Als één van de spannendste live techno-acts van het moment zet Giant Swan aan tot zweterige dansvloeren en uitzinnige dansers die volledig uit hun plaat gaan. Het afgelopen jaar waren ze aanwezig bij een handjevol clubs en festivals, aankomende week komt hun titelloze debuut uit.

‘De vorige keer dat we in Amsterdam waren, stonden er een heleboel mensen manisch hun middelvinger naar ons op te steken.’ Aldus Robin Wright, helft van Giant Swan. ’Zo van: “FUCK YOU! YEAH! DIT IS SICK!” De hele tijd. Echt een techno-dingetje,’ zegt hij, voordat hij zijn gezicht vertrekt in een grimas, een imitatie van de hard boys vooraan. Zeg maar, techno viking, maar dan met een hogere hooligan-factor. Ja, de sets van Robin Stewart en Harry Wright maken nogal wat los bij mensen. Met name een heleboel naaktheid, maar ook vooral een primitieve reactie. Met hun hardware set-up, waarin ze hun gruizige en rauwe elektronica manipuleren met de uitrusting van een stel shoegaze gitaristen, is het duo – bestaande uit Robin Stewart en Harry Wright – één van de meest opwindende live-techno acts van het moment. Het type dat in één uur met 130km/u over je heen dendert alsof jij het stukje rails bent dat hun goederentrein naar de staalfabriek transporteert. En dat heeft dus z’n effect op mensen.

‘Ah, ja… Er is vooral heel veel naaktheid bij onze shows. Als mensen zomaar hun alles geven, daarvan wil je je toch helemaal laten gaan? Alles vergeten? Vergeten dat je ouders hebt,’ verzucht Robin. ‘En de dood,’ vult Harry aan. ‘Dat is het wel, hè? Anti-doodsmuziek.’ Robin kijkt hem even ernstig aan.
‘Ja,’ knikt Harry.
‘…Tja.'
Iemand heeft een keer een bierblikje op mijn hoofd ingedrukt,’ zegt Robin.
‘Haha. Dat was ik.’
‘Oh ja,’ grijnst Robin.
‘En iemand heeft een keer het geluid uitgezet,’ grinnikt Harry. ‘Ze vonden het niet zo leuk, denk ik.'
‘Ik denk dat we dat daaruit kunnen opmaken dat ze het niet leuk vonden.’
‘Het gekste dat er bij onze shows gebeurt is waarschijnlijk gewoon dat mensen ervan genieten. Een bloody good time hebben,’ zegt Harry met een uitgestreken gezicht.
Robin proest het uit. ‘Pfffff. Haha! Daar heb je je onderkop!’

2015 Giant Swan EP
2017 Celebrate The Last 30 Years Of Human Ego / IFTLOYL
2018 High Waisted
2018 Whities 016
2019 Giant Swan

Giant Swan dus, een technoband met noise- en drone-invloeden, maar waarin je ook gewoon kneiterharde industrial en de invloeden van postpunk terug kunt horen. Afgelopen jaar zagen we ze al voorbij zagen komen op zowel Rewire als Best Kept Secret, de School en dus vanavond in TivoliVredenburg. Robin is degene met de kale coupe, Harry heeft een volle bos lange lokken, maar let even niet op het uiterlijk en je zou haast zeggen dat het tweelingbroers zijn, zo erg zijn ze op elkaar ingespeeld. Niet alleen achter hun gigantische set-up vol machines, maar ook terwijl ze zij-aan-zij aan hun theetje zitten te nippen. Komt de een eventjes niet uit z’n Simpsons referentie (‘je weet wel, als ze die steen vastmaken aan de, eh, de steen van…’) dan geeft de ander hem een zetje in de goeie richting, dan zit je zo weer verstrikt in een kluwen inside-jokes en ben je getuige van de ironische schattigheid waarmee ze hun liefde aan elkaar verklaren. Dat ze elkaar goed kennen is een understatement. Het duo is dan ook zo ongeveer samen opgegroeid in Bristol, en ook voordat Giant Swan überhaupt een ding werd tourden ze al jarenlang samen in indieband The Naturals.  

