Het Ghanese sprookje van Ata Kak: 'It's awesome!'

The original awesome tape from Africa live op nieuw festival in Amsterdam

Atze de Vrieze ,

‘Ongelofelijk, niet te bevatten’. Yaw Atta-Owusu glundert zodra hij begint te vertellen. ‘Het is alsof je een zaadje plant, tevergeefs water geeft, en op de plek waar je het lang geleden begraven had plotseling een gigantische boom aantreft.’ Zondag speelt hij op het nieuwe festival Strange Sounds From Beyond.

Precies op de afgesproken tijd kwam hij aan in de lobby van het Volkshotel, samen met zijn ontdekker: Brian Shimkovitz, een etno-musicoloog met een fetisj voor obscure Afrikaanse cassettebandjes. Een lange, dunne Ghanees met een licht grijzend stoppelbaardje en een zonnebril naast een kleine Amerikaan met lang haar. Sinds Shimkovitz na jaren zoeken de maker van de ‘Original Awesome Tape From Africa’ gevonden heeft, zijn ze vastbesloten deze muziek over de wereld te verspreiden.

Even terug naar het begin. Er bestaat dus een blog dat Awesome Tapes From Africa heet. Geweldige naam natuurlijk voor een blog dat zich specialiseert in bijzondere Afrikaanse muziek die je alleen maar daar op de markt kunt vinden. Dat ‘daar’ is in eerste instantie vooral Ghana, waar Shimkovitz tijdens zijn studie een paar maanden zat en zijn verzameling begon. Hij dook er onder andere deze plaat op: Obaa Sima van ene Ata Kak. Het werd de allereerste post op zijn blog ooit, in 2006. De tekst was simpel: “You may never hear anything like this elsewhere. I bought this on the street from a guy selling tapes displayed on one of those big, vertical wooden racks in Cape Coast, Ghana. No one I know in Ghana listens to this frenetic leftfield rap madness.’

Knettergek
Frenetic leftfield rap madness, zeg dat wel. Obaa Sima is een wonderlijke en verslavende mix van Afrikaanse highlife muziek met synthesizers en rap in de lokale taal. Het is hectisch en zeer dansbaar. En toen Shimkovitz in 2011 een label begon, had iedereen het natuurlijk direct over Ata Kak, de oerplaat die inmiddels in bootleg-vorm de weg had gevonden naar de dj-tas van talloze hippe dj’s. Er was alleen er een probleem: niemand wist wie die Ata Kak was. Hij was niet bekend in Ghana, had voor zover bekend ook nooit meer een plaat uitgebracht, laat staan dat ie nu nog optrad of überhaupt te vinden was. Vier jaar kostte het Shimkovitz om Ata Kak op te sporen. Via een zoon in Canada kwam hij uiteindelijk terecht bij een man die in Ghana woont in een zelfgebouwd huis met een zelf-geslagen waterput in zijn tuin en zonnepanelen op zijn dak. Een man, kortom, die niets nodig had en nergens op rekende.

Nu zit ie dus hier. Gisteren speelde ie in Londen zijn allereerste show ooit met het Obaa Sima materiaal, vanavond doet hij dat in platenzaak Rush Hour, als opwarmer voor het Strange Sounds From Beyond festival op 27 juni. Een logische plek, want Afrikaanse muziek hoort daar wel thuis. Eigenaar Antal draaide Obaa Sima in zijn befaamde Lowlands-set in 2014, voor de reissue uitkwam. ‘Zal ik je vertellen over de dag dat ik muzikant werd?’, zegt Ata Kak, en zonder het antwoord af te wachten steekt hij van wal.

‘Eind jaren tachtig vertrok ik van Ghana naar Duitsland, omdat in mijn eigen land nauwelijks werk te vinden was. Ik woonde in Hagen, tussen Dortmund en Wuppertal, en ook daar bleek het niet makkelijk om aan de bak te komen. Op een dag was ik in het postkantoor, toen een man me op de schouder tikte: “Ik ben op zoek naar muzikanten voor mijn band. Jij ziet eruit als een muzikant. Klopt dat?” Ik wist niet wat ik moest zeggen, maar in een opwelling zei ik ‘ja’. Die dag leerde ik dat als je eenmaal begint met liegen, je blijft liegen. Dat loopt doorgaans slecht af, maar in dit geval werkte het in mijn voordeel. Mijn volgende leugen was: drummer. Hij zei: “Ik kom je zaterdag ophalen.” Die middag heb ik in de keuken potten en pannen op tafel gelegd en oefende ik zo goed als ik kon. Mijn vrouw, die zwanger was, zei: “Je bent knettergek!”

