DTRH16: Eefje de Visser vertaalt nachtmuziek naar de dag

Van de koptelefoon naar een stampvolle tent

Ralph-Hermen Huiskamp ,

Ram en ramvol staat het al ruim voordat Eefje De Visser begint. De stortbui helpt, maar ze is met haar derde album weer een stuk populairder geworden. Kijk maar naar het aantal meezingers, die zijn hier echt niet alleen om te schuilen.

Rusteloos staat De Visser vandaag op het podium. Als ze zingt, wiebelt ze van d’r ene op het andere been, als ze niet zingt danst ze of stapt ze rond over het podium. En zo nu en dan hurkt ze om met een hoop pedalen haar stem te loopen of om er extra effecten overheen te smeren. Het type effecten dat vaker slecht dan goed gebruikt worden, maar bij De Visser werkt het. Vooral als ze in ‘Naartoe’ amper een seconde van haar zang heel snel loopt, waardoor het opeens doet denken aan de symfo pop van Air.

Maar nog even over dat meezingen he. Eefje de Visser maakt toch niet echt inhakers en meebrullers?
Nee, dat is het mooie. Eigenlijk zou je denken dat haar muziek zich net te ver links van het midden bevindt om echt populair te zijn. Sinds Bløf weten we dat teksten best semi-abstract mogen zijn, al gaan de teksten van De Visser weldegelijk ergens over, hier worden ze ook nog eens onlogisch over de melodie uitgesmeerd. De zinnen eindigen niet op de plekken waar je dat qua melodie verwacht, waardoor nummers soms een aparte cadans krijgen. En die cadans hebben aardig wat fans zich eigen gemaakt. Ze fluisterzingen mee, maar als je goed kijkt zie je dat ze het moeiteloos volgen.

Fluisterzingen en zwijmelen dus.
Hoezo zwijmelen? Het gaat dan nog wel eens over liefde, maar de band drukt vaak genoeg het gaspedaal in om de ietwat zweverige teksten wat tegenwicht te bieden. Dit soort pop wil nog wel eens de mist in gaan als het tegen elektronische muziek gaat schuren. 

Maar wat doet ze dan anders dat het wel goed is?
Dat is meteen de moeilijkste vraag. Het is een fijne draad, waar de band haast moeiteloos op balanceert. De lompe kick onder ‘Tijdreis’ zorgt voor wat ontlading en geeft welkome houvast bij al die atypische zanglijnen, de riffjes en elektronica die overal doorheen sijpelen hebben eenzelfde effect. Daarbij zijn de teksten concreet genoeg om het idee te hebben dat je ze begrijpt en abstract genoeg om nog wat ruimte in je hoofd over te laten. Eigenlijk is haar muziek op zijn mooist is in de nacht, over een koptelefoon. Live schakelt het allemaal net een tandje op. Net iets minder subtiel, maar daardoor wel dansbaarder en zeker als de stroboscopen vol aangaan bij afsluiter 'Scheef' overrompelend. Als je het dan toch niet in je eentje diep in de nacht op je koptelefoon luistert, maar overdag in een volle tent, dan is dit de manier.