Je staat te dansen op een warm en tropisch feest aan het water. Iedereen laat zijn lichaam meevoeren door het ritme van de vrolijke muziek. De zon schijnt, de glazen klinken, de mensen lachen en de avond vordert. Langzaam kleurt de lucht donkerblauw en alles om je heen oranje en rood. De zon schuilt inmiddels verlegen achter de horizon en de sterren durven zichzelf te laten zien. Al het licht ebt weg en het donker slaat zijn slag.
Trots is de fel witte maan in de donkerzwarte hemel te zien. De setting is veranderd, de sfeer is anders en de menigte past zich aan. En de muziek volgt: het enerverende en expressieve laat zich vervangen door duister, intens en dromerig. De tijd lijkt even stil te staan. Het is een magische cyclus, die overgang van licht naar donker, en weer van donker naar licht.
Wat is eigenlijk mooier, zonsopkomst of -ondergang? Aan het einde van de nacht, het begin van de ochtend, komt de zon weer op. Het feest is voorbij en het normale leven begint weer. Die nacht waarvan je dacht dat die nooit zou eindigen, ligt inmiddels alweer achter je. Konden we de tijd maar écht even stilzetten, zodat we voor eeuwig jong konden blijven en de dans van de dood zouden ontspringen. Helaas is leven en dood, net als licht en donker, een cyclus die altijd rond zal blijven gaan.
We hebben misschien geen controle over de tijd, maar gelukkig is er nog altijd muziek die ons het gevoel van eeuwige jeugdigheid kan geven. Zo’n album waarbij je je waant in het eindeloze Neverland, waar je voor altijd zorgeloos, jong en onbezonnen kan blijven. Zo’n plaat als Caravelle. Op dit debuutalbum van Polo & Pan deed tijd er even niet toe en namen ze je mee op een zonnige zomerreis over de hele wereld. Na vier jaar kwam er dan toch een einde aan de tocht, en startte de Fransen een nieuwe reis. In plaats van de confrontatie met het ouder worden te vermijden, omarmt het duo de tijd op hun nieuwe album. De realiteit wordt onder ogen gezien, want de klok tikt door, of je het nou wilt of niet. Het album geeft de cyclus van het leven weer, de overgang van jong naar oud. Zo word je op Cyclorama dit keer niet alleen meegenomen op wereld-, maar ook op tijdreis.
Een cyclorama is een panoramisch beeld dat zich in een boog om je heen vormt. Als je in het midden staat, kun je 360 graden om je heen kijken. Leuk, maar wat heeft dit met het album te maken? Paul Armand-Delille (Polo) vertelt: ‘We hebben in onze liveshows een reusachtig scherm achter ons, wat een soort bewegende en levende cyclorama-achtige opstelling is. Daarnaast zochten we gewoon naar iets dat het woord “cyclus” in zich heeft.’
De plaat opent met de beat van een kloppend hart. Deze openingstrack is gemaakt voor de geboorte van Alex’ zoon: ‘Côme’. Het lieve en betoverende nummer staat voor nieuw leven, het begin van de cyclus. Hierna volgt het vrolijke en dansbare 'Ani Kuni', een eerbetoon dient aan het favoriete slaapliedje van zowel Paul Armand-Delille als Alexandre Grynszpan (Pan).
Niets is zo onschuldig als een pasgeboren kind, en zo ook het begin van deze plaat. Het begint zo opgewekt en vreugdig als we van Polo & Pan gewend zijn, maar al gauw laat de maan zich zien met nummers als ‘Requiem’, ‘Artemis’ en ‘Oasis’. Deze duistere en sinistere tracks staan voor de afloop van het ó zo leuke, maar toch niet eindeloze leven. Na de dood is de cirkel rond met weer nieuw leven. De plaat eindigt namelijk met nog een slaapliedje, het magische en kinderlijke ‘Peter Pan’. ‘Het begin klinkt heel erg als het einde en zo gaat het album, net als het leven, in volle cyclus.’
Vergeleken met de vorige plaat, die vol zat met speelse en vrolijke liedjes, is deze plaat dus een stuk donkerder dan we van Polo & Pan gewend zijn. ‘Het eerste album was meer naïef en extreem positief. Deze plaat is wat minder zonnig, het zijn meer maanliedjes geworden.’ Ondanks het nieuwe duistere randje weet het duo door alle nummers heen nog altijd hun unieke en wereldlijke sound te behouden. Ze halen invloeden uit veel verschillende plekken en landen, zoals Zuid-Amerika op de eerste plaat (denk aan ‘Kirghiz’ en ‘Mexicali’) en het Midden-Oosten op deze (‘Oasis’, ‘Jiminy’ en ‘Bilboquet’). De meeste inspiratie komt voort uit nostalgie en herinneringen aan vroeger, maar ook uit films, verhalen, boeken, liedjes en samples. Het duo is voortdurend aan het experimenteren met bijzondere instrumenten, veel verschillende muzikanten en nieuwe thema’s. ‘Het enige dat alles verenigt is de productietechniek en misschien wat typische geluiden. Voor de rest zijn we volledig vrij om te gaan en staan waar we willen.’