DTRH16: Langs de brandhaarden van PJ Harvey

Engelse zangeres vrijdag headliner op Down The Rabbit Hole

Atze de Vrieze ,

Nadat ze op haar vorige album de Engelse geschiedenis uitkamde, richt PJ Harvey zich in haar nieuwe album op drie warzones verder van huis: Kosovo, Afghanistan en - ja, echt - Washington DC. In de week van haar headline show op Down The Rabbit Hole neemt 3voor12 je mee langs de brandhaarden van The Hope Six Demolition Project.

Vlakbij het Vietnam Memorial in Washington DC zit een jongetje met de spreeuwen te spelen. De vogel is wel wat gewend, zo naast een eetkraampje, want naast een herdenkingsmonument is het memorial natuurlijk ook een toeristische trekpleister van jewelste. 58.195 namen staan er op, sommigen ‘killed in action’, velen ‘missing in action’. Rangen worden niet vermeld, want in de dood is iedereen gelijk. Een zwarte man in een overall leegt de vuilnisbak - het metalen deksel als een poort naar de onderwereld - en het jongetje gooit zijn handen open om de spreeuwen op te laten springen. Er zit niets in, maar keer op keer trappen ze erin. Het is het tafereel in 'Near The Memorials To Vietnam And Lincoln', een van de nummers op het nieuwe PJ Harvey album. Het is alledaags en onschuldig, speels zelfs, maar je voelt direct dat er meer aan de hand is. Het is de beeldspraak (een doodgewone prullenbak als hellepoort), het is dat overweldigende monument dat je voor je ziet, ook al ben je er nog nooit geweest. 

Als bij geen andere artiest loont het om het pad van de zangeres na te lopen. Door letterlijk haar perspectief te kiezen en te proberen op die manier meer te begrijpen van The Hope Six Demolition Project. Drie specifieke plekken bezocht Harvey samen met haar creatieve partner, oorlogsfotograaf Seamus Murphy. Na hun uitvoerige samenwerking op Let England Shake - hij maakte meerdere videoclips aan de hand van een roadtrip door het land - nam Murphy nu de zangeres op sleeptouw naar plekken waar hij al eerder was. Murphy maakte indrukwekkende foto’s tijdens de Kosovaarse oorlog rond de eeuwwisseling, en hij kent de weg in Afghanistan. Een deel van die foto’s is ook te zien in de gedichtenbundel The Hollow Of The Hand, die vorig jaar al uitkwam, en waarvan een deel weer terugkeert als songteksten op het nieuwe album. 

Laten we beginnen in Washington DC, dat met vier nummers het duidelijkst aanwezig is op het album. De titel van de plaat is ook afgeleid van een plan van de Amerikaanse overheid dat al sinds 1992 loopt. Het idee: haal een slechte wijk en of een flat die bruist van de criminaliteit neer en vervang ze voor frisse, ambitieuze nieuwbouw. Openingsnummer en eerste single 'The Community Of Hope' laat ons direct recht in het gezicht van dat project kijken; zowel de video als het nummer zelf zijn een rondrit door de stad. 

Het was Washington Post journalist Paul Schwartzmann die PJ Harvey en Seamus Murphy rondreed door zijn stad, alleen wist ie op dat moment helemaal niet dat de vrouw in zijn auto een beroemde zangeres was. Dat vertelt hij zelf in een vermakelijk verhaal in zijn eigen krant. Dat zat zo: via een gezamenlijke vriend werd Schwartzmann benaderd door Seamus Murphy met de vraag of hij een rondrit langs de duistere kant van de stad wilde geven aan hem en ‘een muzikant/dichter’. Zonder al te veel vragen te stellen zegde hij toe, en op de dag zelf stapte Harvey stilletjes achterin. Ze was vriendelijk en beleefd, lachte af en toe om zijn grapjes, maar zat vooral uit het raam te staren en aantekeningen te maken. 

