Het duurde effe, maar eindelijk heeft Bicep het vervolg uitgebracht op dat monumentale debuut, een dance-album vol hits met stadionproporties. Des te opvallender dat ze op Isles flink terugschakelen naar ingetogen luisterelektronica. ‘Of we nerveus waren na ‘Glue’? Dit hele album schrijven was verschrikkelijk.’

Zelden scoort een dance-act zo’n kneiter van een hit, een tune die zelfs de meest clubvreemde mensen aan het Shazammen krijgt in de H&M. Maar verdomd, Bicep flikte het. In 2017 bleek ‘Glue’ een monumentale cross-overhit die overal op z’n plek bleek, vanuit de stoel bij de Kinki Kappers tot aan Dekmantels mainstage. Net als Moderat je reinste emohouse, op het grensvlak van euforie en dansen met een traantje in je ooghoek. ‘Ik kan sowieso niks met blije muziek,’ grapt Andy Ferguson. Zijn wederhelft Matt McBriar grinnikt. ‘Dat is dat Ierse, hè.’ Andy: ‘Het maken is nog verschrikkelijker, al helemaal wanneer je extreem kritisch bent en je het te vaak terugluistert, dan krijg je vanzelf een rothumeur. Ik dacht laatst nog: hoe heeft Pharell óóit ‘Happy’ kunnen schrijven? Dat moet toch één grote grap zijn?”

Schaduw
Na samen opgegroeid te zijn in het Ierse Belfast zijn Ferguson en McBriar volledig op elkaar ingespeeld. Ze vullen elkaar aan waar nodig, hebben grappige een-tweetjes. Het zijn relaxte gasten, maar toen ze het album maakten speelden de zenuwen op. ‘Het hele album schrijven was verschrikkelijk,’ gniffelt McBriar. Ferguson: ‘We hadden niet verwacht dat we het tweede-album-syndroom zouden krijgen, maar toch gebeurde dat, toen we anderen naar de demo’s lieten luisteren. Dan zeiden ze: ‘Dit klinkt niet als 'Glue'.’ Toen begonnen we overal vraagtekens achter te plaatsen. Zo’n hit werpt een schaduw over wat je daarna maakt ja, maar we wilden niet dezelfde track blijven maken. Uiteindelijk probeert niets op dit album ‘Glue’ te zijn.’

Grootse melodie
Toch staan er een paar hits op. Neem ‘Atlas’, dat meteen in de prijzen viel als DJ Mag’s track van het jaar, te danken aan die grootse melodie. ‘We proberen al jaren zoiets te schrijven op de modulaire synth,’ zegt McBriar, ‘maar die pogingen eindigden altijd met loop-y techno. ‘Atlas’ was de eerste keer dat we de modular muzikaal lieten klinken. Het is zo’n moeilijk beest om te temmen: afhankelijk van hoe je de modules hebt ingesteld, is het iedere keer compleet anders. Die melodie zouden we nooit meer kunnen maken.’

‘Atlas’ doet precies wat je wil van een nieuwe Bicep-hit: op festivalweides misstaat het niet, en tegelijkertijd is het poppy koptelefoonelektronica. Toch neigt de rest van het nieuwe album Isles vooral naar die laatste categorie. ‘We wilden graag een home listening-album maken,’ legt McBriar uit. ‘Juist omdat we in ons hoofd zaten met de vraag: hoe gaan we dit vertalen naar een liveshow? We besloten dat we de plaat ingetogen wilden houden, zodat we het kunnen oppompen en uitbouwen voor de show. Dat idee ontstond al vóór de pandemie. Gelukkig hebben we geen clubplaat gemaakt net nu niemand de club in kan.’ Andy: ‘We maken al acht of negen jaar clubmuziek. Op een gegeven moment moet je de club voorbij en iets nieuws uitproberen.’

Dit artikel is geschreven aan de hand van de 3voor12 Radio-special met Sagid Carter. Luister hieronder het hele uur aan radio terug.

Bicep

Discografie

2010 - 2018 - onwijs veel EPs, waaronder Just en Glue
2017 - Bicep
2021 - Isles

Van bloggers naar hitbouwers

In 2009 waren Ferguson en McBriar hun populaire blog Feel My Bicep begonnen, een artefact uit een tijd dat Discogs nog maar net bestond en Raad De Plaat-groepen non-existent waren. Ze postten tracks die nergens anders te vinden waren – houseplaten, quirky nu-disco – en bouwden al snel een reputatie op als cratediggers. ‘Night Flight van The Revenge was dé soundtrack van die tijd,’ zegt Matt verlekkerd. ‘Vijf minuten lang bouwt-ie naar een vocal toe, en dan: BANG! OH MY GOD!’ Hij schreeuwt een beetje. ‘Die track heeft ons veel geleerd over spanning opbouwen en ontlading. Dat hele tijdperk van The Revenge-edits, nu-disco en het vroege spul van Floating Points – weet je nog, ‘Love Me Like This’ – al die edits hebben ons veel geleerd. We draaiden veel trage muziek en disco, dus zelf maakten we ook vooral edits. Functionele muziek voor dj-sets, meer was het niet.’