Giant Swan was eigenlijk altijd een zijproject, ontstaan uit Robin’s fascinatie voor dronemuziek, maar ondertussen is het zeker wel Giant Swan waarmee ze de meeste kilometers afleggen. Internationaal, en ook met releases op indrukwekkende labels als Whities, Mannequin en natuurlijk Batu’s coole label Timedance. Nu komt er ook een volledig album aan, dat ze zelf uitgeven op hun eigen label KECK. Daarop hoor je zowel dansvloeroorwurm ’55 Year Old Daughter’ – een track met een killer hook – als grauwe techno gemaakt voor de sets van Blawan – niet geheel onverwacht fan van hun tracks – en experimentelere uitspattingen in de dronemuziek. ‘Drone is en blijft deel van de grammatica van onze band.’ En ook hun achtergrond in de gitaarmuziek, die nemen ze overal mee naartoe. Niet alleen muzikaal, maar ook in de manier waarop ze nu omgaan met hun successen. ‘Die relatie met gitaarmuziek houdt ons ook met beide benen op de grond,’ zegt Harry. ‘We spelen ook vaak met verwende techno dj’s, en soms voelt het voor ons alsof zij het grotere plaatje een beetje uit het zicht verliezen. Zo’n bandjesachtergrond maakt je misschien wat nederiger. Bij je eerste gig krijg je misschien 40 pond en vier warme biertjes - sommige dj’s draaien hun eerste set voor een paar honderd mensen, 200 pond en zelfs een hotel. Niks mis mee, maar we hebben het geluk gehad om beide werelden mee te maken. En er zijn ondertussen genoeg mensen die die werelden met elkaar proberen te vermengen.’

IDLES, bijvoorbeeld. De technoband staat per slot van rekening gewoon in het voorprogramma van de Engelse band. Ja, echt, openen voor een rockband met een donderende technoset, zo rond het vallen van de avond. En dat in Alexandra Palace, Londen, een iconische plek om te spelen als band. Misschien lijkt de link vergezocht, maar afgezien van het feit dat beide bands uit Bristol komen, zijn ze oude vrienden. ‘We hebben nog met IDLES gespeeld, we deelden zes jaar lang een studioruimte met ze, ik heb de artwork van hun laatste album gedaan. Joe Talbot belde me gewoon op, of we voor ze wilde openen,’ zegt Stewart terwijl hij z’n schouders ophaalt. ‘Het heeft iets surrealistisch, maar we hebben het al eerder gedaan voor een andere band, en dat was geweldig. Het is fantastisch om hardware techno te spelen voor mensen die daar echt geen ruk om geven. Om ze iets te laten zien wat ze misschien nog niet eerder hebben gezien. Als ze er ook maar iets in zien dat ze kunnen waarderen, dan zijn ze welkom.’

Dat is iets waar Stewart en Wright nogal op toegespitst zijn: het idee dat muziek toegankelijk zou moeten zijn voor iedereen, los van purisme en elitaire houdingen. Niet voor niets houden ze de deuren open naar de indiewereld en is Harry groot fan van popmuziek van wereldsterren als Ariana Grande: ‘Een boel mensen zijn principieel tegen popmuziek, puur vanuit principes, maar het interessante aan popmuziek is juist dat je er zoveel mensen bij kan bereiken,’ zegt hij. Die open blik proberen ze ook door te voeren in de manier waarop ze zelf muziek maken. ‘De dansvloer democratiseren’, zo noemen ze het zelf, wat er op neerkomt dat ze het publiek – net als bij pop – willen betrekken in het process.

‘Je wilt dat het een vraag-en-antwoord ding is,’ legt Harry uit. ‘Als er geen interactie is, dan kan dat heel bevreemdend zijn voor het publiek. We willen juist dat er iets van een uitwisseling plaatsvindt tussen ons en het publiek, maar dan zonder, je weet wel -’
Robin: ‘IEDEREEN, PAK EEN TROMMEL!’
‘Haha, ja, dat dus,’ grinnikt Harry. ‘Bovendien: als je als muzikant gewoon een beetje aan je laptop zit te frunniken, en daar maar een beetje staat te staan, dan voelt het alsof -‘
‘Alsof je als publiek beter moet opletten, alsof het een lezing is,’ vult Robin aan.
‘Precies,’ zegt Harry, over de kracht van het voor lul staan op de dansvloer. ‘Als jij degene bent die volledig losgaat, of eruit ziet als de grootste idioot van de kamer, dan hebben mensen het idee dat ze dat ook gewoon kunnen doen.’

2 november staat Giant Swan in TivoliVredenburg. 8 november komt debuutalbum Giant Swan uit.