Recap Vinyl s01e06: serieus, een David Bowie-cameo?

Hoofdpersoon Richie Finestra is anti-held in het kwadraat

Sjoerd Huismans ,

Natuurlijk kende Vinyl mooie momenten tijdens het eerste seizoen. Flitsende montages, vermakelijke inside info over payola en andere schimmige zaken binnen de muziekindustrie, bij vlagen een geslaagde vertolking van een jaren zeventig-legende (Alice Cooper). Bovendien accepteer je inmiddels dat niets te gek is. Andy Warhol kan straffeloos op zijn bek geslagen worden, geen probleem. Maar een halfslachtige David Bowie-vertolking gaat toch echt te ver.

Na twee sterke afleveringen was ‘He in racist fire’ vorige week een onbeholpen aaneenschakeling van lomp seksisme. Als de serie nog uit het dal wil klimmen, zou dat ongeveer nu moeten gebeuren. Maar helaas. Om maar te beginnen met de vertolking van deze week. Kijk, Alice Cooper is al een rockheld met een knipoog en werd ook op die manier neergezet in de serie, in een van de grappigste scenes tot nu toe waarin hij A&R-creep Clark Morelle op zijn nummer zet. Led Zeppelin kon ermee door in de pilot, een verdedigbare Andy Warhol is onderdeel van een terugkerende verhaallijn aan het worden. Maar een extreem lullige David Bowie-vertolking!? Seriously? Het is natuurlijk maanden geleden opgenomen, maar dit had alsnog veranderd moeten worden. Niet dat het een respectloze scène is, maar áls je nu iets met David Bowie doet moet het ook iets bijzonders zijn, meer dan de standaard rockster-cameo’s in Vinyl.

Gelukkig duurt het niet te lang, en is het maar een zijpaadje. Ook de aflevering van vandaag gaat immers weer voor 99 procent over Richie Finestra die zichzelf naar de tering helpt. Al in het openingsshot zien we hem de meest overdreven snuif nemen tot dusver, de voorbode voor een episode waarin ‘slechtgaan’ een geheel nieuwe dimensie krijgt. Wat is er gebeurd? Devon wil Richie niet meer zien, en samen met zijn extreem Duitse vriend Ernst (Carrington Vilmont) sluit hij zichzelf al drie dagen lang thuis op met een lading drank en drugs. Vanaf daar volgt een doldwaas avontuur op zoek naar Devon. Die is ondertussen terug in New York, schuilt bij haar vriendin Ingrid en houdt zich bezig met haar uitlaatklep: naakte moderne dans.

Wacht, wie, Ingrid? De Scandinavische (gespeeld door Birgitte Hjort Sørensen, bekend van Borgen) komt ook uit de Warhol-kliek en flitst af en toe kort voorbij, bijvoorbeeld op het verjaardagsfeestje van Richie in de eerste aflevering. Ernst is een vriend van haar. Ze waren zelfs beiden bij de ontmoeting van Richie en Devon in de Factory, remember? Ooit was het viertal vrienden, kortom. Maar Ernst is de enige die we tot nu toe alleen in flashbacks zagen. Deze aflevering – in de tegenwoordige tijd – wijkt hij echter geen moment van Richies zijde. Verdacht.

Maar goed, Devon is dus bij Ingrid. “They could be rubbing their pussies together”, zegt Ernst met het slechtste Duitse accent dat ooit in een televisieserie is uitgezonden. Ernst is deze aflevering het slechte geweten van Richie: waarom heeft hij die receptioniste nooit gepaald? En dus stormt hij de vergadering uit om de daad bij het woord te voegen, maar op een rantsoen van drie dagen coke wordt dat natuurlijk niks. Dan haalt hij een nieuwe voorraad drugs uit de beha van Jamie en is het tijd om de zoektocht voort te zetten. Opeens herinnert hij zich de bat mitsva van het dochtertje van Zak. Uren later komt hij binnenstormen, uiteraard alleen om ruzie te zoeken. Voor de deur van een club komt hij Andy Warhol tegen, die ook nog maar even tegen de grond geslagen wordt (Serieus, zou iemand daarmee ooit weggekomen zijn?).

Overal duikt intussen Ernst op, die zich een bult lacht om de ellende van Richie. Een beetje ervaren kijker heeft het inmiddels wel door: Ernst is een denkbeeldige vriend. Ernst is namelijk om het leven gekomen in een auto-ongeluk en Richie was de dronken chauffeur. Dus dat is waarom Devon zich aan het eind van de aflevering rot schrikt als hij vertelt dat hij “met Ernst op stap was”. Ze neemt de kinderen deze keer mee en lijkt nu definitief weg.

Als het er niet zo dik bovenop had gelegen (hoeveel films zijn er wel niet gemaakt met een variant van dit plot), had het misschien wel gewerkt. Maar het blijft gewoon te vervelend om een hele aflevering lang naar Richie Finestra te kijken: een clichématige, doorgesnoven, getroebleerde hoofdpersoon die geen enkele sympathie opwekt. “Richie is een goede man”, herinnert Ingrid Devon. Maar dat wordt op geen enkele manier duidelijk in Vinyl, ook niet in de flashbacks. Gelukkig zijn er The Nasty Bits nog als komische noot, hoewel dat waarschijnlijk maar ten dele zo bedoeld is. Kip moest vorige week zijn gitarist lozen vindt alle potentiële vervangers die het label voorstelt ruk. Uiteindelijk duikt hij zelf maar een nieuwe op in een muziekwinkel. Ze jatten allebei een gitaar, het ijs is gebroken - ook dit verhaal is trouwens gebaseerd op Sex Pistols-historie, net als zowat de hele band tot dusver. En er is Andrea Zito, die American Century er ongetwijfeld weer bovenop gaat helpen, ergens in de toekomst. Maar of Vinyl zelf nog gered kan worden? Dat lijkt steeds onwaarschijnlijker.