Ben Howard is altijd al een raadselachtige folk-songwriter geweest. Hoor je even een tijdje niks van ‘em, duikt-ie opeens weer op met een nieuwe plaat. En telkens lijkt hij dan een hele metamorfose te zijn ondergaan. Op Every Kingdom begon hij ooit met pure folk, voor I Forget What We Were klonk hij plots een stuk urgenter, Noonday Dream was een rokerige ambient-droom en Collections from the Whiteout stond vol met gefragmenteerde synths en tapeloops. Al die tijd leek hij behoedzaam toe te werken naar een volmondig elektronica-geluid.
Op z’n nieuwste plaat Is It?, die vorige maand nog uitkwam, geeft-ie zich er eindelijk aan over. Bevrijdend, lijkt die transformatie voor Ben Howard. Daar speelt hij dan ook de meeste liedjes van tijdens zijn set. Het is best dapper dat de Britse songwriter zo vooruit durft te streven op het grote podium van de Hotot. De grootste hits van z’n debuutalbum slaat hij over. Naja, hij speelt maar één zomerse festivalmeezinger: ‘The Fear’. Dat liedje is dan natuurlijk gelijk publieksfavoriet. Ook bij de liedjes van z’n tweede album I Forget Where We Were smelt iedereen zichtbaar weg.
Verder houdt-ie het dus vooral bij zijn nieuwe werk. En dat werkt prima: als het publiek een nieuw track niet kent, is die tenminste wel dansbaar. Een prachtig moment is als hij ‘Walking Backwards’ speelt. Die avontuurlijke indietronica-tune (in de hoek van Westerman) is superdansbaar door dat funky 80s drumcomputertje. Maar toch ook zoals vanouds heel reflecterend: ‘Some days I'm walking backwards / truth be told I don't mind’, zingt-ie rustgevend. Zijn pluk-de-dag-mentaliteit laat iedereen totaal verdwalen in het moment. Het is een mooi begin van de laatste festivalavond. Bovendien is het schitterend om te horen hoe al zijn verschillende werken zó perfect in elkaar overvloeien.