Schwartzmann leidde het duo door de meest vervallen en gewelddadige buurten in het zuid-oosten van de stad. Amper een half uur rijden van The White House en Capitol Hill, maar een totaal andere wereld. Hij wijst ze op het enige ‘sit down’ restaurant van de buurt - een IHOP op Alabama Avenue - en vertelt dat op een braakliggend terrein waarschijnlijk een Walmart gebouwd wordt. Het zijn details, maar wel belangrijke: dat geen restaurant-eigenaar zich waagt aan de wijk Ward 7 heeft alles te maken met het feit dat veel inwoners van dat deel van de stad zich de luxe van ‘uit eten gaan’ niet kunnen veroorloven, en een grote winkel als Walmart - hoe notoir slecht voor zijn personeel ook - is een potentiële bron van werkgelegenheid.

'The Community Of Hope' is het openingsnummer van het album, en het staat vol met met straatnamen en andere aanwijzingen die je concreet kunt vastpinnen op een landkaart. Laten we dat eens doen met alle concrete plekken die in de Washington-liedjes voorkomen.

- Benning Road: een drukke autoweg, die in 'The Community Of Hope' ‘a well-known pathway to death’ genoemd wordt.

- Ward 7: probleemdistrict in het zuid-westen van Washington DC waar de rondrit in 'The Community Of Hope' doorheen leidt.

- IHOP: In 'The Community Of Hope' omschreven als ‘the only sit-down restaurant in Ward 7’. Inmiddels zijn er overigens drie restaurants in de wijk waar je rustig kunt zitten.

- South Capitol Street: nog een belangrijke verkeersader, en ook die krijgt een ijzingwekkende bijnaam: ‘the highway to death and destruction’.

- Community Of Hope: een organisatie die probeert de wijk te verbeteren. Dat deden ze onder andere door een zeer gevaarlijk huizenblok te vervangen door nieuwbouw. De organisatie schreef een open brief aan PJ Harvey naar aanleiding van het liedje.

- Skyland Tower Center: een winkelcentrum in aanbouw tussen Alabama Avenue, Good Hope Road en Naylor Road vormt de hoeksteen van PJ Harvey song dankzij de hoopvolle zin ‘they’re gonna put a Walmart here’. Maar na eerdere beloftes dreigt het concern zich nu toch terug te trekken uit het plan.

- MLK deli: een eettentje in de wijk Ward 7, op Martin Luther King avenue. 

- Union Temple Baptist Church: in de videoclip van 'The Community Of Hope' is dit een van de meest opvallende en hartverwarmende decors. Kerkgangers zingen mee met PJ Harvey’s lied.

- Anacostia River: een rivier, vernoemd naar een oude indianenstam. Hij is amper 14 kilometer lang, loopt dwars door de stad en scheidt het populaire district waar The White House, Capitol Hill, Lincoln Memorial en Vietnam Memorial te vinden zijn van het probleemdistrict Ward 7. Gedurende de Amerikaanse Burgeroorlog was de rivier belangrijk in de verdediging van de hoofdstad en er werd een lijn van forten langs de rivier gebouwd, inmiddels zijn de oevers juist verwaarloosd. Een grappig/tragisch filmpje: deze man gaat in de rivier op zoek naar ‘live trash’, alsof ie Freek Vonk is. 

- The Lincoln Memorial: een flink gebouw met een marmeren beeld van president Abraham Lincoln (1809-1865), die geprezen werd om zijn rol in de Amerikaanse burgeroorlog en die een einde maakte aan de slavernij, versterking van de nationale overheid en versterking van de economie. Vooral dat eerste wapenfeit vormde aanleiding voor het monument, wat het feitelijk ook een oorlogsmonument maakt. Het monument is in 1915 opgericht, tijdens WOI.

- Vietnam Veterans Memorial: een gigantisch eerbetoon aan de gevallenen in de Vietnam oorlog, opgericht in 1982. Beide monumenten zijn een belangrijke toeristische trekpleister.

- National Mall: een gebied tussen het Capitool en het Washington Monument met tuinen, fonteinen, bomen, bloemenperkjes en monumenten open voor publiek. Het pronkstuk van DC dus, maar PJ Harvey memoreert vooral de genadeloze overwoekering: op de plek waar vroeger indianen medicinale kruiden verbouwden, is nu een park, waar een oude vrouw met een Red Skins petje in een rolstoel alcohol (‘a new painkiller for the native people’) drinkt uit een papieren zak.

Overwoekerd
Alleen al door deze plekken op een rij te zetten ontstaat een beeld wat Harvey wil met Washington DC: het is een vuile stad, de plek waar de belangrijkste beslissingen van de wereld genomen worden tegen de achtergrond van vervallen wijken en waar zogenaamde vooruitgang lijdt tot nietsontziende snelwegen en overwoekerd erfgoed. 

