Afgelopen weekend cancelde Elle Bandita’s band DOOL last minute hun show op Appelpop. De reden: een gigantisch McDonalds logo boven het podium waarop ze geboekt stonden. Ook punkrockband VANT liet zich kritisch uit over de sponsoring. McDonalds is dan ook het schoolvoorbeeld van de gespannen verhoudingen tussen alternatieve popcultuur en oprukkende sponsors.

Met pek en veren werd McDonalds de muziekscene weer uit geschopt, twee jaar geleden. De hamburgerketen wilde zich graag populair maken bij millennials en meldde zich zoals zoveel merken op SXSW, het grote showcasefestival in Austin, Texas. Het idee: een gesponsord feestje met gratis burgers voor alle bezoekers. Voor bands opnieuw een mogelijkheid zichzelf te presenteren. Alleen vloog die hamburger als een boemerang terug in het gezicht van die freaky clown toen de indieband Ex Cops zich met een open brief uitsprak. Wat bleek: McDonalds had ‘helaas’ geen geld om de bands te betalen. Het werd een groot internet-schandaal, en uiteindelijk moest McDonalds bakzeil halen. Ergste nog: de McDonalds area op SXSW werd uiteindelijk de meest treurige plek van de hele stad. 

En toch is dat ergens wel gek, in een wereld waarin sponsors eerder regel dan uitzondering zijn. Grote merken als Chevrolet en Converse verbinden zich aan hippe media, net als muziekspelers als Spotify, Sonos en YouTube. McDonalds is niet de enige fastfood keten die zich met de muziek bemoeit: Taco Bell bijvoorbeeld had tien jaar terug zelfs een actie waarbij een paar bands hun hele Amerikaanse tour gratis taco’s mochten eten, dat alles om de late night service van de snackbar te promoten. Van grote bedrijven die geld uittrekken voor popcultuur kijkt niemand meer op, en door de teruglopende cd-verkopen staan steeds meer alternatieve acts daar voor open. Waar sponsoring in de jaren tachtig en negentig nog voorbehouden was aan de Michael Jacksons en Beyonce’s van deze wereld, vinden we het in het internettijdperk ook doodnormaal dat bands als Phoenix en Grizzly Bear hun rekeningen betalen door hun liedje in een reclame te laten gebruiken. 

Gebakken uitjes

En toch, McDonalds, daar moet niemand wat van hebben. Ryanne van Dorst van DOOL wil er niets over zeggen, maar haar manager zegt in dagblad De Gelderlander wel dit: ‘Sommige bedrijven passen niet in het gedachtegoed waar DOOL zowel als band en als persoonlijk voor staat.’ Waarvan akte. Best een begrijpelijk besluit ook bij een merk als McDonalds. Stel dat je halve band principieel veganist is, dan sta je daar toch een beetje ongemakkelijk onder zo’n grote M. ‘Per toeval kwamen we er vrijdag achter via foto's op Facebook dat ons podium door deze hamburgergigant werd gesponsord. Er is nog naar een oplossing gezocht samen met het festival, maar die was er helaas niet. Voor de fans is het inderdaad heel vervelend als je er ter plekke pas achterkomt.’

Een beetje gek is dat wel, vindt Ronald Keizer, manager van onder meer Jungle By Night en Gallowstreet. De laatste band speelde ook op Appelpop, maar dan op een ander podium, gesponsord door Go-Tan. ‘Gelukkig heeft ‘mijn band’ niets tegen gebakken uitjes. Als het een Dotan podium was geweest had ik ze er vast niet op gekregen’, grapt hij. ‘Maar serieus: het is moeilijke materie. Sponsoring is nodig voor festivals, omdat publieksinkomsten vaak gewoon niet genoeg zijn. Ik wil de manager van DOOL niet afvallen, maar als ik zo’n uitgesproken karakter zou vertegenwoordigen, zou ik dit soort dingen wel voorleggen. Informatie over sponsordeals rond podia vraag ik in principe altijd wel op. Hier is dat kennelijk niet gebeurd en is de band erdoor overvallen. De vraag is vervolgens wat je doet. Je kunt er ook voor kiezen op het podium een statement te maken.’

