipen. Dat blijkt wel als hij in 2001 een nieuwe versie opneemt van Queen-klassieker ‘We Are The Champions’… met de leden van Queen zelf. Freddie Mercury is al een paar jaar dood, en de overgebleven leden zijn op zoek naar een manier om het onmogelijke te doen: een doorstart zonder de iconische frontman. Dan moet je van heel goede huize komen. George Michael werd een tijdje genoemd, en Brian May schijnt Robbie Williams toch ook serieus overwogen te hebben, aldus Robbie zelf een paar jaar later. Hij vond het zelf veel te grote schoenen om te vullen. Uiteindelijk vond Queen een definitieve frontman in Adam Lambert.

6. Frank & Nancy Sinatra - Something Stupid

De ultieme rock ’n roll fuck you? Dat was gek genoeg een album waarvoor huisvrouwen massaal naar de winkel renden: Swing When You’re Winning, een album vol crooner-covers. Zo’n plaat uitbrengen terwijl je een paar jaar daarvoor nog probeert te bewijzen dat je een bad boy bent, dat is het ultieme signaal dat je vanaf nu alleen nog maar doet waar je zelf zin in hebt. Grootste hits van de plaat zijn ‘Mr Bojangles’ en het duet dat Frank Sinatra ooit met zijn dochter opnam, ‘Something Stupid’. Williams zingt het samen met een opmerkelijk gast, actrice Nicole Kidman, die op dat moment dankzij Stanley Kubrick’s Eyes Wide Shut op de top van haar roem is.

7. Manu Chao - Bongo Bong / Je Ne T’aime Plus

Robbie Williams’ zevende album Rudebox is een ratjetoe aan heel en half geleende liedjes. Hij werkt erop samen met The Pet Shop Boys (twee nummers zelfs), covert 80s acts The Human League en Stephen Duffy, interpoleert een nummer van dubreggae-giganten Sky & Robbie. En dan is er nog een dubbele cover van Manu Chao. De Frans-Spaanse zanger was op dat moment niet uit de platenzaken weg te slaan, opmerkelijk voor iemand die Spaanse volksmuziek, punk, rockabilly en sampling samenbracht, en nog met een politieke boodschap ook. Zijn solodebuut Clandestino was een onwaarschijnlijke hit, en het hart van die plaat zijn twee liedje die elkaar naadloos opvolgen: ‘Bongo Bong’ en ‘Je Ne T’aime Plus’. Robbie Williams leent ze allebei, waarbij hij de oorspronkelijke vibe opvallend overeind houdt.

8. Chris Kenner - Land Of 1000 Dances

Let Me Entertain You, dat is toch uiteindelijk de basis van Robbie Williams' carrière. Of het nou met ad remme grapjes is, met sentimentele muziek of hier en daar een slim choreografietje: er moet een dikke glimlach op die gezichten. In Robbie’s nieuwe set zit een befaamde ode aan de dans rages van de jaren zestig, oorspronkelijk uitgebracht door Chris Kenner, maar groot gemaakt door Wilson Pickett en later Tina Turner. Ze komen allemaal langs, de mashed potato, de alligator, de twist en de Watusi. Een fraaie herinnering dat ook voor het TikTok tijdperk dansjes al viraal gingen.

9. Oasis - Don’t Look Back In Anger

Zoals gezegd: lang, lang geleden speelde Robbie Williams ‘Song 2’ van Blur tijdens zijn show op Pinkpop. Wat is het toch een allemansvriend, want in zijn huidige tour speelt hij deze inhaak-evergreen van Oasis. Hij houdt er doorgaans een verhaaltje bij over het losbreken uit de dwangbuis van Take That. In een interview vertelde hij onlangs dankbaar te zijn Oasis van dichtbij meegemaakt te hebben. Hij loofde het onwaarschijnlijke hedonisme, de ‘let’s go to 11’-mentaliteit, de competitieve aard van de broers. Maar, zo rakelde hij ook op: ‘Het waren ook pestkoppen, en dat vond ik echt niet ok.’

10. Slade - Merry Xmas Everybody (met Jamie Cullum)

En we eindigen met de meest corny cover van allemaal. Want cheese, daar is Robbie Williams ook niet bang voor. De energie voor echt goede eigen liedjes lijkt wel een beetje op te zijn bij de Engelsman. Vorig jaar verscheen een verzameling met nieuwe opnames van oude hits, en in 2020 ging ie al eens full Dickens met een kerstplaat. Grappend en grollend verscheen ie onder de kerstboom op de nationale televisie. Meest succesvolle nummer van die kerstplaat is dit campy duet met ideale schoonzoon Jamie Cullum. Samen gieten ze de glamrock kerstklassieker van Slade in een croonerjasje.