Hoe accuraat is dat beeld van Washington DC nu eigenlijk? Heeft PJ Harvey in een rondrit de stad doorgrond? Of doet ze de hardwerkende mensen in de stad tekort, zoals sommige critici wel zeiden? Ik vroeg het Marcus Moore, een journalist uit Washington die werkt voor o.a. Pitchfork, Bandcamp en Washington Post. ‘Ik snap die kritiek wel,’ zegt hij. ‘En toch kan ik niet anders zeggen: 'she nailed it'. Ze heeft goed gezien dat Washington DC duidelijk verdeeld is in segmenten. Naast de politieke hoofdstad van de wereld die je op tv ziet, heerst armoede en zie je vervallen scholen. Het is zelfs zo dat als een reporter zijn camera iets draait, je niet meer het Witte Huis ziet, maar de wijk erachter. Als een ding de stad typeert, dan is het wel gebrek aan ruimte. Alles loopt daardoor meer door elkaar dan in een stad als New York.’

Chocolate City
Harvey noemde haar album dus The Hope Six Demolition Project, naar dat overheidsproject dat de armoede in grote steden tegen moest gaan. Hoewel de hoop uit de naam van het project in Harveys nummers - en vooral in de video - wel doorsijpelt, proef je toch vooral verbittering en teleurstelling. Marcus Moore herkent dat. ‘Vanuit mijn eigen perspectief kan ik zeggen dat de stad de afgelopen paar jaar enorm veranderd is’, zegt hij. ‘Toen ik zeven jaar geleden naar de 9:30 Club - de meest befaamde concertzaal van de stad - ging, was daar omheen niks, nu is er een bioscoop, nieuwe appartementen. Dat is natuurlijk een goede zaak, maar het drijft ook de prijzen omhoog. Mensen die daar hun hele leven gewoond hebben, kunnen zich de huurprijzen niet meer veroorloven en trekken naar Maryland of Virginia. Dat zie je ook vaak als ze zo’n slechte flat neerhalen: het klinkt als een goed idee, maar in feite is het alleen maar een verplaatsing van het probleem. Washington DC werd van oudsher Chocolate City genoemd omdat het een overwegend zwarte stad was, maar dat is de laatste jaren veranderd. Uitgerekend tijdens de eerste zwarte president ja, al kun je natuurlijk geen direct verband leggen tussen die twee.’

Bewoners die uit hun omgeving verdreven worden, of dat nu door grof geweld of door langzame ‘zogenaamde’ vooruitgang is. Dat is misschien wel het belangrijkste thema van PJ Harvey’s album. Het is een onderwerp dat in heel veel liedjes terugkeert, ook in de songs over de twee andere ‘brandhaarden’. De personen die in de liedjes voorkomen zijn eigenlijk altijd passanten, en ze proberen zich staande te houden in een omgeving die ze verdrukt. Meest duidelijke voorbeeld daarvan zijn natuurlijk de vluchtelingen een Afghaans kamp, die letterlijk moeten vechten om eten. ‘How to stop the murdering? By now we should have learned,’ zingt Harvey in 'A Line In The Sand'. En even later: ‘Enough is enough. A line in the sand.’

Mortiergaten
Maar ook in zo’n oorlogsgebied zoekt PJ Harvey haar onderwerpen tussen de regels door. Oorlog is niet het onderwerp, het is het decor. De video van 'The Orange Monkey' laat het straatleven van Afghanistan zien, precies zoals de tekst van het nummer dat doet. Met oog voor detail: met fietsende mensen, een herder met schapen die zich langs een surveillerende militair beweegt, met een aapje aan een koord dat midden op de weg zit. Weer is er die blik naar de onbedwingbaar voortrazende tijd. Een blik op een rotswand: ‘cloaked with snow and shadows sheer, plates tipped up upon themselves. The pain of 50 million years.’ En ook hier zien we hoe een redelijk onontgonnen paadje verandert in een ‘motorway’.