Gelukszoeker
Maar op de een of andere manier bleek Ata Kak over talent te beschikken. Hij zat voor de allereerste keer ooit achter een drumstel en niemand corrigeerde hem. Van de ene op de andere dag was hij drummer in een reggaeband. Het ging zelfs zo soepel dat hij na drie weken hardop durfde te zeggen: ‘he, we hebben ook geen leadzanger, zal ik dat anders ook doen?’ Hij lacht weer en zegt: ‘Ze zagen me als een soort engel die hen toegezonden was. Toen wist ik: ik wil muzikant worden.’

Dat klinkt als een sprookje, alleen liep het niet goed af: het werd helemaal niks met die band in Duitsland, en de moed zakte het gezin Ata Kak zo langzamerhand in de schoenen. En dus trokken ze in 1989 verder naar Canada. Ata Kak grinnikt als ik mijn verbazing uitspreek over het gemak waarop dat in die tijd nog ging. Je kunt je er weinig bij voorstellen met de beelden van wanhopige Afrikaanse migranten op zinkende boten op het netvlies. ‘Ja, dat was echt anders in die tijd. Het was veel makkelijker om rond te reizen. Niet alleen naar Europa, maar ook naar Amerika. Ik meen dat ik in die tijd niet eens fatsoenlijke documenten had. Na 9-11 is alles anders geworden. Om visa voor mijn tour te krijgen moest ik de wereld aan formulieren invullen. Op het vliegveld in Ghana werd ik aan de meest strikte controles onderworpen. Schoenen uit, riem af, zelfs mijn ballen werden gefouilleerd. Wat kun je eraan doen? Zo zijn de tijden nu.’

Ideale vrouw
Maar Ata Kak heeft natuurlijk ook voordeel bij de huidige tijd, want zonder het internet en zonder het internationale netwerk van liefhebbers van bijzondere muziek, was ie nu nooit boven komen drijven. Dat deed ie op basis van een album dat ontstond in Canada. Ook daar zat hij enige tijd in een band, maar op een goede dag zegde hij iedereen gedag en begon hij voor zichzelf. ‘Ik wilde Afropop maken en ik wilde van Engels switchen naar de taal van mijn vaderland. Ik heb het hele album in mijn eentje opgenomen, in mijn eigen appartement, op de tweedehands instrumenten die ik had gekocht. Nee, ik had geen idee dat mensen het rare, excentrieke muziek zouden vinden, maar ik vind het niet erg. Het was wel bedoeld om op te dansen. Ik was jong, natuurlijk wilde ik de mensen laten dansen. Obaa Sima betekent ‘ideale vrouw’. In het nummer omschrijf ik wat volgens mij die ideale vrouw behelst. Het eerste nummer heet Daa Nyinaa, en dat betekent ‘voor eeuwig en altijd’. Ik vind het zo jammer dat mensen tegenwoordig zo vaak uit elkaar gaan. Ik vind: ware liefde is voor altijd.’


Dat ‘wij’ met onze westerse oren Ata Kak een beetje rare muziek vinden, heeft ook te maken met het feit dat de Awesome Tapes From Africa reissue van het album stiekem sneller is dan het origineel. ‘Brian vindt het mooier zo’, zegt Ata Kak erover. ‘Het is nog een hele uitdaging op het podium. Ik moet weer klinken zoals toen ik 25 was, en dan ook nog versneld. Bij de LP krijg je ook een downloadcode voor de originele versie.’ 

Geen cent
Van die originele versie zijn overigens nooit veel exemplaren verkocht, destijds in 1994. Hoeveel precies weet Ata Kak eigenlijk niet eens. Hij verscheepte de tapes naar Ghana, waar zijn tweelingbroer ze via lokale distributeurs op de markt bracht. ‘De ene keer zegt hij dat er zestig verkocht zijn, de andere keer zeshonderd. Ik weet wel dat ik er nooit een cent van gezien heb. Ik raakte er behoorlijk gedesillusioneerd door en heb nooit meer muziek opgenomen. Later hoorde ik van Brian dat exemplaren van mijn tape - mogelijk bootlegs - zijn aangetroffen in Ivoorkust en Nigeria. Mijn muziek schijnt in Ghana ook op de radio gedraaid te zijn, met positieve reacties als gevolg, maar daar heb ik nooit iets van meegekregen.’


‘Google jezelf eens’. Dat zei Brian Shimkovitz tegen Ata Kak toen ie hem eindelijk opgespoord had. En die schrok zich rot. ‘Ik had echt geen idee. Ik had nog jaren in Canada gewoond, en in 2006 ben ik terug gekeerd naar Ghana. Ik werk bij een bedrijf dat water boort. Niemand in Ghana kent mij, en nu kan ik ineens in heel Europa spelen. Dat is toch mind boggling? Ik ben zo trots dat ik toch iets gemaakt heb wat mensen willen horen. Ik geniet van elk moment. It’s Awesome!’