Een tijdlang flirtten ze ook met nineties house. ‘Vooral omdat we geen geld hadden voor de synths die we wilden hebben,’ zegt Matt. ‘Bij nineties house komen er geen complexe structuren aan te pas. Het was een goeie les in leren mixen, in verschillende lagen en vocalsbij elkaar brengen, en werken met samples, maar we waren in het publieke oog aan het leren. Achteraf zou ik het niet hebben uitgebracht.’ Er was zelfs een album in de maak. Dat het nooit is uitgekomen, is te wijten aan een verloren harddrive. ‘Als dat niet was gebeurt hadden we tien jaar geleden waarschijnlijk een matig nineties house-album uitgebracht.’ Andy giechelt. ‘Een solide twee van de vijf sterren.’ Matt: ‘We zouden zo kapot zijn gemaakt dat we geen tweede album uit hadden durven brengen.’

‘In die tijd was alles wat we deden heel uitgekookt. We hadden een palet aan technieken, dat we steeds toepasten. Vanaf ‘Just’, in 2015, werd alles anders. De melodieën maakten we niet meer in de computer, maar vanuit het toetsenbord. De vocal die je hoort is niet van een take, maar van tussen twee takes door. We hadden de vocalist, Sophie, gevraagd of ze iets kon herhalen en ze zei: ‘Sure, I’ll do it just the same.’ Dat hoor je op de track. Het was de eerste keer dat we niet alles kapot analyseerden, het klikte opeens. Het klonk als niets anders dat toen uit was. We dachten: dit kan heel goed, of heel slecht uitpakken.’ ‘Just’ werd een flinke clubkraker, de opmaat naar ‘Glue’.

Bicep in de Bravo op Lowlands 2018

Bicep in de Bravo op Lowlands 2018

Samples stelen

Juist vanwege die clubkrakers is het des te verrassender hoe ingetogen Isles eigenlijk is. Neem nou ‘Lido’, een van hun eigen favoriete tracks van het album. ‘Die  is dus wél begonnen als clubtrack, maar op een gegeven moment zaten we negen lagen piano in. Toen dachten we: dan maar de drums eruit, dan kun je tenminste alle details horen.' Als Isles kon praten, zou het zeggen: “Slaap lekker, ik ga pitten.” Matt grinnikt. ‘Ik denk eerder dat het zou fluisteren,’ grapt Andy. ‘Een aangehouden noot, drie minuten lang. Of een koor nonnen, dat gewoon hmmmmmmmmm aanhoudt. Ja, dat is ‘m. Voel je de vibraties?’

Goed, er staat géén nonnenkoor, maar wel een ander koor op Isles: het Bulgaarse staatskoor. Andy: ‘Dat is ook mijn favoriete sample. Het zijn net menselijke synthesizers, de manier waarop ze harmonieën weten te creëren met hun stem. We hebben al vaker koorzang gesampeld, maar het was het altijd net-niet. Als we sample’en willen we ergens niet gewoon een beat overheen knallen en klaar, we willen het opknippen en het ons eigen maken.’

Tegelijkertijd vinden ze dat samples gebruiken ook een bepaalde verantwoordelijkheid met zich mee brengt. ‘Het is best magisch dat je een vijftig jaar oude plaat nieuw leven kan inblazen. Samples gebruiken is een kunstvorm op zich, maar er moet beter over gepraat worden,’ stelt Matt. Uit ongemak over de samplecultuur in dance hebben ze daarom een website opgezet, waarop je alle samples kunt terugvinden die ze op het album hebben gebruikt. Daarmee willen ze het gesprek over culturele appropriatie in de dancecultuur verder aanwakkeren. ‘Vaak stelen producers samples zonder te zeggen waar ze oorspronkelijk vandaan komen,’ zegt Matt. ‘Of nog erger: ze kopen de sample en doen alsof het hun eigendom is. Dat is pure diefstal, zeker als het andermans idee of cultuur is. Te veel ideeën op het album zijn opgedaan in Oost-Londen, waar we wonen. Dat stadsdeel is zo cultureel divers, de ideeën komen van alle kanten op je af. Dat wilden we allemaal meenemen, want het is deel van onze leefomgeving, onze ervaring. Maar we konden niet doen alsof het allemaal van ons is. Dat is gewoon niet zo. Al die invloeden komen toch ergens vandaan. We willen mensen vooral een duwtje in de juiste richting geven. Dat is uiteindelijk waarom we met dit alles begonnen zijn, met de blog, in 2009. Het gaat altijd om het delen van muziek.’