Intrigerender nog dan de volwassen mensen die zich een weg proberen te banen door de vermorzelende realiteit, zijn de kinderen die opduiken in tal van liedjes. Zoals kinderen dat horen te doen, bewegen ze zich overal speels en vluchtig tussendoor. In 'Ministry Of Defence' omschrijft Harvey een leegstaand ministerie, doorboord met mortiergaten. Het is er akelig leeg, er ligt afval en zelfs menselijke uitwerpselen. Maar de kinderen laten zich niet wegjagen, zij spelen tussen de ruïne. ‘Kids do the same thing everywhere; they’ve sprayed graffiti in Arabic and balanced sticks in human shit.’ Het is de ultieme fuck you tegen het verval: een vlaggetje in een drol steken. Elke keer dat PJ Harvey kinderen in haar songs betrekt, doet ze dat om contrast te scheppen. Dat doet ze ook in 'The Wheel': op een angstaanjagend piepende zweefmolen verdwijnen de kinderen steeds uit beeld, net als de duizenden kinderen die voorgoed verdwenen en wiens foto’s op het politiebureau om de hoek hangen. Het is een beklemmend beeld, juist doordat die kinderen op hun zweefmolen zich er ogenschijnlijk niets van aan trekken. En die zweefmolen, dat is natuurlijk een beetje voor de eeuwige cirkel, de geschiedenis die zichzelf herhaalt. 

Regisseur Seamus Murphy vertelt over het nummer en de beelden die hij erbij maakte: ‘Het nummer 'The Wheel' had een reis naar Kosovo als basis. Een zweefmolen op de kermis in Fushe Kosove/Kosovo Polje vlakbij de hoofdstad Pristina gaf het nummer zijn titel. Ik kan je precies vertellen wanneer dat tafereel zich afspeelde omdat ik filmmateriaal van die dag heb: 4 augustus 2011. Ik schoot dat beeld toen we er langs liepen op weg naar onze auto, die naast het station geparkeerd stond. Het was een observatie van een alledaagse gebeurtenis, zoals zoveel die dag. Terwijl Polly aantekeningen maakte viel mijn oog op iets anders dat aan de andere kant van de straat gebeurde. We waren die dag op een soort blinde, optimistische manier materiaal aan het verzamelen, typisch voor de manier waarop wij werken. We hadden geen idee of het ooit gezien of gehoord zou worden, of het überhaupt ergens op zou slaan. Was alleen die kermis inspiratie genoeg voor een nummer? Zonder de verhalen van mensen die de oorlog hebben meegemaakt, de bezoeken aan verlaten dorpen, leeg door etnische zuivering en eindeloze cirkels van wraak, zonder de verschillende perspectieven van mensen die hun geschiedenis met ons deelden, zou dit liedje ooit geschreven zijn?’

Het antwoord is natuurlijk: ‘nee’. Onmogelijk. Misschien wel het meest bijzondere beeld van het hele album is dat van 'Chain Of Keys', over een oude Kosovaarse vrouw die een ring beheert met daaraan vijftien sleutels. Ze zijn van de huizen in de hele straat, en van de kerk. Zij, die oude vrouw is de enige die niet verdween tijdens de oorlog. De huizen zijn overwoekerd door natuur, de gevels beginnen langzaam in te storten. ‘Imagine what her eyes have seen. We ask but she won’t let us in.’ Hier staat de buitenstaander die een diepgaand conflict probeert te doorgronden, maar die er niet in slaagt daadwerkelijk door te dringen. ‘A key so simple and so small; how can it mean no chance at all? A key – a promise, or a wish; how can it mean such hopelessness?’

Het is ook meteen het antwoord op de kritiek die Harvey kreeg van de insiders uit Washington die met naam en toenaam genoemd werden. Nee, het lukt een buitenstaander niet alle details te doorgronden, maar daar is het de zangeres ook niet per se om te doen. Het gaat nog het meest om de grote scheuren die door de hele wereld en door de hele menselijke geschiedenis heen lopen, of het nu een oorlog is die nog gaande is, een die vijftien jaar achter ons ligt, of een strijd die zich afspeelt achter de façade van politieke pracht en praal. Met de gigantische scheur die momenteel in het fundament van Europa dreigt te ontstaan door de vluchtelingencrisis en het groeiende wantrouwen in de eenheid van het continent, heeft PJ Harvey alvast meer dan genoeg studiemateriaal voor haar volgende album.

PJ Harvey speelt zondag 16 oktober in de Heineken Music Hall in Amsterdam.