'Als het een Dotan podium was geweest had ik ze er vast niet op gekregen'

Commercieel, fout, niet credible

In hoeverre die scenario’s zich hebben afgespeeld bij DOOL weten we natuurlijk niet, wel is duidelijk dat McDonalds het schoolvoorbeeld is waar alternatieve muziek en de steeds grotere rol van sponsoring met elkaar wringen. Vrijwel iedere artiest heeft er wel iets mee te maken, waarbij iedereen zijn eigen keuzes maakt. Die keuzes verschillen vaak ook per muziekscene. In de hiphopwereld is het doodnormaal je te verbinden aan een merk, terwijl indiebands daar vaak ambivalenter tegenover staan. Kledingsponsors komen vaker voor, net als kortingen op instrumenten. Veel muzikanten hebben daar ook zo hun eigen principes: alleen als het gaat om een instrument dat je sowieso zou willen bespelen. Keizer: ‘Maar Gibson bijvoorbeeld is nu vrij actief bezig muzikanten over te halen een tijdlang op hun gitaren te spelen.’

Je kunt McDonalds als merk natuurlijk niet zomaar vergelijken met een gitaar- of kledingmerk. Sterker nog: McDonalds staat in tal van opzichten lijnrecht tegenover popcultuur, zeker tegenover de underground. Het bedrijf heeft een ongezond imago, maar ook een imago van uitbuiting van personeel, van wegwerpcultuur en anti-duurzaamheid. ’McDonalds is commercieel, fout, niet credible, het staat voor plat vermaak’ aldus Benny Rodrigues, de Rotterdamse dj die een wel heel verrassende band met de hamburgerketen heeft. Hij draaide twee jaar geleden bij nota bene de heropening van de McDonalds op de Coolsingel in Rotterdam. ‘Toen ik die boeking aannam wist ik al dat de opmerkingen zouden komen, en dat was ook zo. Maar in principe wil ik open staan voor iedereen die met mij wil werken. Belangrijkste vraag is voor mij altijd of ik muzikaal mijn ding kan doen.’

Natuurlijk heeft ook Rodrigues getwijfeld, zoals ie dat wel vaker doet bij dit soort dingen. ‘Maar voor mij is McDonalds ‘gewoon’ een commercieel merk zoals er zoveel zijn. Ik las laatst een verhaal over de eigenaar van Red Bull, die Trump-sympathisant zou zijn. Maar vervolgens lees ik alweer een veel diepgaander stuk waarin dat weer wat genuanceerd wordt. Het is soms moeilijk om dat soort dingen goed in te schatten. Voor mij is een belangrijke grens bij dit soort dingen niet te liegen. Ik ga geen wodka Red Bull drinken in een promotiefilmpje, want ik drink geen van beide.’

Waar bij DOOL principes de doorslag gaven, was bij Benny Rodrigues juist een persoonlijke verbinding de reden om het juist wel te doen. ‘Toen ik een jaar of zeven, acht was gingen mijn ouders uit elkaar. Een of twee weekenden per maand bracht ik door met mijn vader, en dan nam hij me altijd mee naar de McDonalds op de Coolsingel. Het is een van de weinige herinneringen die ik aan mijn vader heb uit die tijd. Fuck it, dit is voor mij belangrijk. Die gig stelde trouwens uiteindelijk niet zoveel voor, want het onweerde die dag keihard. Ik stond in de stromende regen voor tien man en een paardenkop. Maar ik heb wel Theo Parrish voor ze gedraaid!’

'Een of twee weekenden per maand bracht ik door met mijn vader, en dan nam hij me altijd mee naar de McDonalds op de Coolsingel'