Een gezonde fascinatie met de dood inspireerde het vierde album van alt-J, The Dream. Aangewakkerd door de pandemie, een instabiele gezondheid en truecrime podcasts. ‘Ik heb altijd al dit rauwe besef gehad van mijn sterfelijkheid.’

Van verdrinkingstechnieken tot schietpartijen, van een lichaam dat uit elkaar knalt door een landmijn tot necrofilie: de dood speelde altijd al een rol in de morbide liedjes van alt-J. Sinds debuutplaat An Awesome Wave wikkelt het Britse trio gruwelijke verhalen in dromerige melodieën en nasale vocalen. Een geluid zo eigenzinnig dat het een meme werd, maar ook het geluid waarmee alt-J al al tien jaar lang ‘s werelds grootste festivalpodia betreedt. Aankomende zomer zijn ze voor de tweede keer headliner op Best Kept Secret en ze namen al eens plaats in de Alpha op Lowlands. 

Die donkere rand bij het drietal was nog nooit zo dik als op het vandaag verschenen vierde album The Dream, dat geschreven werd aan het begin van de pandemie.  ‘We waren ons altijd al bewust van onze sterfelijkheid’, legt drummer Thom Green via Zoom uit. ‘Maar door de pandemie dubbel zo erg. We konden er gewoon niet omheen omdat je de hele dag door negatieve nieuwsberichten hoort over sterftecijfers.’ De dood tekende het maakproces en vertolkt daarmee de hoofdrol van de plaat, vertelt hij. 

Bewust sterfelijk

In Thom zijn persoonlijke leven speelde de dood altijd al een grote rol, vertelt hij: op zijn tiende werd bij hem het Alport Syndroom vastgesteld. Een zeldzame aandoening waarbij zijn nier het begaf en hij zijn gehoor bijna volledig verloor. In zijn studententijd kreeg Green een niertransplantatie en sindsdien slikt hij medicijnen om zijn immuunsysteem laag te houden zodat zijn lichaam die nieuwe nier niet afstoot. ‘Het is een interessant onderwerp: existentialisme en de dood. Ik zie het niet als iets lugubers, voor mij is het er gewoon altijd al geweest. Soms is het stressvol, dat besef. Als ik niet goed in mijn vel zit, moet ik niet om vier uur ‘s nachts gaan lopen piekeren over mijn sterfelijkheid.’

Tijdens de pandemie was er opeens nóg meer ruimte om na te denken. Door zijn aandoening en medicatie behoort Thom tot een risicogroep. ‘Het zat altijd al in in mij om veel na te denken, en nu ging ik opeens nóg meer piekeren over mijn gezondheid, maar niet op een gezonde manier. Ik moet heel veel bloedtesten doen en die uitslag ga ik dan compleet overanalyseren. Daarnaast mag ik ook maar heel weinig zout eten. Heel erg irritant, want ik hou van chips. En als ik dan één chipje eet, denk ik meteen: voel ik nou mijn hart?! Terwijl ik gewoon gezond leef: ik slik medicatie, ik drink niet, ik rook niet, ik doe geen drugs, ik sport. Maar ik raakte geobsedeerd met mijn gezondheid.’ 

De Dove Drummer

Naast zijn nierfalen en verminderde gezondheid heeft de drummer slechts een gehoor van twintig procent. Je zou zeggen: huh? Een dove drummer?! Maar voor Thom is het geen probleem. ‘Het voordeel aan drummen is dat ik het niet hoef te horen, het gaat allemaal om hoe het voelt. Ik weet geeneens hoe ik een drumstel moet stemmen. Bij optredens heb ik het volume op mijn oortjes veel hoger staan dan de rest van de band.’ Daarnaast heeft Thom een extra apparaatje dat vast zit aan zijn rug, waardoor hij de trillingen van de muziek kan voelen in zijn lichaam. 

Muziek maken en optreden gaat dus eigenlijk prima. Het zijn vooral mensen en stemmen waar hij moeite mee heeft. En dan is dat videobellen zo gek nog niet. ‘Als dit interview in het echt was geweest, had ik heel ongemakkelijk vlakbij je moeten zitten en je recht aan moeten kijken’, lacht Green. ‘Nu zet ik het volume gewoon heel hoog en mijn laptop recht tegenover me.’ Hij haalt zijn gehoorapparaat uit zijn oor en houdt het voor de camera. ‘Kijk, dit draag ik elke dag. En ik kan het omgevingsgeluid uitzetten, best handig als ik mensen niet wil horen.’

The Dream

Thom is niet de enige van de band bij wie de dood akelig dichtbij kwam. Frontman Joe Newman ervaarde in zijn tienerjaren een traumatische gebeurtenis waarbij de zus van een vriend werd vermoord, vertelde hij in The Guardian. Dat trauma draagt hij tot op de dag van vandaag met zich mee, en het leidde tot een fascinatie voor lugubere verhalen zoals truecrime podcasts. De grimmige verhalen over bizarre moorden, getikte psychopaten en uit elkaar gereten slachtoffers waren een inspiratiebron voor The Dream, en dat hoor je terug in de duistere teksten. Zo snijdt op ‘Happier When You’re Gone’ een vrouw bij haar man de keel door en in ‘Losing My Mind’ nemen we een kijkje in het hoofd van een seriemoordenaar. 

Dat soort bloederige verhalen gaat je niet in de koude kleren zitten, maar het zijn ook juist dit soort verhalen waardoor de dood ver weg lijkt. Het wordt precies dat: een verhaal, een sensatie. Slechts een enkele keer worden rouw en verdriet persoonlijk aangestipt op The Dream, maar dat is ook meteen het hoogtepunt van de plaat. Op de ingetogen single ‘Get Better’ bezingt Newman het verlies van een dierbare. Hij nog altijd diens pot Nutella. ‘I still pretend you're only out of sight / In another room, smiling at your phone.’ Het is een intiem liedje waar de gebruikelijke alt-J-elektronica achterwege wordt gelaten en plaatsmaakt voor een teder gitaartokkeltje en meerstemmig refreintje. De zanger schreef dat refreintje jaren eerder al voor zijn vriendin die last had van menstruatiekrampen. ‘Get better my darling, I know you will’. Voor het album schreef Newman het liedje af en hing hij er in het kader van de pandemie een andere betekenis aan. Toen Newman het aan zijn bandgenoten liet horen, moesten ze huilen. ‘Het nummer is zwaar beïnvloed door de pandemie. Gelukkig heeft niemand van ons iemand verloren aan covid. Maar het is een verhaal over de dood, verlies, rouw en het verdriet dat daar bij komt kijken’, vertelt Green. ‘Ik moest er aan wennen, want het is zo anders dan de rest van het album, maar nu vind ik het prachtig.’