Goede plaat is dat trouwens. Wereldmuziek met een jazzy inslag, mede dankzij drummer Tony Allen, onder meer bekend van Fela Kuti. Allen zelf is er vandaag overigens niet bij. Genoeg Kwashibu Area-leden die er wel bij zijn: in drie rijen van drie wordt Pat Thomas onder meer bijgestaan door een drummer, djembespeler en een duo blazers. Maar de sterkhouders staan beiden aan de rechterkant van Thomas, voor de kijkers links. Terwijl de bassist daar met zijn disco-lijntjes voor de dansbare groove zorgt, houdt een gitarist/toetsenist een uur lang breed grijnzend met zijn funky orgelpartijen de set boeiend.
Vindt de Hotot dat ook, zo vroeg op de ochtend?
Niet vanaf het begin, maar dat is vooral te wijten aan de weigerende microfoon van Thomas tijdens het eerste nummer. Bij 'Yes Indeed', het eerste Engelstalige nummer van de set met het hoogstaande refrein "hell yes, hell yes, hell yes, yes indeed", ontstaat er spontaan een polonaise waarbij de halve tent achter iemand met een opblaaskrokodil aanloopt. Terwijl de band de nummers aan elkaar blijft rijgen, host de tent van links naar rechts en van rechts naar links.
Oei, is het weer zover? Uiteindelijk niet veel meer dan de gebruikelijke feestband dus?
Nee, daar doe je de band echt tekort mee. Van tevoren zeg je misschien: dit is zo'n act die je meer op festivals als Munidial of Music Meeting verwacht dan in de psychedelische Groene Heuvels. Stonden ze trouwens eerder dit jaar al. Hier op Down The Rabbit Hole bekruipt je hooguit het gevoel dat er maar weinig mensen naar de muziek luisteren. Daar kan Pat Thomas weinig aan doen.